Sinds maart werkt de bekende Belgische make-upartiest Peter Philips bij Dior, waar zijn oude vriend Raf Simons de creatieve plak zwaait. Een exclusief gesprek in Parijs, achter de schermen van een droomfabriek.

Het is zelden gezien : de generale repetitie van de haute-coutureshow Dior herfst-winter 1914-’15 gaat beginnen, maar backstage heerst een merkwaardige, rustige bedrijvigheid. Bewonderenswaardig De modellen wandelen rond, beeldschoon, de ogen gracieus opgelicht met een metallieke eyelinerstreep die hun bleke teint accentueert. Die pure look is het werk van de nieuwe creative and image director make-up, Peter Philips, en sluit mooi aan bij het sprookjesdecor van de rotonde die voor de gelegenheid midden in de tuin van het Rodinmuseum is neergezet. De wanden zijn bekleed met een oneindig aantal geperforeerde spiegels, waaruit een weelde aan orchideeën opbloeit. Ze symboliseren de dualiteit tussen fragiliteit en kracht : ogenschijnlijk tere bloemen die er toch in slagen om de hardheid van het onnatuurlijke materiaal te overwinnen. De tweespalt tussen kracht en broosheid, natuurlijkheid en kunstmatigheid is immers de rode draad in deze ode aan de schoonheid.

De make-uplijn van Philips harmoniseert ook perfect met de geshowde kleren, waarin historische accenten en futuristische details verweven zijn. Hoewel artistiek directeur Raf Simons de make-up pas twee dagen voor de show te zien kreeg, was hij meteen enthousiast – beide mannen kennen elkaar al lang en zijn al jaren bevriend. “Een heel weekend lang heb ik zelf, met de hand, die zestig paar spiegeleyeliners uitgeknipt die we nodig hadden”, zegt Philips. “Op het eind zag ik bijna niet meer uit mijn ogen door de weerkaatsing van het aluminium ! Maar het resultaat is schitterend.”

Naarmate het moment nadert waarop de eerste van de twee namiddagshows van start zal gaan, stijgt de spanning lichtjes. Tijd voor de laatste retouches, vooral van de vervaagde lipstick bij de modellen die van de heerlijke Brusselse wafels hebben geproefd, dé blikvangers van de catering (het is wel duidelijk dat Belgen het voor het zeggen hebben in de Avenue Montaigne). Na de retouches keurt Peter Philips zelf elk opgemaakt gezicht goed, geen detail ontgaat hem. Terzelfder tijd is hij meester in het geruststellen van wie wat te nerveus wordt. Terwijl de meisjes een na een verdwijnen om hun droomtenues aan te trekken en de gasten te charmeren – onder meer Charlize Theron en Sean Penn zijn van de partij – neemt hij rustig, een en al glimlach, plaats voor een gesprek over zijn nieuwe droomjob bij Dior.

Benaderd worden om voor Dior te werken terwijl een van uw beste vrienden daar artistiek directeur is.

Zo’n aanbod kon u niet weigeren.

Raf en ik kennen elkaar al jaren. Toen mijn agent mij eind vorig jaar belde met de boodschap dat ik de nieuwe creative and image director make-up van Dior kon worden, was ik in shock : een droom die werkelijkheid werd. Zeker ook omdat ik die persoonlijke band heb met Raf.

Samenwerken met een vriend kan ook uitdraaien op een nachtmerrie. Had u daar geen schrik voor ?

In stresssituaties is het risico op een clash inderdaad groter als je een nauwe band hebt. Met iemand die je door en door kent, laat je je sneller gaan. Maar Raf en ik werken niet voor het eerst samen aan modeshows. Dat deden we al eerder bij Jil Sander en ik denk dat ik zijn visie op vrouwelijke schoonheid goed aanvoel. Toch ben ik blij dat ik niet op hetzelfde moment als hij bij Dior aan de slag ben gegaan. Zo kreeg ik de kans om eerst als outsider naar zijn werk te kijken. Ik herinner me dat ik zijn allereerste haute-coutureshow live heb gevolgd via het internet. En eens te meer was ik verbluft door wat ik zag.

Net vóór u bij Dior begon, had u Chanel vaarwel gezegd om wat meer vrijheid te hebben en minder rekening te moeten houden met commerciële eisen bij het ontwerpen van producten. Wat heeft u van mening doen veranderen ?

Een midlifecrisis misschien ? (lacht). Je beseft pas hoe sterk je iets mist als je ervan verstoken bent. Nieuwe producten ontwerpen is een enorme verantwoordelijkheid en kan erg stresserend zijn. Maar ook erg opwindend. Voor ik bij Chanel begon, had ik nooit eerder producten ontworpen. Ik ben er in gerold en ik heb er heel veel geleerd over mijn vak. Bij Dior krijg ik nu opnieuw die kans. Want mijn nieuwe job is absoluut geen copy-paste van de vorige. Elk groot modehuis heeft zijn eigen geschiedenis, zijn eigen raderwerk, zijn eigen aanpak. Wat echt indruk op me heeft gemaakt, is de interesse van Bernard Arnault (CEO van de LVMH-groep waarvan Dior deel uitmaakt) voor de kleinste details. Hij stelt vragen, neemt de producten vast. Hoogst uitzonderlijk !

Waarin verschilt de make-up van Dior van die van andere merken ?

In de benadering van kleur. En durf. De Diorvrouw is heel anders dan de Chanelvrouw of de Estée Laudervrouw. Ze is hypervrouwelijk, dol op make-up en niet bang om zelfs wat te overdrijven. Soms geeft ze de voorkeur aan nude-tinten om ’s anderendaags dan weer te verleiden en uitdagend te spelen met producten uit het Addictgamma.

Hoe ziet u uw rol als creatief directeur make-up ?

In een Diorstand moet een vrouw zowel producten vinden die haar uitdagen om ze uit te proberen en producten waaraan ze niet kan weerstaan omdat ze niet zonder kan. Het oogschaduwpalet 5 Couleurs is een mooi voorbeeld van een prachtig hebbeding dat het DNA van de make-up uit de jaren tachtig in zich draagt. Persoonlijk ken ik geen enkele vrouw die haar ogen opmaakt met vijf verschillende tinten ! Mijn vriendinnen gebruiken één, hooguit twee kleuren ; drie is voor een heel speciale gelegenheid. De uitdaging voor mij bestaat er dus in een evenwichtig palet samen te stellen met verschillende nuances van één kleur en te spelen met texturen, bv. mat versus glanzend, om de blik reliëf te geven. Daarnaast wil ik ook meer speelse composities presenteren, zoals het nieuwe palet Candy Choc, waarin zowel groen, geel als roze zit. Iets dat men koopt louter voor het plezier.

Pure luxe, dus ?

Make-up is een instrument van luxe ! Luxe is in de eerste plaats tijd kunnen maken voor jezelf, elke dag 10 à 15 minuten voor de spiegel bezig zijn met je mooi te maken. Men vraagt mij vaak naar snelle trucs, omdat veel vrouwen permanent gehaast en gestresseerd zijn. Wij hebben het voorrecht te leven in een maatschappij waarin vrouwen zich mogen opmaken, zich mogen op hun best presenteren. Een maatschappij die hun de middelen aanreikt om imperfecties te camoufleren en hun sterke kanten in de verf te zetten. Daarvoor hebben ze wat ik essentials noem ter beschikking : een goede foundation, een palet om met licht en schaduw te spelen, lipstick om de mond tot zijn recht te laten komen. Daarnaast heb je ‘bijkomstige’ make-up die dient om kleur, glitter en glans aan te brengen. Net in die subtiele mix van essentie en bijkomstigheid schuilt de kwintessens van schoonheid.

Een mooie vrouw is dus per definitie een opgemaakte vrouw ?

Toch niet. Het is perfect mogelijk om mooi te zijn zonder er geschminkt uit te zien. Maar een beetje make-up is wel goed voor het zelfvertrouwen. In Japan maken de vrouwen zich uiterst zorgvuldig op. Dat doen ze in eerste instantie voor de anderen, voor de mensen die de hele dag naar hen moeten kijken. Uit respect voor hun omgeving eigenlijk. Het is geen louter narcisme. Ik vind dat een heel mooie filosofie.

Vindt u dan dat ‘nude’ een vorm van anti-make-up is ?

Ja, als het over de ‘bijkomstige’ make-up gaat. De vrouw die kiest voor een nude-look is niet per se iemand die zich nooit opmaakt. Ook zij gebruikt wel eens een concealer, een lichtgetinte dagcrème en een glossy lipbalsem. Tot de nude-trend mag je volgens mij zelfs het botoxen en het verven van de wimpers rekenen. Al die kleine ingrepen die camoufleren, verjongen en mooi maken zonder dat het al te zeer opvalt.

Trends zijn inderdaad uiterst vluchtig geworden. Dat maakt voor een stuk ook de charme van deze tijd. Je kunt elke dag van look veranderen zonder dat iemand je nawijst. Vóór internet droeg een ontwerper zijn boodschap uit via foto’s in tijdschriften en via tips van verkoopsters in de winkels. Heel gecontroleerd allemaal. Maar dat is verleden tijd ! Wie wil nu nog gecommandeerd worden? Vrouwen zijn vrij, of niet soms (lacht) ? Ervaringen worden live gedeeld op het internet. Het is mijn taak om suggesties te doen, om mijn expertise te delen en om mijn standpunt kenbaar te maken. Maar kiezen, dat moet de klant zelf doen.

Hoe staat u zelf tegenover mode ?

Ik ben te oud om een fashion victim te zijn. Ik kleed me altijd op dezelfde manier. Ik heb geen zin om mijn tijd te verdoen met de stylist uit te hangen en mezelf een aparte look aan te meten. Ik steek mijn energie liever in mijn creaties. Omdat ik veel reis, is mijn garderobe erg basic : comfortabel en praktisch. Maar uiteraard hou ik nog altijd van modieuze dingen als ze worden gedragen door anderen. Tijdens mijn reizen observeer ik graag de mensen op straat. Ook backstage, zoals hier, heb ik het gevoel dat ik in een modetijdschrift blader ! Vorige maand was ik in Manchester voor een fotoshoot in een busstation. Wij, de ‘modespecialisten’, waren ronduit mainstream in vergelijking met de ‘normale’ voorbijgangers. Het was een optocht van buitenissige outfits, felle kleuren en bizarre kapsels. Daar hou ik van, zo kunnen observeren. Ik sla alles op wat ik zie, zoals bij een schilderij of een film. Dat voedt mijn inspiratie.

Wat is volgens u de typische Peter Philips-touch ?

Oei, dat weet ik echt niet. Dat is een vraag die je beter aan iemand anders stelt. Vermits ik zelf geen make-up gebruik, creëer ik uiteindelijk niets voor mezelf. Ik oefen dit beroep uit omdat ik graag met kleuren speel en omdat ik het heerlijk vind om gelaatstrekken te bestuderen, ze tot hun recht te laten komen of te bewerken. Ik vind dat ongelofelijk boeiend. Vandaag, tijdens deze modeshow, doe ik het voor mijn vriend Raf. In het leven van elke dag doe ik het voor alle vrouwen.

Wat is uw favoriete kleur ?

Ik hou van alle kleuren. Alles hangt af van mijn stemming.

Hoe kijkt u vandaag tegen uw loopbaan aan ?

Als ik zie wat me allemaal is overkomen, ben ik zelf nog het meest verbaasd. Ik herinner me mijn eerste stappen in de wereld van de make-up. In feite ben ik er laat aan begonnen : ik was 26 of 27 jaar. Daarvoor maquilleerde ik alleen vriendinnen die uitgingen. Het was nooit bij me opgekomen om er mijn job van te maken. Het heeft mijn hele leven veranderd. Het is een passie geworden. Ik ben verhuisd naar New York en heb me laten meevoeren met de flow. Ik ontmoette er fotografen die me opdrachten hebben bezorgd. Gelukkig heb ik de juiste keuzes gemaakt. Omdat ik werk vanuit mijn buikgevoel, heb ik altijd mijn instinct gevolgd. En dat is bepaald niet slecht uitgedraaid. Ik heb mezelf nooit doelstellingen opgelegd. Het was niet mijn droom om op een dag make-upproducten te ontwerpen en toch ben ik nu dol op wat ik doe. Ik had het geluk om te mogen werken voor de twee mooiste modehuizen ter wereld : Chanel en Dior. Ik heb samengewerkt met Karl Lagerfeld, een icoon. En nu werk ik hier aan de zijde van Raf, mijn oude makker en al evenzeer een icoon. Dat is toch prachtig ?

Bent u gelukkig ?

Absoluut ! Want waar verdien ik mijn brood mee ? Ik maak vrouwen mooi, ik speel met kleur, ik creëer fantastische producten. Natuurlijk ben ik gelukkig ! Al blijft het uiteraard ook werk ; het is een vak. Een dagelijkse uitdaging ook, ergens halverwege kunst en business. Men mag van mij gerust zeggen dat ik een verkopersmentaliteit heb, want als vrouwen mijn creaties dragen, ben ik daar trots op. Het deed me al iets toen ik nog een heel jonge make-upartiest was. Vandaag doet het me nog altijd evenveel plezier.

DOOR ISABELLE WILLOT

Peter Philips : “Een weekend lang heb ik zelf, met de hand, die zestig paar spiegeleyeliners uitgeknipt”

“Luxe is tijd kunnen maken voor jezelf, jezelf mooi maken. Een beetje make-up is goed voor het zelfvertrouwen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content