Omdat de struisvogel zich overal makkelijk aanpast en omdat zijn vlees mals is en mager, wordt het exotisch pluimvee in toenemende mate over de hele wereld gekweekt. De struisvogel zou wel eens dé super-kip van de toekomst kunnen worden.

Pieter van Doveren Tony Le Duc

Voor Guy Wauters van de Euratco Ranch bij Herk-De-Stad staat het vast dat de struisvogel hét gevogelte van de toekomst is. Guy Wauters is ingenieur, werkte voor de Wereld Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties en is nu bezig aan een grootschalig struisvogelproject. Lieden die medelijden voelen met de struisvogel omdat het beest vanuit de hete woestijn naar het kille en natte België werd gehaald, doen er goed aan om eens met deze pionier van de Europese struisvogelkweek te spreken. Hij constateerde namelijk dat een struisvogel in de woestijn temperatuursverschillen van 40 graden ondergaat. Struisvogels leggen eieren bij -20 C en lopen in de winter vrolijk buiten, terwijl ons rundvee op stal staat te rillen : de beesten kunnen dus tegen een stootje. Het Belgische klimaat blijkt in de praktijk zelfs betere productieresultaten te geven dan het Afrikaanse. Volgens Guy Wauters is de woestijn niet altijd de natuurlijke habitat van de struisvogel geweest. Miljoenen jaren terug kwam het vreemde beest ook in onze contreien voor. De struisvogel trok naar de woestijn omdat de recordloper met zijn lange stelten daar meer kans heeft om rennend over de uitgestrekte vlakte te ontsnappen aan zijn vijanden (een struisvogel loopt sneller dan een luipaard !).

Struisvogels zijn de grootste vogels ter wereld (een volwassen exemplaar kan drie meter hoog worden). Het dier bereikt in gunstige omstandigheden een respectabele leeftijd van 80 jaar. Vanaf twee jaar na de geboorte en gedurende 30 jaar leggen de vrouwtjes eieren. Struisvogels zijn vriendelijke dieren die graag worden aangehaald en als eksters pikken naar alles wat blinkt : horloges, knopen, enz. Ze maken rare geluiden die wat weg hebben van het loeien van koeien en het brullen van leeuwen, en ze zijn helaas niet erg slim : met een sok over de kop kan je er alle kanten mee uit, tot in het slachthuis.

Het vlees van de struisvogel zit aan de bil (van 30 tot 50 kg). Het meest malse stuk wordt filet genoemd, maar deze benaming is onjuist want een struisvogel heeft geen filet. Struisvogelborsten hoef je bij de slager ook niet te vragen, want het beest heeft er geen.

Niet alleen het vlees geniet een groeiende belangstelling, ook het zachte leer heeft zijn weg gevonden en is erg gegeerd bij modehuizen. Struisvogelleer heeft een eigen tekening en wordt gebruikt voor tassen, schoeisel en kleding. De veren worden verwerkt tot plumeaus en boa’s, ze worden gebruikt in de auto-industrie en op het podium van variété-theaters. Het vet wordt verwerkt tot zonnecrème en momenteel worden proeven gedaan zowel met de hersens, die een element bevatten dat zou helpen tegen de ziekte van Alzheimer, als met de ooglenzen, in verband met transplantatiemogelijkheden.

Dat struisvogelvlees binnen afzienbare tijd deel uitmaakt van het standaardrepertoire van de Vlaamse slager is helemaal niet zo ongeloofwaardig. Guy Wauters legt er de nadruk op dat de ons zo vertrouwde kip oorspronkelijk uit Indonesië komt en dat de kalkoen, die zoals de struisvogel de eerste levensweken gevoelig is voor vochtigheid, eigenlijk afkomstig is uit India. Men moet dus niet pietluttig doen over beesten die hier niet thuishoren, want op de keper beschouwd, komt er maar weinig op onze borden dat van huis uit hier gedijde.

Eetgewoonten veranderen voortdurend en als wij de voedingsvoorspellers mogen geloven, dan staan wij aan het begin van een struisvogelinvasie. Ook Renaud Cogels, directeur aankoop verse producten bij Delhaize, ziet voor struisvogelvlees een grote toekomst : ?Het vlees heeft alles om de verbruiker te behagen : weinig vet, malsheid en een niet te uitgesproken smaak.? Delhaize verkoopt reeds vier jaar luchtledig verpakt struisvogelvlees, en koopt nu ook vers vlees in. Renaud Cogels constateert bij de consument een sterk toenemende belangstelling. Guy Wauters heeft daarop ingepikt. Hij bereidt de struisvogels voor de slachtmarkt en werkt samen met boeren van over de gehele wereld met wie hij verkoop- en aankoopcontracten sluit. De boer zet drie maanden jonge struisvogels uit, en mest ze vet volgens een lastenboek. De beesten zijn slachtrijp na 12 tot 14 maanden. Voor de landbouwer betekent deze manier van werken een gegarandeerd inkomen. Guy Wauters hoopt over vijf jaar zo’n 50.000 dieren per jaar te kunnen slachten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content