Al bijna veertig jaar staat Giorgio Armani aan het hoofd van het naar hem genoemde imperium. Een exclusief gesprek in Milaan met een van de laatste modegiganten.

Het defilé van Emporio is net afgelopen en il signore Armani, zoals zijn medewerkers hem respectvol noemen, is content. Daar heeft hij reden toe : als de nieuwe silhouetten van de herencollectie herfst-winter 2013-14 aanslaan – en alles wijst daarop – kondigt zich een nieuwe trend aan. Het zijn ruime, krachtig vormgegeven, met neopreen versterkte jasjes, en pantalons die bijna even strak aansluiten als de hoogtechnologische pakjes van topskiërs. ?Er zit wat Romeo en Julia achter”, lacht Armani. ?Want mannen zijn hun verleidingskracht wat kwijt sinds de vrouwen meer en meer ‘ontbloot’ worden. Dus laten wij opnieuw de mannelijke vormen tot hun recht komen. Benen, dijen… die mogen gezien worden.”

Zelf gaat de ontwerper sober gekleed : donkergrijs T-shirt en pantalon, soepel zwartfluwelen jasje dat er heel comfortabel uitziet. Dat blijkt ook zo te zijn als hij de mouwen opstroopt en de kraag omhoog zet, à la Richard Gere in American Gigolo. ?Ik was de eerste die een jasje op die manier droeg, in de jaren zeventig”, zegt hij, duidelijk trots dat een van zijn ‘codes’ (modevoorschriften) vandaag nog altijd opgang maakt. ?Sindsdien werd ik vaak gekopieerd.”

Achter het Armanilogo schuilen ontelbare kledingstukken en accessoires, van betaalbare lingerie tot haute-couturejurken uit de Privécollectie. Maar ook hotels en exclusieve luxeappartementen, de Casa-interieurlijn, een assortiment dolci met chocolade, honing en confiserie en, last but not least : de parfums.

Heeft ‘de onverzadigbare asceet’ misschien moeite om los te laten ? ?Ik voel me verantwoordelijk voor de mensen die met mij samenwerken”, zegt Armani. ?Momenteel zijn er zo’n zesduizend mensen van mij afhankelijk. Wat zal er met hen gebeuren als ik dit huis verlaat of verkoop ?” Toch dwingt de realiteit hem om zich daarop voor te bereiden.

Het merk Armani bestaat bijna veertig jaar. Hoe kijkt u naar wat u gerealiseerd hebt ?

Met wat ik nu weet, zou ik sommige zaken wellicht anders hebben aangepakt. Maar achteruitkijken werkt verlammend, wat nog verwezenlijkt moet worden, interesseert me meer.

Denkt u dat het vandaag nog mogelijk is zo’n imperium uit het niets op te bouwen ?

Dat denk ik niet. Vroeger kon je klein beginnen, een bedrijf groeide zeer geleidelijk. Nu moet je al naam gemaakt hebben, voordat je je creaties nog maar mag laten zien ! Winkels kopen je kleren alleen als je al in de pers gekomen bent. En daarvoor heb je heel veel middelen en financiële steun nodig, vaak van een grote groep die het systeem kent en thuis is in de economische wereld. Maar dan nog : de ontwerper is even de talk of the day, als de buzz stilvalt en de verkoop niet volgt, dan kun je het vergeten.

Hoe slaagt u erin om in deze gemondialiseerde wereld nog altijd de Armaniklant te bereiken ?

Ik bied producten aan die dienen om gebruikt te worden, niet om op voorpagina’s van kranten te staan of in de etalage te hangen. Stijl is voor mij synoniem met soberheid. Kleren moeten het beste in de man of vrouw die ze draagt naar voren halen. Ze dienen niet als vermomming. Dat is mijn basisovertuiging en die is niet veranderd, ook al zijn de silhouetten geëvolueerd. Mijn succes is wellicht te danken aan het feit dat ik blijf focussen op de werkelijkheid. Toen ik mijn gedestructureerde jasjes voor het eerst presenteerde, was dat een kleine revolutie, maar ze beantwoordden wel aan een onbewuste vraag.

Denkt u dat mannen nog te huiverig staan tegenover mode ?

Ze zijn in elk geval vrijer en opener dan veertig jaar geleden. Ze houden meer rekening met mode. Maar ze blijven onzeker. Veel meer dan vrouwen. Omdat ze bang zijn beoordeeld te worden door vrouwen en ook door andere mannen. Het is mijn taak als ontwerper om hen zelfvertrouwen te geven en tegelijk iets in beweging te zetten. Ik kan vandaag creaties voorstellen die enkele jaren geleden ondenkbaar waren. Anders zou het niet de moeite waard zijn defilés te blijven organiseren.

Vandaag is het mixen van merken én van genres geen taboe meer. Hebt u het gevoel dat u hebt bijgedragen tot het doorbreken van de modedictaten die vooropstelden dat je moest trouw blijven aan een en dezelfde stijl ?

Ja, daar ben ik zelfs heel trots op. Wie erin slaagt een stempel te drukken op zijn tijd, mag zich een succesvol ontwerper noemen. Ik ben een pragmaticus, ik heb altijd geweigerd om op mijn lauweren te rusten. Erkenning was voor mij een reden om nog beter te doen en verder te ontwikkelen. Dat ben ik verschuldigd aan mijn klanten en aan het modehuis dat ik heb opgericht.

Wat is ‘Armani’ ? Wat is het niet ?

Het eerste : een natuurlijk raffinement. Het tweede : alles wat theatraal is.

Blijft Armani wat het is, als u niet meer aan het roer zult staan ?

Mijn stijl ligt vast. De continuïteit van het bedrijf is gegarandeerd, alles is gedefinieerd, ook de creatieve aspecten. Ik werk niet alleen, ik ben al jaren omringd door bekwame mensen in wie ik het volste vertrouwen heb. Natuurlijk hoop ik dat ze nog altijd even betrokken zullen zijn als ik er niet meer ben. In dit vak moet je jezelf soms kunnen wegcijferen.

Waar komt dat enorme plichtsbesef vandaan ?

Gaandeweg ben ik steeds meer opgegaan in mijn werk. Dag na dag, week na week, jaar na jaar doe ik dit, zonder dat ik een specifiek carrièreplan in gedachten heb. Uit het een volgt het andere : als je dit doet ( toont het topje van zijn vinger), moet je ook dat doen (toont zijn hele vinger en vervolgens zijn hand).

En wil u nog meer ?

Ik maak keuzes. Ik zou veel rijker kunnen zijn, veel meer geld kunnen opbrengen, maar dat impliceert een steeds ruimere distributie, en dat zou op termijn gevaarlijk kunnen zijn voor ons imago. Ik heb gelukkig lijnen met zeer verschillende profielen op de markt kunnen brengen : Giorgio Armani is eerder traditioneel en tegelijk creatief, Emporio Armani sluit meer aan bij de trends.

Is eenzaamheid de prijs die men betaalt als men aan het hoofd van zo’n imperium staat?

Macht kan leiden tot isolement, dat is juist, maar alleen als je jezelf ziet als een machtsfiguur en je je daarnaar gedraagt. Ik ben een man van de actie. Ik heb geen tijd om medelijden te hebben met mezelf. Trouwens, ik voel me niet alleen. Ik heb het geluk te worden omringd door een kern van trouwe vrienden en medewerkers. En als ik alleen ben, dan is het omdat ik daarvoor kies. Ik voel me prettig in gezelschap, maar ook als ik alleen ben.

Waartoe dient mode eigenlijk ?

Om prettiger te leven, om je goed te voelen in je vel, om van jezelf te leren houden. En niet om anderen te willen behagen. Kleren mogen nooit je persoonlijkheid verdoezelen, integendeel, ze moeten helpen om je persoonlijkheid tot uitdrukking te brengen. Uiterlijk vertoon is even erg als banaliteit. Het gaat voor mij om een manier van zijn, meer dan om een manier om je te kleden.

Is een vleugje gekte in dit vak niet onontbeerlijk om te kunnen blijven vernieuwen ?

Ik laat altijd ruimte voor verbeelding en dromen. De verrassing zit in de details. Een sieraad of accessoire kan een kledingstuk een heel andere look geven. Dat maakt het actueel. En dat is wat ik versta onder ‘stijl’.

DOOR ISABELLE WILLOT / BEWERKT DOOR SOFIE ALBRECHT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content