Pierre Darge
Pierre Darge Freelancejournalist

De nieuwe break van de Mercedes E-klasse valt niet alleen op door een gewijzigd design, maar vooral door een aantal hightechingrepen en door een ingenieuze, zeer functionele aanpak van de koffer. De nieuweling komt eraan met drie benzine- en drie turbodieselmotoren met een common rail-technologie van de tweede generatie. De meest potente is de 3.2 benzine, met een piek van 224 pk, maar de opvallendste krachtbron is zeker de 3.2 CDI, een turbodiesel met een motorkoppel van 500 Nm. Die laatste versie is aan een automatische vijfbak gekoppeld, vrij vertaald : fluweelzacht schakelen in combinatie met een indrukwekkende stille kracht. Helemaal super wordt het als men weet dat deze bijzondere versie gemiddeld niet meer dan 7,3 liter/100 km verbruikt : van zinvolle vooruitgang gesproken.

Toch concentreerden we ons bij de kennismaking op de 220 CDI, het instapmodel dat allicht ook de populairste versie wordt. Onderweg blijkt dat instapmodel met zijn zes versnellingen zelfs behoorlijk alert, zeker pittig genoeg voor de doorsnee automobilist. Vooral omdat Mercedes bij de E-klasse bepaald niet zuinig omspringt met de standaarduitrusting. Alle E-breaks krijgen standaard zeer bruikbare nieuwigheden mee, zoals de Sensotronic Brake Control, een elektrohydraulisch remsysteem dat rekening houdt met het gedrag van de wagen tijdens het remmen en aangevuld wordt met nieuwe functies als een starthulpsysteem en een remhulp in files. Ook een automatische klimaatregeling ; een speedtronic-snelheidsbegrenzer met Tempomat ; een autoradio met cd en tien luidsprekers ; en een stabiliteitscorrector op de achteras waardoor de veerhoogte constant blijft, ongeacht de lading. Zeer praktisch zijn de traploos positioneerbare achterklep met sluitbekrachtiging ; het multifunctionele stuurwiel en de verwarmde, elektrisch bediende spiegels.

In optie kunnen daar nog bij : een actieve bochtenverlichting ; een rijdynamische multicontourstoel (met pulserende luchtkussentjes) en een Airmatic DC-systeem (elektronisch gestuurde aanpassing van vering en schokdempers).

Omdat het hier toch om een break gaat, kijken we uiteraard ook eens in de koffer. Die laadruimte is (met vijf inzittenden aan boord) 690 liter groot, 90 liter meer dan bij het vorige model. Met twee personen aan boord kan dat volume zelfs tot 1120 liter (voorheen 1050 liter) uitgebreid worden. Interessanter zijn echter de toepassingen die het vervoeren van ladingen een stuk makkelijker en handiger maken. Uiteraard kan de rugleuning van de achterbank asymmetrisch worden neergeklapt, ook zonder de hoofdsteunen te demonteren, en de zitjes kunnen zelfs vliegensvlug worden uitgebouwd. Ook de rugleuning van de voorste stoel kan worden dichtgeklapt (alleen inoptie !), zodat voorwerpen met een lengte tot 3,20 meter kunnen worden vervoerd. Op de Elegance en de Avantgarde zit achter de achterbank een uitneembare laadbak en onder de laadvloer een tweede bodem, onderverdeeld in compartimenten, bovendien bestaat de mogelijkheid om de plaats van het reservewiel te benutten. Overigens heeft de klant zonder extra kosten de keuze tussen een reservewiel of een tire fit-systeem . Als optie wordt ook een fixatiekit aangeboden die uit twee aluminium rails bestaat waarop vier cilindervormige elementen om de vijf centimeter vastgeklemd kunnen worden. Tussen die elementen kan (ook diagonaal) een telescopische stang worden vastgemaakt of een oprolband van één meter lengte, die bijvoorbeeld handig rond een meegevoerde bloempot sluit. En dan is er nog de hydraulische laadvloer die veertig centimeter kan uitschuiven en probleemloos tot 200 kg verdraagt. Geef toe, er is bij Mercedes zeer grondig over het laadprobleem nagedacht.

Uiteraard krijgen de breaks standaard een indrukwekkend veiligheidsarsenaal mee, van adaptieve airbags en spankrachtbegrenzers vooraan, tot hoofd- en zijairbags, ABS en ESP (dynamisch-rijgedragcontrole) tot de automatische detectie van het kinderzitje.

pierre darge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content