Wat zeggen ons de Paris Hiltons van deze wereld ? En de door haar gekleurde bimbocultuur ? Is het vrouwendom dat krols in niemendalletje over het scherm, de glossypagina’s en de advertenties kronkelt, het bewijs van de ultieme emancipatierebellie ? Of glijden we terug naar af ? Tijd voor bezinning.

Wat blijft het tussen Hem en Haar toch een geduw, gesneer, getrek, gediscussieer en wederzijds gedemonstreer van jammerlijke schijnbewegingen. Welnee, hij is nog lang niet gestreden, the War of the Sexes. Sinds vrouwen halfweg de vorige eeuw eensgezind de heerschappij der mannen bestormden, lijken beide kampen het noorden kwijt. Mannen vonden de invasie Ć©n hun eigen noodgedwongen expeditie in het vrouwenterritorium hoogst verwarrend en laveerden sindsdien van alfaman tussen metro-, retro en Ć¼berseksueel tot nieuwe man, en heen-en-terug. Vrouwen stookten aanvankelijk vreugdevuren met beha en rok, lieten okselhaar welig tieren en wapenden zich met Schwarzeneggerschoudervullingen, tĆ³t ze na enige decennia heimwee kregen naar het eigen lijf en opnieuw hun dubbele X-chromosoom gingen koesteren. Manlief reikten ze daarbij een verzoenende hand, en jawel, heel even leek een evenwichtig huwelijk in de maak. Helaas, het mocht niet zijn : sinds enige tijd gaat de balans weer aan het dansen.

Bloot als het nieuwe zwart

Vrouwelijkheid wordt niet langer gekoesterd, veeleer geƫtaleerd. Borsten moeten groter, billen bloter, beide het liefst afgewerkt met getatoeƫerde playboybunny. Het doet haast denken aan die millenniaoude beeldjes van vruchtbaarheidsgodinnetjes. Maar dan met wespentaille. En ditmaal niet in een matriarchale context. Stoeipoes is de (ere)naam, bloot is het nieuwe zwart, strippen en paaldansen de nieuwe fitness, pikante columns en clitlit de nieuwe Libelle. Behagen, uitdagen en prikkelen, het lijkt weer de lovenswaardige missie van elke moderne en vrijgevochten vrouw. Niet op zijn voorschrift, overigens. Nee, geen slachtofferconstructies deze keer. Alles op eigen initiatief, want daarvoor zijn we wel geƫmancipeerd genoeg.

Stukken vlees Althans, in de bimbocultuur. En, althans, volgens de Amerikaanse New York Magazine-journaliste Ariel Levy die haar soortgenoten in het boek Female Chauvinist Pigs meedogenloos, haast bloeddorstig, door de mangel haalt. De female chauvinist pig, zo luidt haar definitie, is de nieuwe vrouw met ‘macht’ die de playboybunny als talisman draagt, aan vluchtige seks doet alsof het sport is en de bimbocultuur omarmt wanneer ze maar kan. “Als male chauvinist pigs mannen waren die vrouwen als stukken vlees zagen, dan zouden wij ze eens een lesje leren : wij worden female chauvinist pigs, vrouwen die andere vrouwen en onszelf tot lustobject maken. De bimbocultuur is de lakmoesproef voor vrouwelijke vrijgevochtenheid”, aldus een kwaaie Levy.

En ze haalt er het feminisme bij. “Alom wordt aangenomen dat mijn generatie vrouwen, die het geluk heeft in een wereld te leven die door de vrouwenbeweging is aangeraakt, bij alles wat ze doet vanzelfsprekend geleid wordt door de verworvenheden van het feminisme. Maar zo werkt het niet. ‘Hoerig’ en ‘geĆ«mancipeerd’ zijn geen synoniemen. We moeten ons afvragen of deze obscene wereld van borsten, billen en benen eigenlijk wel laat zien hoe ver we gekomen zijn, of alleen maar hoe ver we nog te gaan hebben.” En ze raast voort. “Het klopt dat vrouwen met een inhaalslag bezig zijn op het van oudsher mannelijke terrein van het seksuele opportunisme ; net als op andere gebieden proberen we het onszelf qua seks zoveel mogelijk naar de zin te maken. Maar het is niet waar dat mannen in hun onderbroek rond paraderen om macht te krijgen.” Verdict : “Vrouwen die machtig over willen komen, hebben het altijd efficiĆ«nter gevonden om zich met mannen te identificeren dan om een poging te doen de hele vrouwelijke sekse naar hun niveau te tillen.” Conclusie : geen emancipatorische millimeter vooruit, terug naar af.

Bimbo’s die de trend markeren, vindt Levy onder meer in de stomende R&B-videoclips, waar net-geen-naakte vrouwenlijven lustobject van het zingende subject (en pooier van dienst) staan te wezen, en concreter in de Paris Hiltons en Christina Aguilera’s van deze aardbol. Christina Aguilera over wie ze schampert dat “die in 2003 een album opnam dat Stripped heette, in haar videoclip Dirrty op suggestieve wijze door de modder rolde en graag broeken zonder kont draagt. ‘Ze is een fantastisch rolmodel’, verklaarde Aguilera’s moeder. ‘Ze wil de maatschappij veranderen, want vrouwen moeten precies hetzelfde kunnen doen als mannen’.” Een redenering waarmee moeder en dochter Aguilera een knoert van een sofisme demonstreren, zo vindt Levy. Want is deze zogeheten bevrijdende rebellie niet gewoon hetzelfde als behaagzuchtig conformisme ? Feminisme dat in de eigen staart bijt, met andere woorden ?

Terug naar 1939

“Ik merk inderdaad een verwelkt feminisme”, vindt ook de Nederlandse socioloog Cas Wouters, die met Seks en de seksen een boek schreef over de evolutie van omgangsvormen tussen mannen en vrouwen. “De bimbotrend doet me denken aan een raadgeving die de Nederlandse etiquetteschrijfster Amy Groskamp-Ten Have aan vrouwen gaf in haar boek uit 1939 Hoe hoort het eigenlijk ? : ‘Ga op zoek naar Uzelf ! Wees niet bevreesd voor datgeen van Uzelf, dat gij uiteindelijk zult ontdekken, want de lichtende kern van Uw wezen is de allen vrouwen ingeschapen drang om in liefde te mogen dienen.’ Denk de ouderwetse bewoording weg en het zou het perfecte mission statement van de bimbocultuur kunnen zijn, nee ?”

Zorgwekkend dus, deze evolutie ? “Zo zou ik het niet noemen. GĆŖnant, dat wel. Om te zien hoe vrouwen hun lichaam laten bijsnijden en opvullen, tot in de schaamstreek toe, om te beantwoorden aan het beeld van het oogverblindende lustobject dat iets te vaak in de media getoond wordt. Deze zogeheten bimbo’s noemen zich zelfverzekerd. Maar dat kan ik moeilijk geloven. Je kĆŗnt toch niet anders dan onzeker zijn als je je schaamlippen laat bijwerken. MƔƔr laten we toch benadrukken dat het hier specifiek om die bimbocultuur gaat. En dat dit maar Ć©Ć©n subcultuur van vrouwen is. Bovendien, en dat wordt in deze discussie ietwat vergeten : heel veel mannen hebben echt geen boodschap aan dat soort vrouwen. Het feminisme heeft mooi werk geleverd en daar plukken beide seksen de vruchten van. Het zou jammer en al te gemakkelijk zijn om de bimbocultuur als de teloorgang en de definitieve ontsporing van het feminisme te zien.”

Bimbo’s van alle tijden

“Laten we dit bimboverhaal inderdaad loskoppelen van het feminisme”, raadt filosofe Griet Vandermassen aan. “Het is veeleer een commercieel verhaal, en gevoed door consumptiemaatschappij. Ik vind Levy nogal ongenuanceerd. Mij lijkt het bovendien gevaarlijk om vanuit feministische hoek in beschuldigende bewoordingen over seksualiteit te spreken. Dat ze borsten en billen in Ć©Ć©n zin gebruikt met obsceen, bijvoorbeeld : is dat niet al evenzeer terug naar af ? Bimbo’s zijn er altijd geweest. Nu lopen ze door de massamedia meer in de kijker, maar ze zijn helemaal niet nieuw. De vraag die we ons bovendien moeten stellen voor we ons zorgen maken : in hoeverre heeft dat gemediatiseerde beeld van de bimbovrouw echt invloed op de kijk van jonge meisjes ? En wat is die invloed ? Iemand als Christina Aguilera wordt door sommige meisjes bijvoorbeeld wel degelijk als een sterke vrouw gezien, Ć©n in de goede zin van het begrip : zij neemt de touwtjes in handen, en laat zich door niemand intimideren. WĆ©l zorgwekkend, vind ik, is het torenhoge en eenzijdige ideaal dat al die perfecte vrouwenlichamen onderstrepen. Alleen maar jong, strak, mooi en bekoorlijk : het sluit nogal wat vrouwen uit. Die invloed lijkt me veel sterker, en fnuikender.”

En daar raken we een hevige discussie : hoe belangrijk is de invloed van televisie en media op de beeldvorming van jongeren ? Anita Roddick, oprichtster van The Body Shop, hees ooit al de rode vlag over de al te expliciete R&B-clips. “Door die clips spreken sommige tieners hun liefje aan met bitch. Dat mĆ³gen we niet normaal vinden.” Socioloog aan de KU Leuven Steven Eggermont, die onderzoek deed naar de invloed van televisie op relatievorming bij jongeren, nuanceert. “Alles staat of valt met het al dan niet narratieve kader van wat ze zien. Temptation Island is bijvoorbeeld niet zo ‘gevaarlijk’, want daar is het duidelijk dat het gaat om een spel, dat er een opzet is, dat het niet gaat om de echte wereld. Onderzoek toonde ook aan dat heel veel, zo niet alles, met sociale klasse te maken heeft. Kinderen van ouders met een hoger opleidingsniveau zien vaker goede relaties, en geloven iets makkelijker in romantiek. Kinderen uit lagere sociale klassen staan enorm kritisch tegenover die romantiek en definiĆ«ren relaties veel seksueler. Nu blijkt dat jongeren uit die lagere sociale klassen ook meer naar clips kijken. Er lijkt een verband te bestaan met hun lossere opvatting over seks, maar die wortelt sterker in hun achtergrond dan in de invloed van die videoclips. Al neemt dat niet weg dat we ons wel vragen moeten stellen bij die almaar pornografischere ondertoon van videoclips. Moeten we dat allemaal wel toelaten ?”

Geen overbodige vraag, zoals onlangs nog bleek uit een rapport van de American Psychology Association (APA). Uit een breed onderzoek van alle mogelijke media, reclamecampagnes en productmerchandising concludeerde het APA dat het beeld van een vrouw wel degelijk in toenemende mate bepaald wordt “door haar sexappeal, door haar rol als lustobject”. “Bij tienermeisjes zorgt die overdreven voorstelling van vrouwen als eendimensionale seksobjecten voor toenemende druk om aan dat beeld te beantwoorden, wat tot ernstige fysieke en geestelijke problemen leidt”, stellen de onderzoekers. Er zou volgens het APA een duidelijke link bestaan met depressies, eetstoornissen, een laag zelfbeeld en slechte schoolresultaten.

Nieuwe preutsheid

“Mij lijkt de verdwijning van diversiteit in de beeldcultuur vooral het probleem”, meent Sofie Van Bauwel, communicatiewetenschapper aan UGent. “We zien altijd en alleen maar bijzonder mooie vrouwen en mannen. Jong, met een perfect lijf, en een grote behaagzucht tegenover de andere sekse. Die eenzijdigheid is zorgwekkend. Het discours van Ariel Levy over de bimbocultuur vind ik dan weer iets te polariserend, te sterk gekleurd door een nieuwe preutsheid. De bimbocultuur situeer ik vooral binnen een nieuw soort hedonisme waarin genot de heilige graal is. Het is eigen aan een cultuur met een ontstellend grote aandacht voor het lichaam. Dat heeft weinig van doen met postfeminisme, en zeker niet met het Europese feminisme. In Amerika lijkt postfeminisme individueler gedefinieerd, postfeminisme als girlpower. Die bimbocultuur zoals Levy ze beschrijft, doet overigens vooral Amerikaans aan. Daar is de voedingsbodem ook groter door die nog steeds sterkere preutsheid. Als vrouw naar porno kijken is daar een stoer statement. Bij ons choqueer je daar al veel minder mee, elk doet wat hij of zij wil – het Europese ‘leven en laten leven’. Maar nog eens : we moeten ervoor waken dat de beeldcultuur niet enkel en alleen mooie, behaagzuchtige vrouwen laat zien. Beelden op zich zijn volgens mij niet ‘goed’ of ‘slecht’, maar er moeten er wel meerdere en verschillende aangereikt worden. Die eenzijdigheid is problematisch.”

Graffiti in PompeĆÆ Conclusie ? Ja, er is reden om alert de beeldcultuur in de gaten te houden. En om jongeren een relativerende context Ć©n voldoende alternatieven aan te reiken. Maar nee, de bimbocultuur lijkt niet het bewijs van een losgeslagen postfeminisme. Evenmin van een duizelingwekkende U-bocht van het hele vrouwendom. Ook geen zorgen over een oversekste samenleving : de vaak obscene graffitiopschriften in PompeĆÆ, om maar iets te zeggen, maken duidelijk dat onze voorouders in de eerste eeuw na Christus al even heetgebakerde besognes aan het hoofd hadden. Laten we het cultuurpessimisme nog even voor wat het is. Al is Levy’s besluit alleen maar aan te moedigen. “We moeten onszelf de vrijheid gunnen om uit te vinden wat we diep van binnen van seks verwachten, in plaats van na te apen wat de populaire cultuur ons als sexy voorspiegelt. DĆ”t zou pas bevrijdend zijn.”

Female Chauvinist Pigs, Ariel Levy, Standaard Uitgeverij, ISBN 9789029079167, 18,90 euro.

Door Guinevere Claeys I Illustratie Bad Pritt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content