Tokio was de voorbije vijf jaar zowat de tweede thuis van Hendrik Willemyns en John Roan, de spilfiguren van de Belgische band Arsenal. De Japanse metropool inspireerde hen eerder dit jaar al tot een plaat, nu ook tot een film. Zij loodsen ons door ‘neonpretpark’ Tokio, voor én na sluitingstijd.

ONZE GIDSEN

Hendrik Willemyns en John Roan trokken in 2009 een eerste keer naar Tokio om er voor Paper Trails, Willemyns’ boekenprogramma op Canvas waarvan Roan de geluidsman was, op zoek te gaan naar de verhalen achter Haruki Murakami’s roman Norwegian Wood. Willemyns is in de vijf jaren daarna nog tien keer teruggekeerd, Roan acht keer. Arsenal gebruikte Japan als decor voor zijn eerder dit jaar verschenen laatste album Furu, en deed haast elk jaar wel een minitournee in Tokio. Willemyns nam er samen met een Japanse cast en regisseur Dance ! Dance ! Dance ! op, een film die nu (22 oktober) op het Film Fest Gent en later in de theaterzalen en culturele centra wordt voorgesteld met livemuziek erbij. En ze spreken allebei nog een mondje Japans ook.

Volg de gidsen !

KABUKICHO

Willemyns : “Een clichébeeld, maar wel een iconisch beeld. Deze foto is genomen in Shinjuku, en biedt een uitzicht op Kabukicho. Die wijk weerspiegelt het typisch visuele en de alom aanwezige seksuele prikkels — anders dan bij ons, wordt het straatbeeld van Tokio gedomineerd door seksueel getinte advertenties. Je vindt hier allerlei soorten cafés: van robotbars tot meisjesbars, maar even goed bars voor filmfanaten. En er zijn veel hoerenbuurten. Het is een soort red-light district, maar dan met ook veel green lights en blue lights (lacht). Kabukicho is een waar neon forest. Heel aantrekkelijk… En oppervlakkig.”

VERBODEN TE DANSEN

Willemyns : “Een slapende wet uit 1948, die het dansen in clubs verbiedt, wordt opnieuw opgerakeld in Tokio : dat is waar Furu, nota bene een dj, in de film mee te maken krijgt. Maar die wet is ook echt gereactiveerd. Hier en daar – zoals in een club genaamd Color in de wijk Roppongi, waar de meeste buitenlanders zitten – kom je bordjes tegen waar no dancing op staat. Men probeert er de buitenlanders mee te verjagen, die de regels niet respecteren door drugs te gebruiken en veel lawaai te maken.”

Color : 106-0032, Tokyo, Roppongi, Minato-ku 5-10-25, EX Keyakizaka building R1F, www.color-tokyo.com

STRANGELOVE RECORDS

Willemyns : “De eerste keer dat we in Tokio waren voor Paper Trails, verbleven we in een hotel dat zich schuin tegenover deze muziekwinkel bevond. In een wereld die voor ons toen heel vreemd aandeed, was het bord met die iconische bananenhoes van The Velvet Underground het enige herkenningspunt. Al die rare Japanse tekens verstonden we niet, die banaan wél. Strangelove Records verkoopt trouwens bangelijke vinylplaten.”

Roan : “Na een lange opnamedag was het leuk om die banaan terug te zien. Dan wisten we dat we ’thuis’ waren. Bovendien liep er naast die winkel een gezellig klein straatje, ontdaan van alle oogverblindende neonvulgariteiten van een paar honderd meter verderop. Strangelove Records was voor ons een baken van rust.”

160-0023 Tokyo, Shinjuku, Nishi-Shinjuku 7-8-11, Daikoku building 2F.

AKIHABARA

Willemyns : “Akihabara — ook wel geek town genoemd — is de buurt waar de nerds op zoek gaan naar mangastrips en videogames. Er zijn ook heel veel maiden bars, waar grietjes zich verkleden als mangafiguurtjes en liedjes zingen uit bekende manga-series. De aanwezige mannen — of beter gezegd : boerenpummels — zingen duchtig mee en mogen nadien met die meisjes op de foto. Ik ben in zo’n bar gaan filmen voor Dance ! Dance ! Dance !, met drie van die mangameisjes als figuranten. Best grappig.”

SHIBUYA CROSSING

John Roan : “De drukste oversteekplaats ter wereld, waar je omsingeld wordt door neonlichten, reclamepanelen, tv-schermen en vooral : véél volk. De eerste keer de Shibuya Crossing oversteken is als de eerste keer op Times Square in New York rondlopen, maar dan indrukwekkender.”

Hendrik Willemyns : “Dit is het Disneylandgedeelte van Tokio, met een jonge en jeugdige uitstraling, een gevoel van snelheid en vooruitgang en veel neons en andere flashy taferelen. Het bulkt er ook van de seksuele prikkels, waar ik het eerder over had. Dat zit ook allemaal in mijn film. Het hoofdpersonage Furu trekt van het landelijke Iwate naar het moderne Tokio. Hij wil het daar maken en snakt naar die snelheid. Maar die staat ook gelijk aan oppervlakkigheid. Dat is wat Natsuko, Furu’s love interest in Tokio, belichaamt : ze is aantrekkelijk maar oppervlakkig.”

SANCHAKI

Willemyns : “Als je uit het station van Sangenjaya stapt, krijg je het gevoel dat alles in Tokio op elkaar lijkt : grote wegen, neonverlichting, gigantische winkelcentra. Maar van zodra je een zijweg inslaat, kom je in steegjes vol gezellige bars en restaurants. Waar je ook binnengaat, krijg je lekker eten. Zoals in Sanchaki, dat gerechten van het zuiderse eiland Okinawa serveert.”

Roan : “Ik heb er dingen gegeten waar ik nog nooit van gehoord had. Zoals zeedruiven. De vruchten zijn maar zo groot als visseneitjes. Maar wat een smaakbom !”

Willemyns : “We gaan er bijna elke keer naartoe. We zijn er zo vaak geweest dat ze ons daar kennen, niet evident, want voor Japanners lijken alle buitenlanders op elkaar.”

154-0024 Tokyo, Setagaya-ku, Sangenjaya 2-14-21.

EEN BOUWWERF IN SHIBUYA

Willemyns : “Bouwwerven zijn typisch voor Tokio. Gebouwen worden er na ongeveer dertig jaar al weer tegen de grond gesmeten. Ze zijn dan – in tegenstelling tot bij ons – niets meer waard, omdat er intussen nieuwe voorzieningen zijn tegen aardbevingen. Het heeft ook te maken met het doen draaien van de economie. In dat opzicht beweegt Tokio voortdurend. Tegelijkertijd staat de stad stil : op het gebied van muziek en cinema gebeurt er bijvoorbeeld nog maar heel weinig. Beweging en stilstand, zo valt Tokio misschien nog het best te omschrijven. En laat dat nu net ook de kernthema’s van Dance ! Dance ! Dance ! zijn.”

151-0071 Tokyo, Shibuya-ku, Hatsudai.

EEN WINKELTJE IN SHIBUYA

Willemyns: “Wat je op dit beeld goed ziet, is dat het licht ’s nachts een andere kleur lijkt te krijgen in Tokio. Ik hou van het groene schijnsel van de nachtverlichting. Er ontstaat een haast onwereldse sfeer.”

Roan : “Inderdaad, alsof je in een Miyazakifilm beland bent. Dit is een plek waar je je fantasie de vrije loop kunt laten gaan, en je je in een andere wereld waant.”

Willemyns : “Ik kijk ’s nachts ook graag naar de trottoirs. De textuur ervan spreekt mij aan; je ziet the cracks in the pavement. Voor mij hét beeld van Tokio.”

151-0071 Tokyo, Shibuya-ku, Hatsudai.

KUROMON

Willemyns: “Het zijn de traditionele, authentiek ogende houten restaurantjes die ons het meest aantrekken in Tokio. Kuromon, een ramenshop in de wijk Shinjuku, is er zo eentje. Het is een historische plek in de Japangeschiedenis van Arsenal. John en ik hebben ze ontdekt tijdens ons eerste bezoek aan Tokio. De drempel om er binnen te gaan was best hoog, want van buitenaf zagen we enkel een menukaart vol Japanse tekens. Toch hebben we het aangedurfd om er iets te bestellen. Een grote overwinning.”

Roan: “We hebben allebei een tsuke soba gegeten, een gerecht waarbij je koude udon-noedels in een warme bouillon drenkt. Je moet die noedels letterlijk opslurpen. Als ik me niet vergis hebben we na die eerste keer Kuromon een ander T-shirt moeten aantrekken, maar het was wel geweldig lekker.”

Willemyns: “Elke keer als we in Tokio zijn, gaan we daar eten. De bazin kent ons ondertussen al, en is zelfs eens naar een Arsenalconcert komen kijken. Ze vond het heel goed.”

160-0023 Tokyo, Shinjuku-ku, Nishi-Shinjuku 7-10-12, Daihan Birudensu

GOLDEN GAI

Willemyns : “Een kat in een klein steegje is heel erg Japans, heel erg Murakami ook. Dit straatje is gelegen in Golden Gai, een buurt vol kleine bars waar vaak maar vier personen binnen kunnen. Deze foto toont Disneyland after dark, het pretpark nadat het is gesloten. Als de metro’s gestopt zijn met rijden en de straten er verlaten bij komen te liggen, wordt Tokio pas écht interessant. Als ik ’s nachts tussen twee en vier met een jetlag zit en de slaap niet kan vatten, ga ik door de straten wandelen, met muziek van M83 in de oren. Dat zijn voor mij de mooiste momenten in Tokio. Dan heerst er een soort rust die heel magisch is. De poëzie zit in de afwezigheid.”

Roan : “De verwondering voor het grootse Tokio zwakt eigenlijk snel af, en dan merk je dat die onderliggende tweede laag inderdaad de mooiste is.

’s Nachts druipt de melancholie er echt van af in die donkere straatjes. Alleen kunnen ronddolen in zo’n miljoenenstad heeft iets héél surreëels.”

DOOR MICHAEL ILEGEMS & FOTO’S ROB WALBERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content