Bewegingsruimte, lucht en weidse zichten zijn

een kostbaar goed in een grootstad. Water,

loeiende scheepshoorns en de charme van een oud havengebied maken van deze Amsterdamse flat dan ook een heel bijzondere plek.

In de Amsterdamse flat van inte-rieurarchitect Wim de Vos krijg je de indruk in een pakketboot over het water te glijden. Zijn transparante woning heeft veel van een bovendeks gelegen scheepscabine. Al is deze vergelijking misschien wel wat misleidend, omdat ze verkeerdelijk de indruk zou kunnen wekken dat het appartement of het pand waarin het zich bevindt iets te maken zouden hebben met de pakketbootstijl uit het interbellum. Integendeel, het in rode baksteen opgetrokken gebouw, ontworpen door de Zwitserse architecten Diener & Diener, is strak hedendaags. “Het is enkel een doos met vensters. Veeleer sober, om niet te veel aandacht te trekken in een omgeving die al vol blikvangers staat. Qua volume verwijst het wel naar de Piraeus, het monumentale bouwsel van Hans Kollhoff en Christian Rapp. En dat is meteen de kwaliteit van dit gebouw : het neemt de schaal over van het havengebied”, aldus Wim de Vos.

Hij woont in het overgangsgebied tussen het KNSM-eiland (ooit de thuis van de Koninklijke Nederlandse Stoomboot Maatschappij) en het Java-eiland, die allebei in de laatste decennia bebouwd werden met woningen. Dit deel van het oostelijke havengebied is een van de trekpleisters geworden van de stad, met onder meer kunstgalerijen en eethuizen. Tal van vermaarde architecten gaven de plek vorm. Zo kijkt De Vos uit op de IJtoren van Willem Jan Neutelings, en op het oude Lloydhotel, destijds de tijdelijke verblijfsplaats van migranten uit Oost-Europa, die van daaruit per schip vertrokken naar Amerika. Een ronduit spectaculair uitzicht door ramen aan beide zijden van de flat, met een va-et-vient van boten. “Hier heb je het gevoel dat de zon en het water samenvallen. Bovendien is de architectuur van de omgeving erg boeiend, van een monumentaliteit die verschilt van wat er normaal in Nederland wordt gebouwd. Als ik na een uitstap van een paar dagen weer thuiskom, dan ben besef ik wat je elders mist.”

oude dokken

Aanvankelijk woonde De Vos in de Amsterdamse binnenstad, maar zoals zovele creatieve lui trok hij naar het oostelijk havengebied, dat de laatste jaren in ijltempo werd gerenoveerd. Door de talrijke stapelhuizen en de nieuwe gebouwen blijft het als een haven aanvoelen, maar toch is alles opgefrist. Daarbij vergeleken bieden de oude dokken van Antwerpen een intrieste aanblik. De Vos heeft trouwens zijn wortels in de Scheldestad. “Ik ben vertrokken toen het in Antwerpen allemaal een beetje vastzat en er hier meer mogelijkheden waren, eind jaren zeventig. In het begin heb ik vooral winkels ingericht. Daarna kwamen de woningen aan de beurt van zij die deze zaken runnen. Ik zit vooral in het modecircuit.” Ondertussen realiseerde hij interieurs in zowel Nederland als Vlaanderen en geeft les aan de vermaarde Design Academy van Eindhoven.

Zijn eigen flat zag er bij aankoop helemaal anders uit. “Hij was verdeeld in kleine ruimtes en de keuken stond helemaal in het midden. Ik heb er vrijwel alles uit gehaald om een nieuw grondplan te creĆ«ren.” Het werd een enfilade van ruimtes : van de voordeur kijk je dwars door de flat naar de werkkamer, twee muren met telkens twee openingen verdelen het geheel in drie. Zo ontstaat er een circulatie en zorgt de symmetrie voor visuele rust. “Symmetrie is geen onbelangrijk element, dat ik graag ontdek in oude architectuur, bijvoorbeeld uit het directoire en het biedermeier”, legt De Vos uit, al heeft zijn flat meer iets van een modernistisch interieur uit de jaren twintig. Ook de vensters zijn gewoon schitterend van verhoudingen : doordat ze zo laag zijn, bieden ze een onbelemmerd uitzicht op de omgeving en blijft er tegelijkertijd genoeg ‘muur’ over om de ruimte te begrenzen. De muren liet hij zacht pleisteren met aan de ramen en het plafond lichtjes afgeschuinde hoeken die de schaduwen verzachten. Het plafond glanst ietwat en weerkaatst het licht van op het water, maar de matte muren slorpen dan weer het licht op. Op de vloer ligt een mooie rubberen sportvloer die het geluid goed isoleert.

Het sobere interieur bestaat vooral uit vrij transparant meubilair : stoelen en tafels met fijne poten. In de hal zit een hele rij kasten verstopt. De Vos maakt graag gebruik van dergelijke oplossingen. “Ze zijn bovendien perfect te realiseren, omdat ik met goede schrijnwerkers werk. De meesten hier zijn immers opgeleid tot scheepstimmerman en werken dus heel nauwkeurig.” Ook in zijn werkruimte naast de centrale leefkamer zit bijna alles in witte muurkasten verstopt, om de transparantie te verzekeren en het aantal meubels te beperken. “Dit ruimtegevoel, zowel binnen als buiten, werkt verhelderend”, zegt hij. “Je kunt hier de hele dag binnenblijven zonder het gevoel te hebben niet buiten te zijn geweest.”

Door Piet Swimberghe / Foto’s Jan Verlinde

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content