Getuigt het van heel slechte smaak als een man hetzelfde geschenk koopt voor zijn vrouw en zijn minnares? En zouden de eindejaarsfeesten eigenlijk geen sperperiode voor buitenechtelijk gerommel horen te zijn? Zeker in zo’n gevoelige materie als overspel is er behoefte aan duidelijke afspraken.

Hij had niets van een casanova, de man in stoel 9B op de vlucht van JFK naar Londen Heathrow. Een Ier van een jaar of vijfenveertig, al wat lubberig aan de randjes, van wie de voorvaderen zo te zien ettelijke mislukte aardappeloogsten overleefd hadden. En de sector waarin hij bedrijvig was, dialyse-apparatuur voor ziekenhuizen, leek ook niet meteen veel aanleiding tot frivole uitspattingen te bieden. Maar toen het wagentje met tax free goodies zich aandiende, kocht hij twee quasi-identieke zijden sjaals. Van die oerklassieke dingen met stijgbeugels en andere hippische parafernalia. Je moet daar voor zijn en twee stuks leek mij helemaal van het goede te veel. Maar ik gaf geen krimp: instant intimiteit op een kruishoogte van 10.000 meter is niet echt mijn ding.

Helaas was het een vlucht met veel turbulentie, wat de alcoholconsumptie en dus ook de toenadering tot de medepassagiers bevordert. Na drie miniflesjes Jack Daniels kwam het hele verhaal eruit. Dat Dave meer dan 20 jaar lang een voorbeeldige echtgenoot geweest was, praktiserend katholiek bovendien en vader van niet minder dan vijf opgroeiende kinderen, met wie hij in het weekend nestkastjes timmerde en naar het rugby ging. Dat hij van Beryl hield en er niet aan dacht om haar en de jongens verdriet te doen. Maar die Cathy van accountancy, die had iets in hem losgemaakt. Dat zo’n pront jong ding trouwens iets zag in een ouwe papzak als hij. Zodanig opgetogen was hij over zijn recent ontdekte aantrekkelijkheid voor het andere geslacht, dat hij ze meteen ook even wilde uittesten op een wildvreemde vrouw in een vliegtuig.

Ach, ’t was geen kwaaie kerel, die Dave. Alleen zijn die overspannen verhalen van verse overspeligen voor buitenstaanders nu eenmaal een tikkeltje vervelend. De betrokkenen zijn ervan overtuigd dat ze iets unieks beleven, iets dat hen voor het eerst in lange tijd het gevoel geeft dat ze leven en dat elke vezel in hun lijf doet zinderen. Voor de buitenwacht is zo’n affaire hoogstens wat dubieus gescharrel na de uren. De meest banale uitlaatklep om aan de banaliteit te ontsnappen, zoals Marjo van Soest het zo treffend uitdrukt in Over De Regels Van Het Spel.

Toen ik in Heathrow afscheid nam van Dave, was ik er nogal gerust op. Het zou wel koelen zonder blazen en waarschijnlijk was Beryl zelfs blij met haar zijden paardendoek. In mijn verbeelding leek ze een beetje op Brenda Fricker, de moeder van Daniel Day Lewis in My Left Foot. Dat heb je als je iets te vaak naar de film gaat.

En die Cathy, die moest niet zeuren, daar schiet je als minnares nu eenmaal niets mee op. Ja goed, misschien had haar baas iets originelers voor haar kunnen uitzoeken, maar ’t was nu eenmaal niet zo’n wereldse man.

Ik moest opnieuw aan Dave denken toen ik over de Alibi-centrale las, een oorspronkelijk Britse organisatie die overspeligen met de meest gesofisticeerde middelen aan een waterdichte smoes helpt. Gedaan met amateuristische uitvluchten als je een paar dagen ver van het echtelijk bed met de geliefde wil gaan rollebollen. Een heel netwerk van vrouwen met een vertrouwenwekkende stem fungeert als receptioniste van een zakenhotel, golfclub of beautyfarm. Zo nodig worden er ook invitaties voor fictieve congressen en treinkaartjes geleverd, kwestie van je zakelijk succes, je eigen familiegeluk en het welzijn van je partner en kinderen niet op het spel te zetten voor een kortstondige affaire. Het Britse filiaal van The Alibi Agency gaat prat op 12.000 tevreden klanten en intussen bestaat er ook al een concurrent, Ace Alibi, die binnenkort een Nederlandse afdeling zou openen.

Nu ben ik altijd een beetje wantrouwig als ik zo’n verhaal in de krant lees, tussen de perikelen rond de Amerikaanse presidentsverkiezingen en de Palestijnse troebelen in. Een honey-artikel heet zoiets in het jargon, omdat je er aan de ontbijttafel gezellig met de partner over kunt zitten keuvelen. Al is dat bij een artikel over overspel misschien niet zo’n best idee. Maar goed, de belangrijkste functie van dit soort berichtgeving is het introduceren van enige luchtigheid in een wereld vol kommer en kwel. Soms vermoed ik zelfs dat de instellingen die in dit soort verhalen figureren puur ten dienste van de pers in het leven geroepen worden. Zoals die blind date contactbureaus die een paar jaar geleden zoveel furore maakten. De paar echt eenzame zielen die zich inschreven voor een prettig avondje uit, werden keer op keer geconfronteerd met een journalist met een cassetterecorder die in zo’n ontmoeting alleen voer voor een lekker verhaal zag. Toen alle damesbladen en human-interestbijlagen van kranten hun reportage eenmaal hadden, gingen die bureaus prompt op de fles.

Ik vraag me trouwens af of zo’n Alibi-centrale aan een reële behoefte beantwoordt. Zou zo’n Dave er gebruik van maken? Nee toch, daar is die man niet doortrapt genoeg voor. Die wil zo lang het duurt in de passie van het moment geloven, in een gestolen en daarom juist heerlijk intens rendez-vous in het park of een knusse tearoom in een achterafbuurt van Belfast. En heel af en toe in een wat onduidelijk pension in een naburige stad. Maar het pure, geïnstitutionaliseerde bedrog? Dat is alleen voor kille dwangmatige versierders die bovendien niet op een frank moeten kijken. En neem nu dat dat voorbedachte en tot in de puntjes georganiseerde bedrog toch uitkomt, dan heb je toch helemaal geen poot meer om op te staan!

Nee, dan zie ik meer brood in een gids met raadgevingen voor overspeligen. Een soort etiquette voor het vreemdgaan, zeg maar. Of een wegwijzer in het land der driften. Waarom ook niet? Er zijn fatsoensregels voor elke denkbare situatie, waarom dan niet voor ontrouw?

Anderzijds kun je je natuurlijk afvragen waarom het zo nodig moet, overspel. Alles goed beschouwd, is het een redelijk ouderwets fenomeen. De doorsneemens trouwt al lang niet meer om troonopvolgers te kweken, eigendommen of titels veilig te stellen of vruchtbare landbouwgronden bij elkaar te voegen. Nee, als wij westerlingen trouwen, is het uit liefde. Waarom zouden we elkaar dan niet trouw blijven? Ontrouw is immers beschamend, verwerpelijk en algeheel ontof, vooral dan voor de bedrogen partij. En bijna altijd komt er miserie van, want seks zonder verantwoordelijkheid is een utopie.

Ronnie Brock, de manager van The Alibi Agency, heeft er anders een heel simpele uitleg voor: “Omdat we dieren zijn en ons als dieren gedragen.” Een iets meer gesofisticeerde verklaring is dat het familiaire na een tijd aan waarde inboet. En dat opwindende seks een mate van vertrouwdheid maar ook van het onbekende vereist. De begeerte heeft zo haar eigen wetten. Hoe het ook zij, serieuze enquêtes wijzen uit dat één op twee getrouwde mannen een overspelige echtgenoot was, is of het ooit zal worden. En aangezien slechts een kleine minderheid van de getrouwde mannen het met elkaar doet, doen de anderen het met vrouwen: getrouwde of alleenstaande.

In principe kan de term minnares op allebei de categorieën slaan: een getrouwde of alleenstaande vrouw die iets met een getrouwde man heeft. Maar Victoria Griffin, auteur van het boek The Mistress, reserveert de term bij voorkeur voor de laatste categorie. Het omgekeerde bestaat natuurlijk ook: een getrouwde vrouw die een relatie heeft met een vrije man. Maar dat komt lang niet zo vaak voor. In het Engels bestaat er zelfs geen mannelijk equivalent voor de term mistress. En een maître is evenmin de Franse mannelijke tegenpool van een maîtresse. Griffin, ten tijde van het verschijnen van haar boek aan haar vierde getrouwde partner toe, ziet zichzelf als het prototype van een nieuw soort minnares: niet de treurwilg die geduldig wacht op de kruimels die haar getrouwde partner haar toewerpt, maar een onafhankelijke vrouw die wel de dure etentjes en de zakenreisjes wil, maar geen voetbal in bed en nog minder zijn rondslingerende sokken. Wat me een enigszins rooskleurige voorstelling van de feiten lijkt. Akkoord, niet alle vrouwen willen trouwen en niet alle vrouwen willen kinderen, maar een relatie met een getrouwde man, met al haar beperkingen en de afwezigheid van enige sociale erkenning, lijkt me hoe dan ook geen ideale situatie. In Engeland was er vorig jaar overigens een wetsvoorstel om de maîtresse enige rechtszekerheid te verschaffen, in zoverre zij meer dan een seksuele relatie met de getrouwde man onderhield tenminste. Mocht daar ooit iets van komen, dan kan dat tot vermakelijke toestanden in de rechtszaal leiden: “Jawel edelachtbare, ik heb ooit nog zijn hemd gestreken en twee knopen aangenaaid…”

Maar of je er nu bewust of willens nillens in terechtkomt, één ding staat als een paal boven water: een overspelige relatie gedijt enkel bij gratie van de geheimhouding. Er zijn mensen die daar jaren in volharden, in die mate zelfs dat het overspel iets van een tweede, complementair huwelijk krijgt. “Deftig” aanhouden, heet zoiets dan.

Toen ik een kind was, woonde er een paar huizen verder in de straat een lange, schrale blondine bij wie er zelden een lachje afkon. De moeder van Dirk en Tineke, want het was zo’n buurt waar de mensen gedefinieerd werden door hun kinderen. Waarom die vrouw zo zuur keek, is mij nu eerlijk gezegd een raadsel, want de vader van Dirk en Tineke was ’s morgens nog niet goed de deur uit, of haar minnaar maakte zijn opwachting: een magere vent met een bril en van dat sterk krullend haar dat van nature ten berge leek te rijzen. En zijn fietsspelden, die herinner ik mij ook nog. Niet dat ik er toen een flauw idee van had wat dat betekende: een moeder die een vriend had. Dat soort dingen vraag je je als kind niet af en al evenmin of die vent met zijn fiets dan nooit hoefde te werken.

Maar elke weekdag was het dus hetzelfde ritueel: vader weg, fiets binnen en tegen zessen hetzelfde, maar dan omgekeerd: fiets weg, vader thuis. En omdat ze dat al zo lang volhielden en er verder nooit iets opzienbarends gebeurde, werd er op de duur zelfs niet meer over geroddeld. Maar zulke situaties zijn natuurlijk eerder uitzonderlijk. En achteraf bekeken kan het bijna niet anders of de vader van Dirk en Tineke moet van wanten geweten hebben: iedere driehoek heeft zijn eigen logica.

Maar over het algemeen valt overspel in de echtelijke woning dus sterk af te raden, ook al beweren sommige perverse geesten dat de kans op betrapping een geheime liefde juist spannend houdt. Bij een in flagrante delicto denkt iedereen natuurlijk meteen aan het echtelijke bed, maar een vrouw uit mijn kennissenkring die eerder dan verwacht van een zakenreis terugkwam, trof in haar keuken een wildvreemde vrouw aan die daar een uitgebreide maaltijd stond te prepareren. Wat ze eigenlijk bijna erger vond dan die vrouw in haar bed te vinden. Want een minnares moet haar plaats kennen en als zij de rol van de wettige echtgenote als verzorgster van huis en haard wil overnemen, is het einde van de ellende niet meer te overzien. Vroeger was dat allemaal veel prettiger geregeld: een heer van stand installeerde zijn minnares op een ander adres, indien mogelijk zelfs een klein buiten, waar ze haar eigen huishouding bestierde. Vandaar ook die verwarrende term maîtresse. En als de vrouw des huizes binnenskamers niet aan haar trekken kwam, was er in het personeelsbestand misschien wel een welwillende houtvester of tuinman die haar uit de nood hielp.

Maar nu maken we er een potje van en wie zich daar wenst in te verkneukelen, vindt in de Britse tabloids een onuitputtelijke bron van verwondering en vermaak. Een parlementslid dat een verhouding had met de vrouw én de twee dochters van een opperrechter? Komt in de beste families voor. Of wat dacht u van de voormalige Ierse eerste minister Charles Haughey, zeer pro-familie en anti-echtscheiding, die 27 jaar lang een relatie onderhield met Terry Keane, Ierlands beruchtste roddelcolumniste. Hun verhouding was overigens een publiek geheim, in haar columns verwees Keane naar haar minnaar als sweetie… De poppen ging pas echt aan het dansen toen zij een smeuïg boek over haar verhouding met de politicus schreef. Ze had weliswaar de goede smaak om te wachten tot de man afgetreden was, maar toch… Haar commentaar: “Ieren vinden het heerlijk om stiekem over affaires te roddelen. Maar als je er openlijk voor uitkomt, zijn ze gechoqueerd. Dit is een ouderwetse, hypocriete maatschappij, gedomineerd door religie.”

Overigens heeft Keane nog een paar goede raadgevingen voor clandestiene paren: zorg voor een infrastructuur van een zestal paren die niets met jouw man of zijn vrouw te maken hebben, maar die “jullie” vrienden zijn. En als je “haar” toevallig tegen het lijf loopt op een modeshow of liefdadigheidsfeest, kijk je allebei de andere kant op.

Dat van die eigen vriendenkring lijkt verdacht veel op de entourage van Charles en Camilla Parker-Bowles, die hun relatie zorgvuldig van de buitenwereld afschermde. Als je de tabloids mag geloven, is Camilla in vergelijking met Diana en haar schoonzus Sarah Ferguson altijd een toonbeeld van discretie geweest. De enige reden dat ze tonnen vitriool over zich heen kreeg, was omdat ze als minnares ouder en lelijker was dan de wettelijke echtgenote. Maar geduld wordt beloond: zelfs koningin Elisabeth erkent nu het bestaan van Camilla, en met de 150.000 pond die Charles jaarlijks aan haar spendeert, kan ze zich misschien niet meteen de lifestyle van een koningin, maar dan toch van een dame van stand permitteren.

Kiss and tell, het is een zonde waaraan wel meer maîtresses zich bezondigen. Zelfs een scherpe geest als Renate Rubinstein kon het niet laten om haar herinneringen neer te schrijven aan haar relatie met Carmiggelt, “de meest getrouwde man van Nederland”. Gelukkig was ze wel zo kies om met de publicatie te wachten tot na zijn dood en die van zijn vrouw Tiny. Maar hoe ontroerend het boek ook is, hier en daar klinkt er toch een dreinerig toontje in door: “Van mij hield hij toch het meest.” Fout natuurlijk, minnaressen horen niet possessief te zijn en zeker niet over het graf heen. Een echtgenote van een president die niet alleen de minnares, maar ook de buitenechtelijke dochter van haar man naast zich in de begrafenisstoet duldt, dat kan alleen in Frankrijk.

Discretie, daar draait het allemaal om. Maar je moet ze toch aan iemand kwijt, al die verwarrende gevoelens over een verboden passie. Een totaal onbekend mens in een vliegtuig is misschien niet eens zo’n slecht klankbord. Ships passing in the night, weet je wel. Want vrienden of vriendinnen zijn een risicofactor. Als Monica Lewinsky niet als een onnozele bakvis tegen Linda Tripp had zitten kwekken, zouden de intiemste details van Clintons seksleven nooit wereldnieuws geworden zijn. En niet alle vriendinnen van een overspelige vrouw zijn automatisch bondgenoten. De getrouwden voelen zich misschien bedreigd: het zou hun man kunnen zijn, die door een andere vrouw wordt ingepalmd. En de liefdelozen worden jaloers van de opgewonden verslagen van hartstochtelijke vrijpartijen en geheime escapades. Maîtresses zijn eigenlijk bij niemand geliefd, behalve bij de mannen met wie ze een relatie hebben.

De beste vriendin van je vrouw of de beste vriend van je man, daar blijft een zinnig mens met zijn tengels af.

Helaas is er niets zinnigs aan begeerte. We kennen allemaal wel een vrouw die de meest intieme details over haar huwelijksleven met haar beste vriendin deelde tot ze erachter kwam dat ze ook haar echtgenoot met haar deelde. Jack Kennedy had zelfs een uitgesproken voorkeur voor de eega’s van zijn beste vrienden, maar die man ging er dan ook vanuit dat elke vrouw hem toekwam. Gelukkig was hij katholiek: na de biecht kon hij gewoon van voren af aan beginnen.

Eigenlijk kan een mens al een hoop narigheid voorkomen door één eenvoudige regel in acht te nemen: ervoor zorgen dat wettelijke partner en clandestiene geliefde zich nooit in dezelfde ruimte bevinden. Dat sluit gerommel met vrienden, familie en gemeenschappelijke kennissen uit en ergerlijke situaties waarbij twee paren “toevallig” in hetzelfde restaurant of hetzelfde café vertoeven, waarbij twee van de vier individuen onder de neus van hun onwetende partner als onnozelaars naar elkaar zitten te koekeloeren of bij het bestellen aan de bar stiekem even tegen elkaar aanschurken. Ja, ik weet het, geen enkele perversie is de overspelige geest te banaal.

Beepers, e-mail, de gsm hebben het leven van geheime geliefden recent een stuk gemakkelijker gemaakt, maar ze houden een eigen risico in. E-mails kunnen door de verkeerde persoon gelezen worden en in een echtscheidingszaak zelfs als bewijsmateriaal gebruikt worden. Gsm’s hebben de ergerlijke gewoonte in slaapkamers te blijven slingeren waar ze met dolmakende persistentie de Toccata van Bach ten beste geven tot zijn vrouw hem oppikt en leest: “Hou van je, kn nt wachten tot straks.”

En waar brengen Dave en zijn Cathy de feestdagen door? Hij thuis bij Beryl en de kinderen, zoals het hoort. Samen de kerstboom opstellen en samen naar de nachtmis. En als op oudejaar de champagnekurken knallen, denkt hij aan zijn geliefde en kruist z’n vingers dat ze ook het volgende jaar doorkomen zonder betrapt te worden.

En Cathy? Die zit met de kerst thuis bij haar ouders en met oudejaar trekt ze met een stel vriendinnen de stad in. Oudere clandestiene geliefden zijn op de goodwill van vrienden aangewezen: nodig eens een maîtresse uit. “Maar ik zou me niet half zo zielig voelen als mijn getrouwde vriendinnen me in de feestperiode niet zo nadrukkelijk als een zielenpoot behandelden”, hoorde ik een veterane van de geheime liefde recent nog beweren.

Maîtresse… Het woord alleen al roept beelden op van glamoureuze blondines in luchthavenromans, die zijden lingerie dragen en uit snelle sportwagens stappen, beladen met draagtassen van dure winkels. Mannen houden van dat beeld, ze gaan er zich warm en sexy en belangrijk bij voelen. Vooral omdat de moderne minnares een minimum aan investeringen vraagt en ze zelf voor de inhoud van de chique draagtassen betaalt. Alleen in Pretty Woman staat er naast de kassa een Richard Gere met zijn American Express Gold Card te wapperen. En Pretty Woman was een Disney-product en Julia Roberts een luxehoertje.

Vroeger was dat anders, toen was maîtresse een beroep en stond de getrouwde minnaar in voor kosten en onderhoud. Maar tegenwoordig zijn de meeste minaressen economisch zelfbedruipend en moet een man al heel oud en onsmakelijk zijn om voor een jong blondje te hoeven betalen. Voor oudere alleenstaande vrouwen liggen die zaken nog kieser. Want welke vrouw geeft nu graag toe dat ze niet meer aantrekkelijk genoeg is om zonder betaling van de gunsten van een jongere man te kunnen genieten? Vandaar dat gigolo wel altijd een marginale beroepskeuze zal blijven.

Maar goed, een cadeautje kan er natuurlijk wel af tussen clandestiene geliefden. Renate Rubinstein vult in Mijn Beter Ik twee bladzijden met een vertederende lijst van geschenken die ze ooit van Carmiggelt kreeg: een stel houten eendjes, een verwijzing naar de titel van haar laatste boek Twee Eendjes En Wat Brood, een leren mapje met hun verstrengelde initialen, poëziebundels en catalogen van tentoonstellingen waar ze allebei opgetogen over waren. Kortom, onschuldige hebbedingetjes met een grote sentimentele waarde en zoveel origineler dan een zijden sjaal of een frivool korset met drukknoopjes op onhandige plekken of godbetert iets ondeugends uit Erotische Verbeelding, voor als hij er niet is.

Maar als zij hem een betekenisvol boek geeft, dan moet het zonder lieve opdracht op het schutblad. Want het rollenspel van het constante bedrog heeft vele regels. Regels die we allemaal kennen, maar niet toepassen. Omdat zelfs de pienterste mensen verschrikkelijk dom zijn als ze vreemdgaan.

Linda Asselbergs / Collage Tom Hautekiet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content