De koffer van de clown: wonderen en mysteries

Clown Öscr : "Ik ben de hele tijd op zoek naar hoe ik de wereld mooier kan maken." © Debby Termonia

Wat als in de valies goochelballen zitten, een rode neus, een toverdoos, een ukelele, de uitrusting van de clown ? Blij of triest, clown Öscr is altijd onderweg, met zijn koffers vol verbeelding.

Steven Verbeke heeft ze klaargezet : twee grote koffers, een klein metalen exemplaar en een kartonnen valies, allemaal licht gehavend. Op de metalen koffers plakken stickers van Sabena en Sunsnacks. Ze vlogen over werelddelen, tot in Thailand gingen ze open. Steven Verbeke, alias Öscr, erfde ze van zijn mentor Tom Roos van Wurre Wurre.

Steven : “Ik hou van koffers die al vele levens kenden. Een clown zie je zelden zonder valies. Het past bij het archetype, van de nar in de middeleeuwen tot de clown in de circussen. Altijd was hij een beetje de zoeker, de tijdelijk thuisloze, de vagebond.” In de clownsvalies steekt onverwachte inhoud, zitten verrassingen. “En verwondering, ook voor mezelf. Als ik mijn valies klaarmaak voor een volgend optreden of een nieuwe act, raak ik in een hyperfocus, loop ik de hele tijd ongedurig rond. Het moet perfect zijn omdat mijn valies ook mijn verzekering is, mijn veiligheid. Soms gaat ze niet open, omdat ik het niet nodig vind, maar ik weet dat ik er altijd iets uit tevoorschijn kan toveren.”Stevens koffers zijn de schatkamers van zijn fantasie. De inhoud is divers, één voorwerp gaat altijd mee. “De zeepbellendoos. Jonge en oude mensen, zieke kinderen, allemaal worden ze rustig als de clown bellen blaast, als zeepbellen kleuren in de zon, weerspiegelen en rare vormen aannemen om daarna, zoals elke illusie, uiteen te spatten. In het ziekenhuis gaan we altijd met twee clowns rond. We vragen eerst de toelating van het kind om binnen te komen. Ik goochel vaak met wat ik in de buurt vind : de watjes van de wondverzorging, een plastic handschoen. Het spel begint klein. De grote circusclown is ver weg. De hele tijd tasten we af wat kan en wat niet, slapstick of puur poëtische dingetjes.”

De valiezen van Steven zijn goed gevuld. In de kleine, kartonnen koffer steken goochelballetjes, een zakdoek die van kleur verandert, kleine wondertjes vooral, zoals het minidraaiorgel. Steven legt het precieus, alsof het breekbaar is, in de palm van zijn hand, draait aan de hendel… niets, geen geluid. Hij zet het op de valies en het klingelt en zingt. “De valies is klankkast, geleider van de trillingen. Het instrument heeft een bijzondere geschiedenis. Ik heb het lange tijd niet meegenomen, pas onlangs legde ik het weer tussen mijn andere spullen in de valies. (pauzeert) Het heeft een soort exclusiviteit, is verbonden met een zwaar gehandicapte jongen die we vaak in het ziekenhuis bezochten. Hij fleurde helemaal op toen het muziekje weerklonk, hij zong zelfs mee. Toen hij overleed, vroegen zijn ouders me om in clownoutfit naar de begrafenis te komen. Ik legde het miniorgel op zijn houten kist, draaide aan de hendel en door de kerk weerklonk zijn muziek, zijn kist was de klankkast. ‘Zo zal hij rustig de grote reis kunnen ondernemen’, zeiden zijn ouders. Ik krijg er nu nog rillingen van. Om die reden bleef dit voorwerpje aan die jongen, aan dat moment kleven.”

KIJK DOOR DE BRIL

In de kleine metalen koffer steekt een vrolijke wanorde van goochelmateriaal, schroefjes, schroevendraaiers, toverdoosjes vol geheimen. “Ik laat kinderen zelden in de koffer kijken. Het mysterie moet mysterie blijven.” De grote koffers zitten vol doeken, toneelgordijnen, verkleed- kledij en… een kleine veegborstel. “In de handen van de clown krijgt het banaalste voorwerp extra betekenis. Je kunt er (hij doet voor) mensen mee afstoffen, de straat vegen, je tanden poetsen. Hier ligt meteen de essentie van clownerie : alles is spel, verbeelding of metafoor. Neem deze bril. Soms heb je vervelende mensen in de buurt. ‘Ik kan dat ook hoor’, roepen ze en dan geef ik hen de bril. De boodschap is : kijk door mijn bril, bekijk het, verplaats je, doe mee en laat los.” Steven grabbelt, diept op, verklaart en sluit de koffers dan weer, klopt erop, zucht. “Zonder zou ik me verloren voelen, beroofd en ontheemd.”

Zijn passie voor de clownerie begon vroeg, al toen hij op de lagere school zat. De eerste figuur die hem inspireerde was Joe Baele, alias Dokus. “Clown Dokus. Werkelijk overal zag je hem toen. In circus Malter, het Wiener Circus of in een pretpark. Dokus was ook de eerste ziekenhuisclown. Hij fascineerde mij, net zoals de legendarische clown Popov, van het Russische Staatscircus. Als kind zag ik hem op de televisie, en een tijdje geleden live, de laatste keer dat hij in België was. Popov deed prachtige acts, hyperprofessioneel, maar met amper vijftig man publiek, in een gigantische tent. Heel schrijnend.”

ALTIJD MET BAGAGE

Steven speelde als kind al, alleen voor zichzelf, zich spiegelend in alle ramen van het huis. “Helemaal in mijn eigen wereld, ik had niet door dat mijn broers en zussen me stonden te bespieden en lol hadden. Ik zocht toen wat ik uit mijn lichaam en mimiek, uit mijn hele wezen kon puren. Op de plechtige communie van mijn oudere zus trad ik voor het eerst op, mét valies. Veel later begon ik met straattheater, als busker. Rijk werd ik er niet van, ik kon er tijdens de Gentse Feesten mijn pintjes mee betalen. Tot ik in contact kwam met Tom Roos. Ik kwam in zijn atelier terecht, keek er mijn ogen uit, we oefenden en speelden samen. Ik leerde en slorpte op. Met drie animatoren hebben we toen ook acts gedaan met valiezen. We bouwden er torens mee, braken ze weer af, gaven de koffers door, botsten tegen elkaar, vandaar al die blutsen. Hilarisch. In dat trio is mijn naam ontstaan, Öscr. Ik ontdekte dat het mogelijk was om van die onnozelheid te leven. Ik kreeg een contract als ziekenhuisclown, en werd animator-clown in bijberoep. Intussen doe ik het zes jaar. Het zijn geen vetpotten, maar het lukt me, en vooral : het is wat ik écht wil. Ik ben de hele tijd op zoek naar hoe ik de wereld mooier kan maken, als zorgeloze, blije, maar ook als nostalgische, trieste clown, en altijd mét bagage. Valies betekent voor mij vertrekken én thuiskomen, bij mijn vrouw, mijn kinderen. Als je niet weet waar je weer veilig landt, heeft een rondreis maar weinig zin.”

Een valies. Dat is inpakken en even weg zijn, in deze tijd, op gene plek. ‘Ik heb nog een koffer in Berlijn.’ Valies staat vaak voor verlangen.

Tekst Marijke Libert & Foto’s Debby Termonia

Steven Verbeke: “Op de plechtige communie van mijn oudere zus trad ik voor het eerst op, mét valies”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content