Van Fernando Caruncho, een van de grootste tuinspecialisten van onze tijd, wordt gezegd dat hij een landschapsfilosoof is. We zochten hem op in zijn eigen tuin, even buiten Madrid.

:: Om een ruimer idee te krijgen van het werk van Caruncho kunt u het best eens een kijkje nemen op zijn website www.fernandocaruncho.com. In 2000 verscheen het boek ‘Mirrors of Paradise. The Gardens of Fernando Caruncho’, een uitgave van ‘The Monacelli Press’ (helaas uitverkocht).

De tuinmeubelen in gevlochten metaal worden samen met enkele andere zorgvuldig gekozen objecten verkocht in de Madrileense winkel van Fernando’s echtgenote : ‘El Jardinero’, Calle Espalter 5, +34 91 369 30 31.

De dag is nog pril, maar het zonlicht schijnt al op de gevel van Fernando Caruncho’s woning. De bezetting met ijzeroxide, die de Spaanse landschapsarchitect graag gebruikt in zijn ontwerpen, krijgt daardoor extra diepte. Het eerste wat me opvalt, is dat het gebouw, waarvan één enkele verdieping uit de aarde lijkt op te rijzen, macht uitdrukt.

Wat daar zeker toe bijdraagt, is de langwerpige vorm en het feit dat het op een reliëf staat, zodat verschillende niveaus mogelijk waren en een theatrale ingang met een trap. Het tweede wat me te binnen schiet bij de ontmoeting, is het woord contrast. Contrast tussen de minerale massa’s van de muren en de aarde en de plantaardige massa’s van de vormgesnoeide Escallonia‘s. Kleurcontrasten in de bladergroei, het donkergroen van de ene en het fonkelende goud van een andere eikensoort, de zilverglans van de Stachys byzantina (ezelsoor). “Op mijn eerste schetsen staat water getekend in de plaats van het Stachys-tapijt”, zegt Fernando Caruncho. “Maar het water zou te veel aandacht opgeëist hebben. Ik heb het willen beperken tot dit reservoir, gevoed door drie bronzen kranen.” Het reservoir, dat zich rechts van de voordeur bevindt, contrasteert ook met de grindweg die langs de woning loopt.

Er zijn twee mogelijkheden om de rest van deze tuin te verkennen. Ofwel door de woning lopen, ofwel om de woning heen wandelen naar de achtertuin, die zo discreet is als een kloostertuin.

Het plan van de woning û door Caruncho zelf getekend û accentueert de wisselwerking tussen binnen en buiten. Je loopt rond de tuin door een zuilengalerij. Het enige verschil met zo’n abdijtuin van weleer is dat deze helemaal open is en in feite dienst doet als pergola waarop rozen, blauweregen en witte jasmijn ( Trachelospermum jasminoides) groeien. In het midden van de binnentuin bevindt zich een rustig waterbekken, je hoort nauwelijks het murmelen van twee spuwertjes. Op de achtergrond golven de zorgvuldig getrimde Escallonia’s achter elkaar de helling op. “De symboliek is duidelijk. Die bewegingen zijn golven die tot rust komen in de waterpartij : virtueel water in beweging, dat overgaat in echt water dat rust”, aldus de landschapsarchitect. Een dergelijke metafoor is ook van toepassing op veel Japanse tuinen. Fernando Caruncho verhult zijn inspiratiebron niet. De allereerste tuin die hij na zijn studie ontwierp, was trouwens gedeeltelijk geïnspireerd op de Shisendo-tempel in Kyoto.

Japan meets Andalusië

Via een zijtrap komen we bij het paviljoen dat boven de vegetatie uit troont. Deze zithoek in de open lucht, zoals vroeger in de Moorse tuinen of in de (nog oudere) tuinen van de Vruchtbare Halve Maan, speelt een belangrijke rol in het geheel. Hier kan het oog zich losmaken van de beslotenheid en zich richten op het landschap, de reliëfs van de Sierra Guadarrama, die er schitterend bijliggen in het zachte licht van de ochtend en de avond. “Mijn tuinen zijn een aaneenrijging van licht en schaduw, van openheid en beslotenheid.” Maar het zoeken naar, het werken met licht en schaduw gaat verder dan die indrukken van het geheel. Want het licht werpt ook op elk uur van de dag verschillende reliëfs op de rondingen van de Escallonia’s, door de bladeren van de bomen heen. En wanneer het op de waterstralen valt, dan glinsteren die als een mes. Nu begrijpen we waarom Fernando Caruncho blijft beweren “dat iemand zich maar goed voelt op een plek waar de waarneming van het licht goed is”.

Vergis u niet, deze poëzie is het resultaat van veel denkwerk. Een constante in de tuinen van deze grote, internationaal bekende landschapsarchitect is eerbied voor de regels van de geometrie. Volgens hem hebben de 120 tuinen die hij in 25 jaar realiseerde ook allemaal een rechthoekig werkraster. Alsof hij voortdurend loodlijnen of millimeterpapier in zijn hoofd heeft. Dit raster bestaat effectief, maakt een zekere rechtlijnigheid mogelijk tijdens de jaren dat een project wordt geconcretiseerd, maar op het moment dat de architectuur, haar assen en haar vormen gestalte krijgen “is het niet het brein of het verstand dat de hand leidt, maar de hand die autonoom handelt, geleid door het onbewuste”. Deze vrije beweging is uiteraard het resultaat van reflectie, gedreven door “een verlangen om schoonheid te vinden daar waar ze is”.

Om zijn gedachtegang te voeden beschikt de landschapsarchitect over een reeks referenties. Behalve de Japanse en oosterse tuinen, zijn het ook zijn Andalusische wortels die hem doen teruggrijpen naar de eeuwenlange Moorse invloeden in zijn land. “Wij zijn Indo-Europeanen en wij vergeten te vaak dat stuk Indo in ons”, zegt hij. Zijn favoriete periode uit de geschiedenis is het veertiende- en vijftiende-eeuwse Italië. De schilderijen van Piero della Francesca waren voor hem een bron van inspiratie voor de bouw van zijn nieuwe architectuurstudio. Hij houdt er ook van zijn projecten tot in de puntjes te verzorgen, zoals de miniaturisten van weleer. En dan komt hij graag terug op het feit dat hij aanvankelijk naar de universiteit was gegaan om filosofie te studeren. “Maar ik was gefrustreerd, want we studeerden wat de ene had geschreven over de andere. En wij zijn toch geen acteurs. Het is toevallig dat ik vernomen heb dat je tuinen kon bestuderen. Je mag ook niet vergeten dat Plato onderrichtte in een tuin.”

Tekst Jean-Pierre Gabriel

“Iemand kan zich maar goed voelen op een plek waar de waarneming van het licht goed is.”

De golvende Escallonia’s komen tot rust in de waterpartij. Als virtueel water in beweging dat overgaat in echt water dat rust.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content