Hij is landschapsarchitect, maar ‘articulture’ is zijn passie, een discipline die hij zowat in zijn eentje uitvond. Jacques Simon creëert zijn ‘werken’ in graanvelden, op weiden of in de sneeuw. Vluchtige poëzie voor een eenmanspubliek, waarvan naderhand alleen de foto’s resten, nu gebundeld in een nieuwe monografie.

Hoe hij die ochtend in Oostkamp geraakt is, weten ze bij Stichting Kunstboek niet, maar feit is dat hij een dag te laat op de afspraak is. Sinds zijn eerste studentenjob als houthakker in Canada heeft landschapsarchitect en -kunstenaar Jacques Simon dezelfde look behouden : jeansbroek en -hemd en een gewatteerd kakigroen vestje. De grijze haren verward, het gezicht en de handen verweerd door het buitenleven. Het zijn de ogen van Simon, 77 jaar, die de aandacht trekken : vief, onderzoekend en scherp.

Beroepshalve is deze zeventiger landschapsarchitect. Hij studeerde zowel aan kunsthogescholen als aan land- en tuinbouwscholen en was oorspronkelijk vooral actief in de socialewoningbouw. Daar voerde hij een mix in van Angelsaksische en Scandinavische tuinculturen met de Latijnse gestructureerde vormen. Hij vindt dat landschapsarchitecten onmisbaar zijn bij de ontwikkeling van stedelijke gebieden.

Al van in de jaren zestig hield hij zich echter ook bezig met meer artistieke projecten. Hij omschrijft ze als efemere kunstwerken, maar ze zouden ook uitgelegd kunnen worden als graancirkels, sneeuwgraffiti of ploegdrukkunst. Bij voorkeur trekt hij daarvoor naar velden, akkers of weiden. Of, als het gesneeuwd heeft, naar het stadspark. Hij laat er de wind spelen met zeilen en takken of beschildert rotsen. Soms zijn zijn kunstwerken maar een paar uur te zien. Omdat de boer dan het graan oogst, of omdat de sneeuw smelt, of de grond uitdroogt. Jacques Simon huurt een helikopter en piloot, of kruipt een nabijgelegen toren in, en richt zijn fototoestel zo snel mogelijk op zijn werk.

Meer dan honderd van dergelijke projecten worden nu gebundeld door Stichting Kunstboek. De monografie kadert in een reeks over landschapsarchitecten die de uitgeverij uitbrengt. Na Allain Provost en Büro Kiefer is nu dus Jacques Simon aan de beurt. “Deze man doet echt iets bijzonders”, vindt uitgever Karel Puype. “Hij doet aan articulture, een artistieke discipline die hij zelf uitgevonden heeft.”

Voor Jacques Simon was het een evidentie dat hij deze artistieke vorm in het leven riep : “Het gaat me gewoon het meest ter harte”, verduidelijkt hij. “Hier haal ik enorm veel plezier uit. Het leuke is de interactie tussen het materiële en het menselijke, de dialoog tussen mens en natuur. Ik heb een enorm groot respect voor de boeren. Zonder hen ben ik niets. Zij kennen het landschap van heel dichtbij, van er dagelijks mee om te gaan. Ik gebruik ook enkel de technieken die zij gebruiken : ploegen, oogsten, afbranden. Ik vergoed hen voor de oogst die zij verliezen. Soms met geld, maar soms ook met een luchtfoto van hun boerderij. En nu en dan moet ik niets vergoeden : als ik ’s ochtend vroeg graan ga platleggen, onmiddellijk daarna de helikopter in kruip en de foto maak, zie je er een paar uur later niets meer van : het graan zet zich weer recht.

Ik neem aan dat elke foto een verhaal heeft ?

Jacques Simon : Natuurlijk. Ik vertel je dat van de cover, met het woord silence erop. De boer was aan het werk en kwam naar mij. “Simon,” zei hij, “ik ga een hapje eten en ben een uur of twee weg. Ga ondertussen maar je gang.” Zijn dochter hielp me. Zij bestuurde de tractor en ik rende als een gek voor haar om te tonen waar ze moest ploegen. Omdat het midden op de dag was, was ik bang dat het contrast tussen de geploegde en de niet geploegde aarde niet groot genoeg zou zijn. De dochter is daarom een tweede keer over de letters gegaan, terwijl ik de helikopter in sprong. Het was een race tegen de tijd. Als het sneeuwt in Parijs, moet je tussen 12 en 14 uur aan de slag, want dan neemt de groendienst pauze. Anders verwittigen ze de politie.

Maakt u een tekening op voorhand ?

Neen, daar is meestal geen tijd voor. Maar ik ga wel eerst naar de plaats van waar ik de foto zal maken. Om de schaal te bepalen en het perspectief.

“Ouf” schreef u op 16 februari 1991 aan de voet van de Eiffeltoren in de sneeuw, daarbij verwijzend naar het einde van de eerste Golfoorlog. Doet u aan politiek ?

Weet je, die boodschappen, dat is het allerbelangrijkste. Omdat het niets meer te maken heeft met wat het betekent. Misschien doe ik aan politiek, maar dat komt omdat ik er niet van houd om de dingen domweg gewoon te beschrijven. Dat is saai, zo herhaal je jezelf. Je moet een andere visie zoeken. Je moet de gedachten van de mensen kunnen ventileren. Hier schrijf ik bijvoorbeeld “N’abimez pas les champs”, maar tegelijkertijd doe ik het wel zelf.

Jacques Simon, Articulture, Engels / Frans, Stichting Kunstboek, 128 p., ISBN 90-5856-194-1, 39,90 euro.

Door Leen Creve

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content