Met de herfstvakantie zaten de vliegtuigen dus weer overvol. Iedereen, of toch zeer veel mensen hebben de zon opgezocht. Je kunt bezwaarlijk zeggen dat ze op reis zijn geweest. Ik heb het gevoel dat veel van onze medemensen een steeds frequenter terugkerende dwang voelen om hun alledaagse bestaan te ontvluchten. Touroperators haken daar feilloos op in en bieden betaalbare pakketjes aan, zoveel mogelijk ‘alles inbegrepen’, om aan die behoefte te helpen voldoen. Hoewel, als je de rekening maakt voor een gezin van vier personen, dan heeft de reizende consument toch veel van zijn zuurverdiende centen over voor zo’n collectieve ontsnappingspoging.Telkens opnieuw wordt in de communicatie van reisorganisatoren herhaald dat de behoefte aan meerdere kortere vakanties per jaar zeer groot is. Als je het maar vaak genoeg leest en hoort, ga je het nog geloven ook.Terwijl de meesten nog tevreden zijn met een citytrip of een weekje Agadir of Djerba, wordt het nu modieus, voor wie alles al heeft meegemaakt, om die korte vakanties steeds verder weg te nemen. Heel exclusieve reisbedrijven bieden tegenwoordig weekendsafari’s aan in Kenia of een lang weekend in Kaapstad.Volgens een recent onderzoek van American Express is een derde van zijn klanten bereid om meer dan zes uur te vliegen naar een weekendbestemming. Een longhaul weekend is je van het geworden voor wie het zich kan permitteren. Belgische reissnobs hebben een beetje pech natuurlijk, want Zaventem is niet meer de draaischijf die het voor het faillissement van Sabena nog een beetje was. Maar vanuit Londen en Amsterdam is het voor kapitaalkrachtigen heel gewoon geworden om een weekendje Johannesburg, New York, Boston of Barbados te boeken. Blijkt dat de mensen die dit doen, dezelfden zijn die lange werkdagen maken. Als je bijvoorbeeld van maandag tot donderdag twaalf uur per dag werkt, kun je op donderdag met je handbagage het vliegtuig op om op maandagochtend om 9 uur, na een nachtvluchtje, weer achter je bureau zitten. Op de vraag van je collega’s wat je het afgelopen weekend deed, kun je dan langs je neus weg antwoorden dat je “even op safari was”. Vooral dat ‘even’ staat zo lekker snobistisch. Wat is de motivatie van mensen voor dit soort verre flitsverplaatsingen? Het is een soort bungeesprong, het moet vlug gaan en het liefst zo ver mogelijk. Het is een dure manier om van veel dingen te proeven. Maar diepe indrukken kan dat allemaal toch niet nalaten?De vraag is natuurlijk of men wel geraakt worden door dat andere landschap, die andere manier van leven, die andere cultuur. Men neemt er oppervlakkig kennis van, zoals dat op het televisiescherm of via het internet gebeurt. Men registreert en er is nauwelijks tijd om zich ergens iets bij af te vragen. Wie dit soort supersonische vakanties verkoopt, geeft de klant ook de raad om zich vooral niet aan te passen aan het ritme van de bestemming. Wel, op die manier kun je natuurlijk alleen maar leven in tophotels, waar men de klok rond aan al je wensen voldoet. Zeer snel zal zich op vakantiebestemmingen ongetwijfeld een hele resem services ontwikkelen, afgestemd op die anti-jetlagreizigers. Ik heb trouwens moeite om in dit verband het woord ‘reiziger’ neer te schrijven.Op die manier kweek je het soort mensen waarover Alain de Botton het heeft in het slot van zijn boek De kunst van het reizen: “…mensen die woestijnen hebben doorkruist, op ijskappen hebben gedreven en zich een weg door oerwouden hebben gehakt, maar bij wie we vergeefs op zoek gaan naar een spiritueel bewijs van wat ze hebben meegemaakt.”De rusteloosheid van deze tijd is allesbehalve een garantie voor geluk. Blaise Pascale schreef het in de zeventiende eeuw al in zijn Pensè: “Er is slechts één oorzaak van al het leed dat de mens overkomt: hij is niet in staat rustig in een kamer te blijven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content