Meer en meer mensen keren terug naar de stad. Maar hun liefde voor het buitenleven nemen ze mee. Zo ontstaan nieuwe initiatieven als ‘urban farming’ en de zelfoogstboerderij. Designers spelen daarop in.

Het was een thema op Batibouw 2013 : de terugkeer naar de stad. Vorig jaar nog wees onderzoek uit dat de gemiddelde Belg droomde van een villa met zwembad. Dit jaar dwingt de realiteit ons om die droom te laten varen. Villa’s blijven leegstaan, onder meer door stijgende energieprijzen en mobiliteitsproblemen. Onlangs liet trendwatcher Li Edelkoort via Twitter een van haar trend tablets uit 2011 opnieuw circuleren. Daarin schreef ze dat de creatieve avant-garde, in een poging om te ontsnappen aan pollutie en overconsumptie, soelaas zou zoeken in kleine creatieve kernen met een rurale inslag, om te komen tot een eenvoudiger leefwijze, zoals op de boerderij. Inspiratie voor design en muziek zou komen van folklore, tradities en authentieke kledij.

En zie, dat is wat vandaag ook gebeurt. Maar is dat wel allemaal zo nieuw ? Landelijk is al jaren in. Een merk als Flamant is er groot door geworden. Toch is er een verschil met de landelijke stijl die in de nineties furore maakte. De interieurs die in die tijd op de markt kwamen, waren afgestemd op de toen erg populaire, nep-historische architectuur van pastorie- woningen en fermettes. De meubels van Flamant zagen/zien er authentiek uit maar zijn gloednieuw. De stijl paste in de tijdgeest en was voor velen een welkom antidotum voor het strakke minimalisme.

Doorleefd is de boodschap

Vandaag liggen de zaken heel anders. Puur vormelijk al is er niet meer zo’n strakke opdeling tussen minimalisme en andere stijlen. Op de meubelbeurs in Keulen (januari) zagen we bijvoorbeeld oud, porseleinen servies in superstrakke, minimalistische keukens. Alles wat kwalitatief, authentiek of gewoon goed bedacht is, past bij elkaar. Geen dogma’s meer, wel creativiteit en vrijheid.

Maar ook maatschappelijk zijn er veranderingen. Om duurzaamheidsredenen moeten we minder gaan consumeren. Bijna alle ontwerpers zijn het erover eens dat ze alleen nog iets nieuws op de markt willen brengen als het echt relevant is. Jonge designers maken liever nieuwe dingen van herbruikbaar afval of van kapotte meubels (urban mining). ?Do more with less” of ?From trash to treasure“, zijn hun leuzen. In het inspirerende tv-programma Plan B, dat in het najaar liep op Vier, konden de kijkers met dat principe kennismaken via de rubriek van Titus De Voogdt, die met allerlei vondsten op een creatieve manier een loft inrichtte. Die ‘nieuwe’ meubels hebben van nature een authentieke, doorleefde uitstraling. En net daar draait het om in de ‘nieuwe landelijkheid’.

Wereld zonder natuur

Met deze trend gaat een ander fenomeen gepaard : de groeiende populariteit van ‘moestuinieren’ in de stad : op balkons, op daken, op een braakliggend stadsterrein. Ook dat kadert in een hang naar duurzamer leven. Daarbij komt het gevoel dat we nog nauwelijks contact hebben met de natuur. Velen van ons werken de hele dag achter een computerscherm. Door te koken, te tuinieren, met de handen te werken, voelen we weer iets ‘aards’.

Dat houdt ook de Zweedse ontwerpster Katja Pettersson bezig. Zij was ooit een van de meisjes van het designerscollectief Front, dat negen jaar terug stuntte met behangpapier met een patroon dat was ontstaan doordat ratten stukken hadden weggevreten. ?Mensen hebben altijd van natuurlijke vormen gehouden, omdat ze ‘echt’ zijn”, zegt ze. ?Vandaag leven we in een soort second nature, alles is gemaakt door mensen en machines. De maatschappij ebt weg van de natuur. De groenten die we kopen in de supermarkt worden geselecteerd op vorm. Dubbele wortels of kromme komkommers worden weggegooid.” Katja stuurde een enquête rond over vijfentwintig 3D-geprinte natuurlijke vormen, om na te gaan welke patronen er zitten in de keuzes die mensen maken. Met de resultaten ervan wil ze op de komende beurs van Milaan (in april) een tentoonstelling houden.

Coworking tussen de kippen

Tom Tack, een jonge designer van bij ons, kiest ervoor om ?niet om de drie minuten een nieuw product op de markt te brengen”. In plaats daarvan startte hij met de Factory Forty (verwijzing naar Warhol’s The Factory), een coworking space die hij installeerde op een oud fabrieksterrein in Brussel. De coworkers hebben er een moestuin en kippenren ter beschikking. ?Voor de inrichting van de werkruimte heb ik het land rondgereden op zoek naar kringwinkels en Trocs. Van een aantal oude tafels heb ik één lange tafel gemaakt.”

Ook op tv is er meer aandacht voor de leuke nieuwe aspecten van duurzaamheid. De enthousiaste ‘moestuinman’ van Plan B, Wim Lybaert, krijgt vanaf maart zelfs een eigen programma. Een andere deelnemer, Kim Leysen, van de blog Madame Zsazsa en de bestseller Allemaal rokjes, brengt deze week samen met auteur Eva Peeters, een nieuw boek uit : Groeten uit Transitië. Kim maakte de tekeningen en de handleidingen. Transitie staat hier voor alles wat met de overgang naar een duurzamere wereld te maken heeft. In het hoofdstuk In je huis wordt bijvoorbeeld gepleit voor wilde bloemen in plaats van (vervuilende) snijbloemen, voor een ‘groene long’ in huis door luchtzuiverende planten als sanseveria of ficus, en krijg je tips over wat je kunt delen met buren, enz. ?We wilden een positief, inspirerend boek maken over duurzaam leven. Niet om mensen de les te spellen of angst in te boezemen. Wij leven zelf op een duurzame manier en beleven heel veel plezier. Dat wilden we graag delen”, zegt Eva Peeters. Op de vraag of het wel gezond is om te eten van eigen kweek uit onze vervuilde stadsgrond, zegt ze : ?Je kunt altijd een bodemonderzoek laten doen. Maar de normale regel is dat je alles goed afspoelt. Je moet al kilo’s zand mee opeten om de vervuiling binnen te krijgen. Soorten zoals postelein en sla nemen wel sneller vervuiling op. Wie zeker wil spelen, legt een verhoogde bedding aan.”

Gustaviaanse eenvoud

Voor wie niet zelf aan de slag kan/wil met kapotte meubelen, zijn er in de handel mooie collecties in ‘nieuw-landelijke stijl’. Ikea bijvoorbeeld presenteert dit voorjaar een Gustaviaans geïnspireerde lijn, in de typisch Zweedse, eenvoudig-landelijke stijl die vooral bekend werd via de schilderijen van het kunstenaarskoppel Carl en Karin Larsson en het boek Ett Hem (Een huis) dat zij in 1898 uitbrachten over het leven in hun cottage. Hema van zijn kant heeft in de voorjaarscollectie heel wat leuke tuinier- accessoires voor kinderen.

DOOR SOETKIN BULCKE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content