Dit boeiende landhuis met zijn prachtig uitzicht en artistiek, eclectisch interieur is het resultaat van een jarenlang zoekproces. Het heeft geen netjes afgemeten stijl, dat vindt architect Xavier Donck saai en burgerlijk.

De plek waar dit landhuis zich bevindt is uitermate pittoresk, want gesitueerd op een oever van een oude Leiearm. De zware betonnen balken in de eetkamer verraden dat de kern van het huis ooit een landbouwloods was. Deze was tegen een klein jachtpaviljoen aangebouwd. Maar het oorspronkelijke gebouw verdween in een nieuwe structuur. Dat is het werk van architect Xavier Donck die zich voor de originele inrichting liet bijstaan door zijn echtgenote Karin. Zij hebben de woning geconcipieerd en aangekleed voor een kunst- en designverzamelaar die niet houdt van een klassieke woning.

“Veel moderne villa’s zijn saai en burgerlijk”, meent Xavier Donck. “Ze hebben een voorspelbaar grondplan en lijken op een gewoon rijhuis dat op het platteland werd gedropt. Bovendien zijn die woningen te rationeel opgevat : al wat overbodig lijkt wordt geschrapt. Ik probeer juist iets te ontwerpen dat plaats laat voor fantasie en dat niet te bourgeois is. In de keuken hier zit bijvoorbeeld een trap zoals in een oude boerderij. Die leidde van in de leefruimte naar de voutenkamer. In de meeste villa’s vind je een trap in de inkom en die is dan vaak vrij imposant. Dat is allemaal niet nodig, deze trap leidt immers naar de privévertrekken, bezoekers hebben daar niets te zoeken.”

Xavier Donck houdt van grote ruimtes. Zelf groeide hij op in een herenhuis met veel kamers, gangen en trappen. “Als ik van mijn ideale woonplek droom, zie ik een ruimte van honderd vierkante meter en drieënhalf meter hoge plafonds. Ik hou van veel natuurlijk licht. Met kunstlicht kan je de nacht verlichten, niet de dag.”

Voor Xavier Donck zijn ruimte en natuurlijk licht een grotere luxe dan domotica. “Op het platteland ga je niet in een soort kantoor wonen waar alles met knopjes wordt bediend. Hier leef je met de omgeving, de grote tuin. In zulke woning durf je ook al eens met vuile schoenen binnenkomen. Wie van een hyperclean interieur houdt, gaat niet buiten de stad wonen.”

Werk- en woonzones

De woning werd verdeeld in zones, elk met een aparte functie. Zo vormt een groep vertrekken samen de werkruimte waar mensen kunnen worden ontvangen, zonder in contact te komen met de privékamers. Een tweede blok bestaat uit de keuken, de eethoek en de living die als een enorme flat aan elkaar vastklitten. “Intern is dit gedeelte erg open. De woonruimte, de living met diverse zithoeken, bibliotheek en eettafel, is als een loft opgevat. Ook de keuken is open. Het was de grote verdienste van de modernisten in de jaren vijftig dat zij open keukens met veel glas creëerden, waarin je vrienden kon ontvangen. Zulke woonkeuken is ook minder burgerlijk”, legt Xavier uit. Hij houdt niet van landelijke woningen die te streng ingedeeld zijn en waarvan de vertrekken precies omlijnde functies hebben. Hier kan je op vele plaatsen eten of zitten. Deze ietwat nonchalante woonstijl uit zich eveneens in de aankleding, die nergens oubollig of kunstmatig landelijk oogt.

Het landhuis is de stek van een verzamelaar die dol is op grote steden en die niet bang is van hedendaagse kunst en design. In de grote woonruimte zien we onder meer meubels van grote tenoren als Poul Kjaerholm, Willy Van Der Meeren, Isamu Noguchi en Mies van der Rohe. Het gaat om een gegroeide designcollectie, die het resultaat is van vele jaren speurwerk bij binnen- en buitenlandse handelaren. Het zijn alle vintage stukken, authentiek met een natuurlijke ouderdomsslijtage. De verzameling weerspiegelt ook onze multiculturele stedelijke cultuur. “Hier worden bijvoorbeeld familiesouvenirs gecombineerd met moderne kunst. Dat maakt van het interieur een verhaal en geen tentoonstelling”, aldus Karin Donck.

Voor meer info : www.xavierdonck.com

Door Piet Swimberghe / Foto’s Jan Verlinde

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content