Aromatherapie is veel meer dan geurkaarsen en geparfumeerde badproducten. In Groot-Brittannië is ze goed ingeburgerd en wordt ze op grote schaal toegepast in de medische sector. De Britse experte Elisabeth Jones vertelt over het succes in haar land.

E lisabeth Jones is een autoriteit op het gebied van de aromatherapie. Veertien jaar geleden las ze een boek van Robert Tisserand – een van de eerste over het thema – en was meteen laaiend enthousiast. Ze volgde verscheidene cursussen, ging later zelf les geven en heeft sinds 1978 haar eigen opleidingscentrum. Als voorzitster van de Aromatherapy Organisations Council is ze de vaste consulente van het Britse ministerie van Volksgezondheid. Op uitnodiging van Naqi, een Belgisch bedrijf dat huidverzorgingsproducten levert aan de medische en sportwereld, kwam mevrouw Jones, zelf kinesiste van opleiding, enkele workshops geven over shiatsu-massage met essentiële oliën. Shiatsu gebruikt dezelfde drukpunten als acupunctuur, maar er wordt gewerkt met de duimen in plaats van met naalden.

“Door ons lichaam lopen energiebanen, die geblokkeerd kunnen raken door fysieke kwaaltjes, maar ook door iemands gemoedstoestand”, legt Jones uit. “Door druk uit te oefenen op bepaalde punten helpen we die blokkade opheffen. Massage is een van de beste manieren om het lichaam weer energie te geven. Door het te combineren met essentiële oliën ben je op een professionele manier met aromatherapie bezig.” Er zijn twee soorten oliën: ontstekingsremmend of ontspannend. Door ze in te masseren, komen de oliën in de bloedbaan terecht en werken zo in op de organen. De geurmoleculen komen door de neus rechtstreeks in het limbische systeem, het emotiecentrum in de hersenen. “Deels door de geur en deels door de massage gaat men zich volledig ontspannen, wat het zelfgenezingssysteem stimuleert”, stelt Jones.

Vijftien jaar geleden bestond er in Groot-Brittannië absoluut geen interesse voor aromatherapie: “Onzin, zei men, gewoon wat verwennerij. Maar langzaamaan is men er de therapeutische waarde van gaan inzien. Vandaag bestaat er een grote interesse en neemt men het fenomeen serieus. Dokters beseffen dat het de behandeling alleen maar ten goede komt wanneer de patiënt zich volledig ontspant.” In Britse ziekenhuizen worden verpleegsters ingeschakeld om massages te geven en zijn er vaak aparte ruimten voor het geven van alternatieve behandelingen zoals aromatherapie of voetreflexologie.

Aromatherapie wordt toegepast om de levenskwaliteit van de patiënten te verbeteren: experimenten in ziekenhuizen en bejaardentehuizen toonden aan dat zij zich door het aanraken en de geuren goed verzorgd weten, waardoor ze zich minder geïsoleerd en beter op hun gemak voelen. Geëxalteerde, karaktergestoorde kinderen kan men kalmeren door ontspannende geuren en massage. Ook in de psychiatrie gebruikt men die combinatie met succes om bezorgde, depressieve en angstige patiënten gerust te stellen. Aromatherapie is goed ingeburgerd in Groot-Brittanië, zelfs bij politici groeit de interesse, merkt Jones: “Ik heb vaak met John Major gesproken, hij was zeer geïnteresseerd en stond er helemaal achter. Mede dankzij de steun van de overheid is aromatherapie dan ook goed doorgebroken in Groot-Brittannië, het is er nu zeer fashionable.”

In die populariteit schuilt het gevaar dat er allerlei foute mensen zich mee gaan bezighouden. “Er moet inderdaad een goede reglementering bestaan”, beklemtoont Jones. “In Groot-Brittannië bestaat de Aromatherapy Organisation Council, die de standaard bepaalt voor professionele aromatherapeuten. Het is een beschermd beroep: je moet een degelijke opleiding hebben genoten, voor een examen slagen, een jaarlijkse lidmaatschapsbijdrage betalen en je houden aan de normen en ethische code. De organisatie heeft ook een afdeling voor de mensen die essentiële oliën verhandelen: de Aromatherapy Organisation Trading Association ziet erop toe dat alleen bevoegde personen kwaliteitsproducten verhandelen en heeft een eigen kwaliteitslabel.”

Ondanks het feit dat de sector goed georganiseerd en gereglementeerd is, is aromatherapie nog niet geïmplementeerd in de opleiding voor fysiotherapeuten in Groot-Brittannië. Die moeten zelf het initiatief nemen om zich daarin bij te scholen. “Zo’n cursus neemt een negental maanden in beslag: 120 uur theorie en enkele casestudy’s”, vertelt Jones. “Als je zo’n getuigschrift kunt voorleggen, verzekert de beroepsvereniging van Britse kinesisten je voor het uitoefenen van aromatherapie. Dat toont hoezeer men het naar waarde schat.”

In België staat de aromatherapie nog nergens. Er is een hele merchandising, van geurkaarsen tot douchegels, maar de grote doorbraak blijft uit. Daar gaat het bij aromatherapie ook helemaal niet om, zegt Jones: “Verdampers, geurkaarsen of geparfumeerde lichaamsproducten zijn wel leuk, en als iemand zich daar beter van gaat voelen is dat geweldig. Maar een leek mag zich niet wagen aan therapeutische handelingen, omdat die geen kennis heeft van het lichaam, noch van mogelijke neveneffecten of tegenindicaties. Als men bijvoorbeeld te veel essentiële oliën gebruikt of onverdund, dan kan dat schadelijke gevolgen hebben. Daarom is het zo belangrijk dat alles goed gereglementeerd wordt en alleen goed opgeleide personen aromatherapie mogen beoefenen.”

Daar wringt het schoentje: in België neemt men het fenomeen niet ernstig. “Vooral de medische wereld blijft sceptisch”, beweren de aanwezige kinesisten. Tijdens hun opleiding werd er nauwelijks over gesproken. Er bestaan officiële organen, reglementen noch opleidingen. Geïnteresseerden moeten zelf op zoek gaan, vaak naar het buitenland. “België staat op het punt waar Groot-Brittannië zo’n 15 jaar geleden stond”, zegt Jones en dat verbaast haar niet. “In grote delen van Europa is men veel gereserveerder en rationeler dan in Latijnse landen, waar de mensen veel lichamelijker met elkaar omgaan: ze nemen elkaar vast, kussen veel en voelen zich daar goed bij. We moeten die culturele barrière proberen te doorbreken en openstaan voor ‘alternatieve’ behandelingen als massage met essentiële olieën, voetreflexologie en dergelijke.”

Maar ze heeft er een goed oog in: “De westerse geneeskunde evolueert steeds meer naar een holistische aanpak. Vroeger werd een probleem geïsoleerd en op zich behandeld, nu neemt een arts meer tijd om een beeld te krijgen van de achtergrond van zijn patiënt: heeft zijn beroep, zelfbeeld of andere factoren een negatieve invloed op diens gezondheid? Dergelijke dingen zijn immers niet met klassieke medicijnen op te lossen, maar wel met alternatieve therapiëen.”

In België probeert men nu aromatherapie te doen doorbreken door het op een serieuze manier aan te pakken, onder andere via sportmassage en kinesitherapie. Initiatieven zoals dat van Naqi, dat de Britse experte uitnodigde om workshops te geven aan Belgische kinesisten, zijn daar een mooi voorbeeld van. Naqi levert alle massageproducten aan de Mapei-wielerploeg en richt zich nu tot het grote publiek met een gamma professionele producten die alleen in de apotheek te koop zijn.

Naqi, Tel. 013/46.01.90.

Sofie Albrecht / Foto Lieve Blancquaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content