Piet Swimberghe

BUREAU

Wat denkt u van dit bureau van wortelhout ? Onderaan zit er een onzichtbare lade.

Net als de Britten waren de Nederlanders in het midden van de achttiende eeuw gek op meubels belijmd met wortelhout. Dit Nederlandse bureau draagt alle kenmerken van het rococo. Toch zijn we er niet zeker van dat het meubel uit de achttiende eeuw stamt. Er schort wat aan de proporties. Vooreerst zijn de poten te klein en te stuntelig geskulpteerd. De onderste regel waarachter de geheime lade zit, is te simpel afgewerkt. Normaal hangt er een golvende onderlat aan vast. Ook de zijwanden behoren wat breder en barokker te zijn uitgewerkt. Daarom gaat het vermoedelijk om een negentiende-eeuwse kopie. We schatten de waarde op 70.000 fr.

CHAPUIS

Graag uw mening over deze kommode (90 cm hoog). De bovenplaat is van zwart marmer. Op de binnenkant van elke lade werd de naam “Chapuis” gebrand.

Dat dit meubel uitzonderlijk is, blijkt niet alleen uit de gracieuze lijn en verfijnde afwerking. Meubels voorzien van een “estampille” of stempelmerk zijn erg zeldzaam. In 1751 werden de Parijse ebenisten verplicht hun meubels te signeren met een brandmerk. Alleen de topkwaliteit kreeg een “estampillage”. Zo’n merk geeft natuurlijk een meerwaarde, waardoor er nogal wat vervalsingen voorkomen. Spijtig genoeg beschikken we niet over een foto van de estampille op deze kast. Toch twijfelen we nauwelijks aan de echtheid, gezien de fijne afwerking. We herkennen de stijl van de meest vermaarde Belgische ebenist, Jean-Joseph Chapuis (Brussel, 1765 1864). Deze meestermeubelmaker leerde het vak in Parijse ateliers. Daar verwierf hij het meesterschap, wat hem toeliet een eigen merk te gebruiken. In 1795 vestigde hij zich in Brussel en bouwde er een atelier uit dat tot 1830 aktief was en ooit twintig man in dienst had. Het was een kleine, maar vrij produktieve meubelmakerij. In de kunsthandel worden regelmatig meubels uit dit werkhuis aangeboden. Z’n meubels zijn onder meer te zien in de musea van Brussel, Luik, Namen en Gent.

Chapuis was werkzaam in de periode kort voor en na 1800, de tijd van het Directoire en Empire. Zijn latere meubels zijn karakteristiek voor de Restauration, ook wel Charles X-periode genoemd. Maar deze kommode leunt nog aan bij de stijl van de late achttiende eeuw. De afgeschuinde hoeken en taps toelopende pootjes verwijzen naar de Lodewijk XVI-stijl. Ook de trekkers van de laden horen daarbij. Het gaat dus om een vrij vroeg meubel, misschien nog uit de laatste jaren van de achttiende eeuw.

De kwaliteit blijkt onder meer uit het prachtige mahoniefineer. Chapuis heeft de voorzijde bekleed met één vel van een zogenaamde mahonie-piramide, gesneden uit de vork van een boom. Dat is uitzonderlijk. Ook de zijkant is elegant, want het middenvlak is lichtjes verdiept. Dat komt wel meer voor bij zijn meubels. We schatten de waarde op 180.000 à 200.000 fr. De verkoopprijs in de handel zal hoger liggen.

JAPANS

Deze Chinese vaas is al lang in familiebezit. We zijn naar China geweest, maar hebben ginds nergens een dergelijk stuk gezien. Graag een verklaring.

Dat is niet verwonderlijk, want uw vaas komt niet uit China. Het is een typisch voorbeeld van Japanse “émail champlevé”, aldus kunsthistorica Nicole De Bisscop. De vorm en versiering zijn wel geïnspireerd op Chinese voorbeelden, maar mét een Japanse benadering. Het brons is van goede kwaliteit. De vaas stamt uit de latere Edo-periode, dit is het begin van de vorige eeuw.

PIET SWIMBERGHE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content