Boezemvriend, zielsverwant en partner in alles behalve seks. Is de homo ‘a girl’s best friend’ ? En vormen homo’s en lesbiennes echt één front ?

Een vriend met wie je lief en leed, en een passie voor sashimi en Mega Toby deelt. Met wie je eigenlijk van alles deelt, behalve lichaamssappen. In Sex & the City stort Carrie Bradshaw haar hart uit bij de kalende en ietwat gezette Stanford, tuttige Charlotte trekt dan weer op met de überbitchy huwelijksplanner Anthony. Desperate housewive Gaby is close met het homokoppel Bob en Lee en in ontelbare romcoms speelt Rupert Everett de nicht met wapperende handjes naast Madonna/Julia Roberts/Jennifer Aniston als een wat gecrispeerde carrièrevrouw die maar niet aan de man geraakt. De boodschap is duidelijk : every home shouldhave one, het enige wat tegenwoordig cooler is dan een gay best friend is een gay best friend met een interieur- of een designschoenenzaak.

Niet dat het verschijnsel zo nieuw is. In de tweede eeuw al fulmineerde Clemens van Alexandrië in een traktaat over de christelijke moraal tegen ‘vrouwen die zich verlustigen in de omgang met verwekelijkte mannen’. Vrouwen zoals later Marie-Antoinette, Greta Garbo en Wallis Simpson, om er maar een paar te noemen. In de modewereld, traditioneel bolwerk van the gayest of the gay professions, hebben ontwerpers vaak een hartsvriendin die als muze fungeert. Loulou de la Falaise en Catherine Deneuve voor wijlen Yves Saint Laurent en Paloma Picasso voor Karl Lagerfeld, bijvoorbeeld. Een recenter voorbeeld was de excentrieke Isabella Blow die ontwerper Alexander McQueen als het ware ontdekte. Velen zien een mogelijke link tussen haar zelfmoord in 2007 en de zijne, eerder dit jaar.

Heeft de gay best friend voorgoed een plek in de trofeekamer van de vriendschap veroverd ? En is de vriendschap tussen vrouw en homo het prototype van de perfecte platonische relatie : ondersteunend, niet competitief, geruststellend zonder seksueel potentieel, maar met net genoeg petites différences om spannend te blijven ? Een kleine rondvraag in de kennissenkring lijkt die stelling alleen maar te bevestigen. Cathy (36) : “De meeste dingen die ik graag doe, kan ik heel goed doen met homo’s. Lekker eten, loltrappen, praten bij een goed glas. Bij hetero’s duurt de spitante conversatie vaak maar tot ze je in bed hebben, daarna doen ze de moeite niet meer. Met een homo kun je kletsen tot je allebei omvalt. Seks is eigenlijk het enige dat niet kan. Intimiteit wel en soms heb je daar meer behoefte aan dan aan de rest. Als ik eerlijk ben : met homo’s heb ik al meer momenten van gemoedsrust gekend dan met heteromannen.

Eén van de dingen die Tina (24) aan het gezelschap van Karst (27) apprecieert, is de feedback die hij haar geeft bij romantische dilemma’s. “Hij weet precies hoe mannen in elkaar zitten, tenslotte is hij er zelf één. En in tegenstelling tot mijn vriendinnen doet hij er geen doekjes om. Wat vind je van deze jurk ? ‘Doe dat uit, in oudroze zie je eruit als een opgewarmd lijk.’ Waarom belt hij niet terug ? ‘Omdat hij niet echt in je geïnteresseerd is.’ Je moet daar tegen kunnen, soms is het op het brutale af, maar je weet tenminste waar het op staat.”

De afwezigheid van frictie, dat is wat veel vrouwen als aangenaam ervaren in hun relatie met een homo. Paul Verhaeghe in Liefde in tijden van eenzaamheid : “Het element drift ontbreekt binnen deze verhouding. De vrouw voelt zich niet bedreigd, noch verplicht tot behagen, de man hoeft niet te verleiden, waardoor een ont-moeting (ont-moeten : niets moet) mogelijk wordt.”

Vrouwen DIE IN HUN KRAAM PASSEN

Allemaal goed en wel, maar waarom zoeken homo’s het gezelschap van vrouwen op ? Francis (56) : “In een pure mannenwereld heb ik mij nooit goed gevoeld, ook niet in mijn beroep. Ik was altijd blij als er aan de vergadertafel ook een paar vrouwen zaten, dat gaf meteen een andere kleur aan de gesprekken. Vrouwen zijn pragmatischer, denken minder hiërarchisch ook. Mijn vriendinnen zijn stuk voor stuk vrijgevochten vrouwen, met een groot hart. Als ik mijn vriendin Marianne met haar grote zonen bezig zie, dan smelt mijn hart, daar gaat zoveel warmte vanuit. Ik dans ook graag met haar, zonder enige erotische bijgedachte trouwens. Maar zo’n madam in je armen, dat is plezant. Ze is ook niet bang om eens goed uit de bol te gaan.”

Matthias (32) vindt dat films en tv-series vaak een clichématig beeld geven van de relaties tussen homo’s en hun vriendinnen. “Femke ken ik al van toen we allebei pubers waren. Wij zijn heel close, maar in series als Will &Grace, en zeker in zo’n film als The nextbest thing met Madonna en Rupert Everett, herkennen we ons echt niet. Vreselijk, zo’n stel narcistische, hysterische trienen bij elkaar. Femke gaat ook nooit mee uit in het homomilieu, ze heeft een hekel aan het etiket van fag hag. De iconische ‘homomoeders’ zijn bekend, nietwaar : de Liz Taylors en Liza Minelli’s van deze wereld : vijf echtgenoten versleten en een seizoenabonnement op de Betty Ford Clinic. Of de Ruby Waxen en Joanna Lumleys : flamboyante, goedgebekte madammen. Persoonlijk vind ik dat de homowereld streng is voor vrouwen. Veel gays doen zich voor als grote vrouwenliefhebbers, maar in de grond zijn ze best misogyn. Zoals ook de samenhorigheid van homo’s en lesbiennes die op Gay Pride– manifestaties zo enthousiast gepromoot wordt een mythe is, toch in de kringen waarin ik verkeer. We zijn al zo kritisch voor mannen, hechten in veel gevallen nog meer belang aan jeugd en lichamelijke aantrekkelijkheid dan hetero’s. Homo’s vallen op vrouwen die in hun kraam passen : goed voorzien van oren en poten, verzorgd, met een sterke persoonlijkheid. Voor sommigen is het gezelschap van een mooie vrouw een soort statussymbool, een signaal van sociaal aanvaard zijn. Met lesbiennes van het meer mannelijke type hebben ze niet de minste affiniteit.”

Francis is milder in zijn oordeel : “Als je op een zekere leeftijd gekomen bent en wat van de wereld gezien hebt, ontwikkel je een soort helikoptervisie. De mensheid bestaat voor de ene helft uit mannen en voor de andere uit vrouwen. Logisch toch dat er bij de twee soorten mensen zijn die je meer liggen dan anderen. Ik val op karakters, niet op koppen, zo simpel is het.”

Door Linda Asselbergs – Illustratie Sarah Vanbelle

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content