Van de zes vrouwen die ik mijn vriendinnen mag noemen, woont er eentje al meer dan dertig jaar samen met haar man. De vijf anderen wonen alleen, ook al is er bij sommigen wel degelijk een significant other in het spel. Zelf ben ik een veterane van de latrelatie, niet het minst omdat ik mijzelf het genietbaarst acht als ik in kleine dosissen aan de medemens word blootgesteld. Van Knack Weekend mogen mijn alleenwonende vriendinnen en ik ons vanaf heden Mens van het Jaar noemen. Omdat alleen wonen een verdienste is ? Nee, simpelweg omdat wij met zovelen zijn, een demografische ontwikkeling die lang onder de radar bleef. De Amerikaanse socioloog Eric Klinenberg heeft het over ‘het onontdekte eiland van tweehonderd miljoen mensen’. In België leven er zo’n twee miljoen, wat betekent dat achter elke derde deurbel een huishouden van één persoon woont. In grote steden ligt het aantal alleenwonenden zelfs hoger. De afgelopen maanden kreeg de snelst groeiende relatievorm terecht de nodige aandacht. Het Nederlandse literaire tijdschrift Das Mag wijdde er een heel themanummer aan. Journaliste Nathalie Le Blanc schreef er met Solo een opgemerkt boek over, televisiemaakster Annick Ruyts interviewde ervaringsdeskundigen in De bijl van Cupido, haar reeks over liefde en relaties in goede en slechte tijden. Beide vrouwen komen in deze Knack Weekend uitgebreid aan het woord in een dubbelinterview van Griet Schrauwen.

Waarom wonen steeds meer mensen alleen ? Een kleine minderheid kiest er bewust voor, bij de anderen is het een kwestie van omstandigheden. Maar het simpelste antwoord is : omdat het nu kan. We zijn welvarender en gezonder dan ooit, we trouwen later, krijgen minder kinderen en leven langer. Vrouwen zijn beter opgeleid en economisch zelfstandiger dan vroeger. Ze hoeven niet meer zoals de heldinnen van Jane Austen al hun energie te stoppen in het vinden van een kostwinner en genoegen nemen met de duffe zoon van de dominee als de ware onbereikbaar blijkt. Want ja, mannen en vrouwen stellen hoge eisen aan elkaar tegenwoordig. Daar komen vaker teleurstellingen en scheidingen van, met verlies van welstand en de nodige emotionele miserie als gevolg. Hoe dan ook, we leven meer à la carte tegenwoordig, niet volgens geijkte patronen. Leve de persoonlijke vrijheid, de gekozen levensloop.

Zijn alleenwonenden asociale flierefluiters of meelijwekkende dutsen ? Niet per se. Net zoals er gelukkige en ongelukkige loodgieters zijn, zijn er gelukkige en ongelukkige solo’s. Lees er de column van auteur Diane Broeckhoven maar op na : alleen met jezelf kan bepaald knus zijn. Je kunt al je eigenaardigheden en excentriciteiten botvieren zonder dat iemand er last van heeft. En bijna altijd cultiveren solo’s een hechte vriendenkring bij wijze van sociaal vangnet. Maar laten we niet flauw doen : zelfs de meest verstokte allenige mens verlangt wel eens naar een goed lief. Als je Annick Ruyts wil geloven, is de happy single in de eerste plaats een marketingproduct. Als alleenwonenden al iets gemeen hebben, dan zijn het de praktische problemen waar ze op botsen : dure woningen, hoge belastingen, te grote porties in de supermarkt, een singletoeslag op hotel. In een maatschappij die nog steeds georganiseerd is alsof het steeds zeldzamer wordende klassieke gezin de norm is. Dat de beleidsmakers daar eens diep over nadenken, tenslotte is bijna elke mens gedurende zijn leven één of meerdere periodes single.

linda.asselbergs@knack.be

Linda Asselbergs

Zoals er gelukkige en ongelukkige loodgieters zijn, zijn er gelukkige en ongelukkige solo’s

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content