Gewone jaren zijn er nauwelijks in Toscane. Altijd mis, lijkt het : of te nat of schroeiend heet. Maar daar komen 2006 en 2007, zowaar twee perfecte wijnjaren.

Proeven van het glas zal altijd de ultieme test blijken, maar met de Toscaanse wijnoogst van 2006 en 2007 is er iets bijzonders aan de hand : alleen al het lezen van de weergrafieken doet je het water in de mond komen. Zie hoe hoopvol regentabellen kunnen ogen. De vegetatieve periode van de wijnstok (april-oktober) van de laatste zes jaar : 402 mm in 2002, 202 mm in 2003, 471 mm in 2004, 456 mm in 2005, 310 mm in 2006 en 225 mm in 2007. Nog opvallender : gedurende de kritische maand augustus waren 2002 en 2005 kletsnat (ongeveer 100 mm regen), 2003 en 2004 kurkdroog (minder dan 20mm), 2006 en 2007 ‘optimaal’ met een flinke 50 mm.

De kwaliteit van een wijn afleiden uit de weeroverzichten blijft echter een hachelijke kwestie. Het is immers al te verleidelijk om één enkel klimaatdetail te beklemtonen en dan maar ‘het jaar van de eeuw’ aan te kondigen. Dat gebeurt wel elk jaar in deze of gene wijnstreek. Er kan echter geen twijfel over bestaan : 2006 en zeker 2007 worden supergrote Toscaanse wijnjaren, lees het kader ‘De index van Selianinov’ erop na (p. 81), met specifieke technische duiding.

Toch plaatste Christophe Olivier, de Franse oenoloog die Landy assisteert als consultant op het grote wijnbedrijf Saiagricola, eigenaar van Colpetrone (sagrantino), van Poderina (brunello) en van Del Cerro (vino nobile) enkele interessante opmerkingen. In warmere jaren als 2007, stelt hij, krijgen de traditioneel betere terroirs (die in gewone jaren de beste resultaten opleveren) het moeilijk door grotere charges van tannines. Overdreven hitte remt de rijping af, maar laat de bittercharge in schillen en pitten bestaan. En hij toonde, glas in de hand, aan dat in 2007 wijnen van traditioneel koelere percelen, met veel waterhoudende klei in de bodem, een niveau halen van zachte, suave rijpheid met daarbovenop een goede, frisse zuurheid. “In een eerste fase zal de opwarming van het klimaat de definitie van ‘ideaal perceel’ doen veranderen. Men moet zich dan ook afvragen of ook de definitie van ideale wijnregio niet naar het koelere noorden zal verschuiven.” Hageland weldra (terug) ideaal wijnland ?

Chianti 2006: een jaar vol superlatieven

Een matige augustusmaand met wat wolken en regen en een ongewoon warme en zonnige september brachten in heel Toscane het merkwaardige oogstjaar 2006. Chianti schittert in het vijfsterrengebied. Dit in tegenstelling met Bordeaux, waar het weer degradeerde vanaf 10 september en de cabernet sauvignon daardoor rijpheid ontbeerde. Van de haast honderd wijnen chianti classico 2006, die we blind proefden (een derde ervan uit het vat, wegens nog niet gebotteld), belandden er elf in de topcategorie, veertien bleken excellent, maar (nu nog) met een licht voorbehoud. Eerst de elf toppers.

toppers

Barone Ricasole-Brolio

(207 ha op gemiddeld 350 m hoogte, 100 % sangiovese) Zeer goede, sombere kleur en een diepe, houtgedragen neus. Prachtig gestructureerde smaak. Grote wijn, van de beste van het jaar.Castellare di Castellina

(15 ha op 360 m hoogte, 5 % canaiolo) Niet het grote geweld, maar wel ruim, fijn en smakelijk. Moderne wijn.

Castello di Monterinaldi

(63 ha op 370 m hoogte, 20 % merlot en syrah) Goede, sombere kleur en een stevige, nu nog wat stugge neus. Stevige en goed geknoopte lange smaak. Grote wijn.

Castello di Uzzano

(26 ha op 300 m hoogte, 100 % sangiovese) Goede, diepe kleur en een krachtige, gespannen neus. Goede gestructureerde smaaksequens. (Ook grandioze 2007.)

Castello di Verazzano

(39 ha op 380 m hoogte, 5 % canaiolo) Diepe, sombere kleur en een diepe, houtgedragen neus. Grote smaak met structuur. (Ook een prachtige 2007.)

Cecchi, Messer Pietro di Tenzzo

(10 % cabernet sauvignon) Inktachtige kleur en een krachtige, stugge, houtgedragen neus. Krachtige smaak met structuur.

Fattoria la Ripa

(10 ha op 400 m hoogte, 10 % canaiolo) Stevig en geknoopt. (Prachtig gestructureerde 2007.)

Fontodi

(63 ha op 400 m hoogte, 100 % sangiovese)Sombere, gespannen kleur en een diepe neus. Smaak met krachtige structuurtannines.

Principe Corsini-Le Corti

(49 ha op 230 m hoogte, 5 % canaiolo en colorino) Goede, sombere, maar niet overdreven kleurconcentratie en een fijne, ruime neus. Intens smakelijke wijn. (Prachtige 2007.)

Querceto di Castelloina-L’Aura

(11 ha op 480 m hoogte, 5 % merlot. 5 % ciliegiolo) Sombere, gespannen kleur en een zeer ruime, maar ook diepe neus. Strenge, stevige smaak met grote lengte.

San Felice

(120 ha op 375 m hoogte, 100 % sangiovese) Goede, niet overdreven open kleur en een gezonde fijne neus met diepte. De smaak is evenwichtig en met grote lengte.

Excellent met klein voorbehoud

– Casa al Vento

– Casa Emma

– Casa Sola

– Castello di Fonterutoli

– Fattoria Viticcio

– Gagliole-Rubiolo

– La Sala

– Monte Bernardi

– Montecalvi

– Poggio Torselli

– San Fabiano

– Calcinaia

– Tenuta di Lilliano

– Villa Cafaggio

Brunello 2003 : fraude, rommel en toppers

Brunello pakt nu uit met zijn 2003, niet zo’n groot jaar, maar toch veel beter dan 2002.

De druk gerapporteerde fraude met de brunellowijn is een typische appellation-fraude : de regels van de DOC werden niet ten volle gerespecteerd. Maar er is toch meer aan de hand. Al jaren is er een grote groep van brunelloproducenten, vooral zij die veel exporteren, aan het ijveren om de strakke productieregel van de 100 % verplichte sangiovese te versoepelen en om vooral wat van de zachte, modieuze merlot toe te laten. Bij de twee andere grote Toscaanse DOC’s, chianti classico en vino nobile zijn daarvoor per decreet de regels van het spel aangepast. Deze regels verschillen per origine en worden vaak voorgesteld als een gevecht voor authenticiteit. Met brunello werd de regel (nog) niet versoepeld. Merlot bijmengen is dus fraude, zelfs als de wijn daar veel beter van wordt en op de internationale markt veel gemakkelijker kan worden geplaatst.

De traditionalisten hebben ook een punt : het is gemakkelijker om wat ‘fruit’ bij te mengen dan om ervoor te zorgen dat het originele fruit van de sangiovese tot expressie komt. Dit laatste vergt grote zorg en kennis in de wijngaarden en bij de verwerking van de druiven.

En er is nog werk. Na het blind proeven van 153 brunellowijnen van 2003, tellen we 56 ronduit negatieve proefimpressies. Ze zijn schraal, dun, vuil, arm, scherp, dominant bitter, kort versleten… Objectief slechte wijn op de markt brengen, dát zou men beter als fraude bestempelen, want de consument en de appellationgemeenschap worden er rechtstreeks door bedrogen.

Bij de achttien excellente wijnen op de proeverij, zijn er drie ontroerend excellent. We beginnen met die drie.

ontroerend excellent

Tenute Silvio Nardi

Mooie, sombere kleur en een diepe, krachtige wijnneus met persistent fruit. Volkomen evenwichtige, smakelijke lengte met structuur waarin alles op zijn plaats geknoopt is. Grote wijn.

Villa a Tolli

Mooi rode, gezonde, frisse kleur met krachtig fruit aan de neus. Stevig en smakelijk in de mond met een gezonde mix van fruit en hout. Grote moderne wijn.

La Poderina

Goede, frisse, somber rode kleur zonder spoor van evolutie en een stevige en diepe, fijne persistente neus. In de mond komt stevige, gevulde smakelijkheid met suave toetsen en een grote lengte. Grote wijn.

ook excellent

– Molino di Sant’Antimo

– Pian delle Querci

– Poggio dell’Aquila

– Solaria

– Siro Pacenti

– Villa i Cipressi

– Tenuta Caparzo

– Tenuta di Sesta

– Tenuta La Torraccia

– Collimattoni

– Donna Olga

– Fanti

– Il Forteto

– Il Marroneto

– La Gerla

Nobile 2005 : een moeilijk jaar, ook in de mond

Normale jaren, zoals 2000 en 2001, komen in Toscane haast niet meer voor. 2002 was drijfnat, 2003 was tropisch warm en droog, 2004 was bewolkt en koel. Het jaar 2005 waarmee de vino nobile nu uitpakt, was dan weer extreem variabel : er is geen lijn in te krijgen. Juli 2005 begon nog normaal, maar tegen het einde van de maand ging het helemaal de verkeerde kant uit : augustus was vooral nat, maar niet overal. Vanaf half september weer regen, wat de rijping bemoeilijkte en veel schimmel veroorzaakte. Uitdunnen en selecteren was voor de wijnboer de enige optie. Kortom, 2005 was een moeilijk jaar.

En het is eraan te proeven. De meeste wijnen missen fruit om de alomtegenwoordige tannines en zuurheid toe te dekken : de bekende bitterstaarten. Na het doorslikken blijft in de mond een onaangename smaak achter, niets van charme. Er valt geen enkel genoegen aan te beleven.

Wachten op 2006 en 2007 lijkt de beste keuze.

Getekend door deze schrale armzaligheid in 2005

– Avignonesi

– Casale Daviddi

– Triacca

– Godiolo

– Il Conventino

– Gracciana Della Seta

– Poggio Uliveto

– Il Faggeto

– La Calonica

– La Ciarliana

– Tenimenti Angelini

– Lodola Nuova

– en de cru’s Vigna d’Alfiero

van Valdipiatta en Vigna Scianello van Ciarliana.

De zeldzame goede krijgen zelfs allemaal een licht voorbehoud

– Boscarelli

– Canneto, Fassati

– Villa S. Anna

– Vecchia Cantina

– Salcheto

– La Braccesca

– Torcalvano Gracciano

– Poliziano

– Poggio alla Sala

– Lunadoro

– Del Cerro

– en de cru’s Antica Chiusina van Del Cerro (van de beste), Gersemi van Fassati en Vitaroccia van Icario.

Door Herwig Van Hove Illustraties Geert Vervaeke

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content