Van gezinswoning naar interieurlabo: ‘Zien we iets dat ons intrigeert, dan testen we het eerst thuis’

We doen het gewoon zelf, klonk het vroeger ten huize Van Apers. En vandaag is dat niet anders. Naast een gezinswoning is het huis van Caroline en Joris namelijk ook een interieurlabo.
De oorspronkelijke villa uit 2000 is vandaag – op de volumes en buitengevels na – nauwelijks nog te herkennen. Nochtans is het een eigen ontwerp van Joris. ‘Eerlijk gezegd ben ik toen maar half in mijn opzet geslaagd’, zegt hij over het huis dat een vrije interpretatie moest zijn van de country style van Frank Lloyd Wright. En inderdaad, van buitenaf heeft het weg van het Coonley House in Riverside of het Martin House in Buffalo. ‘Maar binnen zat er weinig gevoel, de materialen waren koud. Het was eerder een schoolvoorbeeld van ninetiesarchitectuur,’ lacht hij, ‘met veel glanzende oppervlakten en inox.’
Intussen is het smaakpalet van de voormalige ingenieur sterk geëvolueerd. In 2008 nam hij het bedrijf in gerecupereerde bouwmaterialen van zijn ouders over, samen met de bijbehorende schrijnwerkerij en steenkapperij. Caroline hing twee jaar later haar doktersjas voorgoed aan de kapstok om hem bij te staan. Sindsdien werd de villa stelselmatig gerenoveerd. ‘Bij ieder bouwproject en op iedere reis werden we met zoveel schoonheid geconfronteerd dat we thuis niet konden achterblijven’, vertelt Caroline. Meer nog: hun thuis dient vandaag als labo. ‘Zien we iets dat ons intrigeert, dan testen we het eerst bij ons uit voor we het aan klanten voorstellen.’
You can take the boy out of the country, but you can’t take the country out of the boy, klinkt de Amerikaanse zegswijze. Hetzelfde zou weleens kunnen gelden voor ingenieurs: je kunt ze dan wel uit de elektriciteitscentrale halen, maar de zin voor onderzoek en ontwikkeling blijft standhouden. Van de scharnieren en keramiektegels tot banken en tafels of monumentale trappen, Joris is telkens de bedenker. ‘Ik kan altijd terugvallen op een team van vakmensen om tot iets te komen. Soms ben ik daar te enthousiast in’, grijnst hij. Iedere stap in de renovatie werd dan ook een excuus om verschillende toepassingen en technieken uit te proberen. ‘Anderen zullen op voorhand meer tekenen, ik heb het meer voor toegepaste experimenten.’
Boom van een trap
Het verrassingseffect is groot na de geborgenheid die de inkomhal met de houten wanden opwekt. Waar ooit een inox draaitrap met glazen treden en balustrade stond, trekt vandaag een monumentale trap alle aandacht. Een sculptuur die ondanks haar prominente plaats toch rust in het interieur brengt. ‘De niveaus van de woning volgen nu het ritme van de trap. De tussenverdieping, de gang die naar de kinderkamers leidt en onze verdieping komen er allemaal op uit, zoals de takken van een boom naar hun stam leiden.’ Een nieuwe passerelle die de tussenverdieping met de kinderkamers verbindt, zorgt voor een spel van diepte en geometrie. Als inspiratie haalt Joris het Guggenheim in New York aan, dat Wright in 1959 ontwierp. ‘Die hoge leuning waarboven je enkel het hoofd ziet zweven zorgt voor mysterie. Je gaat meteen fantaseren over wat het verbergt.’
New York lijkt een vruchtbare plaats te zijn voor het creatieve brein van de bewoners. De mosterd voor het houten plafond van de woonkamer haalden ze bij het luxueuze Gramercy Park Hotel, dat in 2006 werd heringericht door kunstenaar Julian Schnabel. Naast het interieur en de ligging, gaat het hotel er prat op unieke werken van Basquiat en Warhol aan de muren te hebben hangen. De wilde bloemen en grassen aan het keukenterras doen hen terugdenken aan het High Line Park, maar ook van hun andere trips nemen ze graag iets mee terug. De achttiende-eeuwse cassettevloer van notelaar die in de dressing van Caroline ligt komt uit Italië, de zwarte leisteen rondom de haard uit Portugal.
De kleuren van Klee
De aanwezigheid van gerecupereerde bouwmaterialen mag dan uitzonderlijk zijn voor een huis dat net twintig jaar oud is, het interieur hoeft er zeker niet voor onder te doen. Nergens valt een stuk uit de huidige interieurcanon te bespeuren. Geen Eames of Jeanneret. Wel veel eigen ontwerpen, waaronder de eikenhouten eettafel en de sofa waarvoor Joris en Caroline met papiervellen en schaar geknield aan de slag gingen om de perfecte vorm voor hun woonkamer te bepalen. Ze worden gecombineerd met anonieme vintage stoelen uit de Antwerpse Kloosterstraat en talrijke coups de foudre die ze opliepen op veilingen. Een salontafel van Ado Chale is er een van, net als de petrol banken die de haard flankeren. Ze werden in de jaren dertig ontworpen door de Tsjechische designer Jind?ich Halabala, maar werden intussen met een nieuwe Kvadrat/ Raf Simons-stof bekleed. Het kleurgebruik uit de schilderijen van Michel Mouffe, een kunstenaar uit de stal van Axel Vervoordt, lijkt te zijn herhaald in de wandkasten. ‘Toch waren de kleuren er eerst. Ze zijn gekozen uit de schilderijen Redgreen and Violet-Yellow Rhythms en A Young Lady’s Adventure van Paul Klee. Eigenlijk wilde ik de volledige werken in het groot namaken op de muur. Maar het werd snel duidelijk dat dit too much zou worden’, lacht Joris. Zo’n aanstekelijke bevlogenheid, wie zou hem dat kwalijk kunnen nemen?
De Wright Trap
Wat Organische draaitrap als hart van de woning.
Materiaal Natuurlijke naaldhouten treden met hoge bepleisterde leuning, geïnspireerd door het Guggenheim Museum in New York, dat ontworpen werd door Frank Lloyd Wright.
Ontwerper(s) Joris Van Apers, van opleiding industrieel ingenieur, die in 2008 de zaak van zijn vader overneemt, die in gerecupereerde bouwmaterialen handelt en verschillende werkplaatsen runt. Samen met zijn vrouw Caroline De Wolf leidt hij een dertigkoppig team. Ze ontwerpen en produceren interieurs in binnen- en buitenland, maar werken evengoed in onderaanneming voor gerenommeerde namen als Axel Vervoordt en Paul Robbrecht.
@jorisvanapersstudio
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier