Van ‘eetrijp’ tot ‘verbeterd recept’: drie vallen uit de supermarkt om niet meer in te trappen

© Getty Images/iStockphoto

Journalist Teun van de Keuken vertelt in zijn boek De Supermarktsurvivalgids alles wat de supermarkten liever voor zich houden en strooit met grappige overlevingstips. Knack Weekend mag drie fragmenten uit het boek met je delen.

Eetrijp

Bij groente en fruit draait het om vers en rijp. En als je denkt dat klanten het woord ‘rijp’ niet meer begrijpen, dan noem je het eetrijp. Dit soort begrippeninflatie is bij voedselverpakkingen niet ongebruikelijk. Je hebt eetrijpe mango’s, eetrijpe ananassen, eetrijpe meloenen en natuurlijk eetrijpe avocado’s. Omdat mensen juist van deze vrucht willen dat hij precies goed rijp is als ze hem kopen – niet meer hard en nog geen bruine smurrie – lijkt het begrip voor de avocado uitgevonden. De sticker ‘eetrijp’ belooft dat hij niet onrijp en niet overrijp is. Gewoon rijp dus. Maar dat klopt vaak niet.

Geregeld zijn avocado’s keihard of zijn ze onder de schil al tot moes verworden. Het gevolg is dat de klanten de stickers niet meer vertrouwen. Hoe zal de supermarkt dit probleem oplossen? Aan de avocado’s verandert niks maar ze krijgen weleens een nieuwe sticker waarop ‘ready tot eat’, ‘Ć©cht eetrijp’ of ‘beetklaar’ staat. Zou de eetrijpsticker een recept voor teleurstellingen kunnen zijn? Is er, om in die verschrikkelijke managementtaal te spreken, sprake van verkeerd verwachtingsmanagement?

Vroeger – in de tijden dat de avocado net was ontdekt en als exotische vrucht onmisbaar was op hippe feestjes waar Fleetwood Mac uit de speakers schalde – kocht je de steenvrucht een paar dagen voor gebruik, bewaarde de avocado in een papieren zak met een banaan erbij. Op de dag dat de guacamole op tafel moest komen, was hij van een smeuĆÆgheid die je verder alleen in een pot calvepindakaas aantreft. Die methode werkte en iedereen was tevreden. Sinds we ‘eetrijp’ hebben is niemand meer tevreden. We krijgen niet wat ons wordt beloofd. Klanten gaan voelen en knijpen in de vruchten om de beste, meest eetrijpe ertussenuit te plukken. De andere exemplaren blijven beurs achter. Ze worden weggegooid of er wordt biogas van gemaakt. Net als al hun broertjes en zusjes die de vorige dag zijn blijven liggen. Vandaag eetrijp is morgen pulp. Zonde.

Hoe wapent de supermarkt zich tegen de ongewenste avocadobetasters? Door bewakers bij het schap te zetten? Nee, door hardere avocado’s in de winkel te leggen. Die overleven een kneepje wel. De klanten worden intussen steeds minder tevreden en gaan steeds harder knijpen: die dingen zĆ­jn helemaal niet eetrijp! En zo zorgt de eetrijpsticker ervoor dat de avocado’s in de supermarkt steeds minder eetrijp worden. Een self-defeating prophecy dus.

Bij de goede groenteboer liggen ze overigens veilig achter de toonbank. De winkelier overhandigt je met fluwelen handschoentjes graag een perfect exemplaar dat door niemand is bepoteld.

Handgemaakt

Dat brood van tegenwoordig is natuurlijk allemaal reuze handgemaakt. Zoals alles. Tenminste, dat idee geven producenten ons. Omdat wij dat willen. Omdat wij onverbeterlijke romantici zijn die willen geloven in een sprookje. In werkelijkheid gaat het er in fabrieken totaal niet ouderwets aan toe. Elke keer als ik een fabriek bezoek, sta ik te kijken van het vernuft waarmee de productielijnen zijn gebouwd. Potjes die een kwartslag worden gedraaid om een etiket opgeplakt te krijgen, bakjes die even overhellen om in de perfecte hoek te komen om de saus op te vangen uit een bovenhangend spuitmondje, lopende banden die even schudden om poeder beter te verdelen. Ingenieus. Toch willen wij dat niet. Wij willen ambachtelijk. En dus verkopen fabrieken ons hun supersonisch geproduceerde waar alsof het in een rommelig keukentje is gemaakt, ‘volgens oma’s recept’ en ‘handgemaakt’.

Hoe meer de techniek voortschrijdt, hoe meer handgemaakte waar op de markt lijkt te komen

Waarom? Waarom niet de vooruitgang in het productieproces vieren? Hoe meer de techniek voortschrijdt, hoe meer handgemaakte waar op de markt lijkt te komen. Je hebt handgemaakte kleren, handgeknoopte tapijten, wijn van handgeplukte druiven, met de hand geoogst Keltisch zout, handgevouwen stollen van Albert Heijn, handgepopte popcorn en handgekookte chips. Er bestaat zelfs handgezouten bacon van Jumbo. Waarom zou die beter zijn dan machinaal gezouten bacon? En hoe handzout je bacon? De consumentenlijn antwoordde per mail: ‘Handgezouten bacon heeft meer smaak. In plaats van dat de (sic) zout in de bacon wordt gespoten is hier (de naam zegt het al) de bacon met hand gezouten.’ Mijn vragen om verdere verheldering leverden niets op.

Is met de hand altijd beter? In Bangladesh heb ik gezien hoe kleren met de hand worden gemaakt. Fabrieksarbeiders naaien een lange dag lang alleen maar mouwen aan overhemden. Zwaar en geestdodend werk voor weinig loon. De baas van een visfabriek in Vietnam noemde zijn personeel ‘goedkope handjes’. Arbeiders die heel zwaar werk doen voor heel weinig geld. Stukken goedkoper dan een machine.

Hoe romantisch gaat dat met de hand oogsten van Keltisch zout, denk je? Waarschijnlijk is het een bloedhete affaire in de brandende zon, die ook nog eens wordt weerkaatst door de zoutkristallen. ‘Met de hand’ klinkt fijn ambachtelijk en sympathiek en met een betere beleving, maar vaak gaat er een hoop leed en uitbuiting achter schuil. Geef mij dan maar machinaal.

In de broodwereld heeft het handgebeuren ook een vlucht genomen. Zo heeft Bakker van Maanen ‘sinds 2014 in enkele winkels een Handgemaakt bakkerij . Voor het maken van brood gebruiken we maar Ć©Ć©n machine en dat is de kneedmachine’. Juist. Een oven zullen ze ook wel hebben, vermoed ik zo. Dan blijft er weinig voor de handen over. Drukken op de knop van de deegmachine, het deeg in de oven doen, drukken op de knop van de oven. Een beetje met de hand en een beetje met de machine. Dat blijkt wel vaker het geval.

Verbeterd recept

Een verbeterd recept is lang niet altijd een verbeterd recept. Als ik een verpakking zie met deze toch vreugdevol bedoelde mededeling, dan begin ik meteen te vlassen: wat was er mis met het vorige recept? Wat is dat eigenlijk, verbeterd?

Daar bestaat geen definitie van en dus kunnen fabrikanten de term klakkeloos gebruiken. Precies waarvan zij houden. Ik beschouw ‘een verbeterd recept’ als een recept met meer hoogwaardige ingrediĆ«nten erin en minder vulmiddelen en artificiĆ«le smaakmakers: pindakaas met meer pinda’s en minder palmolie, een chocoladereep met meer cacao en minder cacaofantasie, vanille-ijs met vanille in plaats van vanillearoma.

Een verbeterd recept is in heel wat gevallen een downgrade.

Maar hoe kom je daarachter? Dan moet je het oude en het nieuwe recept, of in ieder geval de oude en de nieuwe ingrediĆ«ntenlijstjes bij de hand hebben. Kom daar maar eens om. Gelukkig houdt de Duitse consumentenorganisatie Verbraucherszentralesinds 2009 een database bij van producten Ć©n hun ingrediĆ«ntenlijstjes. Onlangs hebben ze van een hele hoop producten het oude recept vergeleken met het nieuwe, ‘verbeterde’ recept. De uitslag is schokkend. In veel gevallen blijkt dat er niet meer, maar minder hoogwaardige ingrediĆ«nten in producten worden gestopt. Een verbeterd recept is in die gevallen, zoals de Duitse consumentenorganisatie het noemt, een downgrade.

Van 'eetrijp' tot 'verbeterd recept': drie vallen uit de supermarkt om niet meer in te trappen
Ā© .

Bedrijven als Unilever, Mondelez, Dr. Oetker, Ferrero en Alpro maken zich hieraan schuldig: Nutella bevat sinds het recept is verbeterd minder cacao en meer suiker, in de Nussini-reep van Milka is de hoeveelheid hazelnoten verminderd en de hazelnootcrĆØme vervangen door crĆØme met hazelnootsmaak en bij de muesli van Dr. Oetker is het suikergehalte omhooggegaan en de hoeveelheid volkorenvlokken verminderd. In de amandeldrank van Alpro zitten sinds de verbetering een kwart minder slech en Unilever verving de raapzaadolie in een margarine door water. In hun reacties op deze bevindingen doen de bedrijven alsof hun neus bloedt: de klant wil deze veranderingen en we hebben onze recepten aangepast aan de eisen van de tijd. Dat is natuurlijk flauwekul. Geen klant wil dat hoogwaardige ingrediĆ«nten worden vervangen door goedkoop vulmiddel. De enige voor wie het recept is verbeterd, is de fabrikant die goedkoper spul voor dezelfde prijs kan verkopen. Negeer de kreet ‘verbeterd recept’ dus op verpakkingen en kijk gewoon op de ingredientenlijst wat er in een product zit.

De Supermarktsurvivalgids

Teun van de Keuken

304 p.

20 euro

Meulenhoff

Meer lezen over wat er in fabrieksvoedsel zit en wat dat betekent voor jou? Dat doe je opĀ weekend.knack.be/WeetWatJeEet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content