Om kinderen en jongeren terug in contact te brengen met de oorsprong van hun voedsel en om de vervreemding ten aanzien van de landbouw en het platteland tegen te gaan, wordt de komende 2,5 jaar het project “Tintelboeren” opgezet.
Elf Limburgse gemeenten, het provinciebestuur, de Boerenbond en een aantal vzw’s gaan via diverse initiatieven de landbouw- en natuureducatie in de praktijk brengen, zo werd verteld op een persbijeenkomst, maandag in Maasmechelen.
De komende 2,5 jaar zullen 14 partners de burgers, en vooral jongeren en kinderen, laten ontdekken waar de voeding vandaan komt. Via het Leaderprogramma steunen de provincie Limburg, Vlaanderen en Europa dit project.
Enerzijds wil het initiatief landbouweducatie opnemen in het curriculum van alle onderwijsniveaus. Dat gaat van het kleuteronderwijs (door middel van educatief materiaal en het Tintelfestival), over het secundair onderwijs (via excursies) tot de lerarenopleiding. Anderzijds tracht het project de koppeling met natuureducatie te bevorderen door gemeenschappelijke thema’s, zoals zwerfvuil, beheer van houtkanten en gezonde voeding van bij ons, educatief uit te werken en beschikbaar te stellen voor scholen.
“Dit kadert allemaal in de doelstelling om kinderen en jongeren terug in contact te brengen met de oorsprong van hun voedsel”, zegt Karlijn van Duffel, projectcoördinator van Plattelandsklassen. “We willen de vervreemding ten aanzien van de landbouw en het platteland tegengaan. We doen dit concreet door jongeren op een eigentijdse manier de land- en tuinbouw te laten beleven, onder meer door bezoeken aan land- en tuinbouwbedrijven.” (Belga/DB)
