Voor 4:
4 verse wijtingen van 250 g, schoongemaakt
peper en zout
Om te paneren:
wit van 2 eieren
2 cl olie
50 g bloem
150 g vers broodkruim of paneermeel
Peterselieboter:
1 el gehakte peterselie
100 g boter
1/2 citroen
Garnering:
enkele blaadjes peterselie
Klop eiwit, zout, peper en olie licht op. Snij met een schaar de vinnen van de wijting. Snij de rug langs de ruggengraat van kop tot staart open zonder in de buik te snijden. Spoel en dep droog. Kruid de vis met zout en peper, haal door de bloem, dompel in het eiwit/oliemengsel (laat uitlekken), haal door het broodkruim, druk vast aan met de handpalm.
Voor de peterselieboter: was de peterselie, verwijder de stengels, hak de blaadjes fijn, meng met boter, zout, peper en het sap van 1/2 citroen. Rol de boter in folie op en zet in de koelkast om te stijven. Frituur de vissen in 7 min. goudbruin in vet van 180° C, zorg ervoor dat ze plat blijven. Laat even op keukenpapier uitdruipen, kruid met zout en dien op met een plak peterselieboter, een wig citroen en wat gefrituurde peterselie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier