Tatintaart met witloof

© Getty

Witloof heeft een wat bittere smaak en doet het daarom goed in alle zoetzure bereidingen, zoals deze tatintaart maar ook in confituur.

Voor 4 personen
  • 1 kg kleine witloofkroppen
  • het sap van 1/2 citroen
  • 150 g boter
  • 125 g griessuiker
  • 1 eetlepel cassonadesuiker
  • 200 g kant-en-klaar bladerdeeg
Bereiding
  1. Haal de bittere kern uit het witloof, snijd de kropjes in de lengte door en besprenkel ze met citroensap.
  2. Laat de boter smelten op een zacht vuurtje. Giet in een taartvorm (24 tot 27 cm doorsnee) met een hoog opstaande rand en strooi de griessuiker erover. Schik de witloofkropjes met hun snijkant naar beneden. Zet de taartvorm 10 minuten op een laag vuurtje zodat de suiker karamelliseert.
  3. Zet de vorm vervolgens in een voorverwarmde oven van 180°C en laat 20 minuten bakken. Giet het vrijgekomen vocht af in een pannetje.
  4. Rol het deeg uit tot een cirkel en leg het over het witloof. Druk het deeg aan en prik er met een vork gaatjes in. Laat de taart nog eens 20 minuten bakken (200°C). Haal de taart uit de oven en laat even rusten.
  5. Leg een bord over de taartvorm, druk aan en keer de vorm in één keer om, zodat de taart op het bord belandt.
  6. Giet het vrijgekomen vocht bij het eerder afgegoten bakvocht. Voeg de cassonadesuiker toe en laat het vocht inkoken tot een stroop. Giet de stroop over de taart en laat nog wat rusten. Dien de tatintaart met witloof lauwwarm op.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content