Voor 4:
200 g yamswortel (het type yamato imo is het droogst en het gemakkelijkst te bewerken)
1/4 theelepel wasabi
mierikswortelmix
2 el suiker
1/2 theelepel zout
1 blad nori zeewier
Schil de yamswortel en verwijder zwarte puntjes. Als uw handen een beetje jeuken na het schillen van de yamswortel, wrijf ze dan even in met een beetje azijn.
Snijd de yamswortel in stukjes van 2,5 cm. Leg ze in een pannetje en voeg er water bij tot ze onder staan. Kook ze gaar op een matig vuur (± 15 min.). Controleer met een prikkertje: de yamswortel moet de consistentie van een gekookte aardappel hebben. Giet af en zet de pan nog even op het vuur (matig warm). Schud de yamswortel tot alle vocht is verdampt. Oppassen voor aanbranden. Haal de pan van het fornuis of laat ze staan op het laagste pitje (vooral wanneer u meer waterrijke varianten van de yamswortel gebruikt) en bewerk de yamswortel, terwijl hij nog warm is, met een aardappelstamper. Laat afkoelen. Voeg suiker en zout toe en meng en kneed de yam door elkaar met de hand. Dat handwerk is belangrijk. Wrijf te grote brokjes met de vingers fijn en meng tot de puree er poederachtig uitziet aan de oppervlakte.
Leg het blad nori op een droge keukenhanddoek of een bamboe rolmatje (maki-su). Leg het zeewier met de glanzende kant naar onder en met de langste kant naar u toe. Vorm de yamswortelpuree tot een bal en spreid hem gelijkmatig uit over het noriblad. De yamswortellaag moet tussen een 1/2 en 3/4 cm dik zijn. Blijf 1/2 cm van de dichtstbijzijnde bladrand en 3 cm van de verst verwijderde bladrand. Leg dan een streepje wasabi mierikswortel op de yamswortel, van links naar rechts op 1/2 cm van de dichtstbijzijnde bladrand.
Begin de nori met behulp van de handdoek of het bamboematje op te rollen vanaf de dichtstbijzijnde rand. De eerste keer zal de rol misschien een beetje slapjes zijn, maar met wat oefening wordt hij strak en stevig (en hebt u wellicht ook geen handdoek of bamboematje meer nodig). Rol het noriblad een paar keer over en weer met uw handpalmen om de vorm steviger te maken.
Snijd de rol in de helft door met een droog en scherp mes. Snijd elke helft nog eens in de helft en dan elk kwart in drie. Als uw mes niet scherp is, zal u de rol niet netjes kunnen doorsnijden en dan is al uw werk voor niets geweest. Maak de snijbeweging naar u toe en veeg het mes schoon tussen elke snijbeurt. Schik per persoon 3 schijfjes op een bordje, op hun kant of op een hoopje. Dit gerecht is zo’n halve dag houdbaar.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier