Voor 4:
1 konijn
50 g olijfolie
50 g ongezouten boter
50 g margarine
1 witte ui
2 blaadjes laurier
1 kaneelstok
8 kruidnagels
1 glas rode wijn
1 scheut rodewijnazijn
bospaddestoelen naar smaak
zout, peper
boter, knoflook
een bundel peterselie
parmezaankaas
Polenta:
150 g maïsmeel
0,75 l water
Versnij het konijn in niet al te grote stukken. Smelt de drie vet-stoffen in een diepe kookpot en bak hierin de stukken konijn. Voeg ui, zout, peper, laurier, kaneel en kruidnagels toe. Blus de warmte met rode wijn en rodewijnazijn. Draai het vuur op zijn zachtst, plaats een deksel op de pot en laat alles circa 2 à 2,5 uur sudderen.
Maak ondertussen in ongeveer 50 minuten een smeuïge polenta en stort deze op een houten plank. Maak de bospaddestoelen schoon, kook ze kort, spoel ze onder koud water en doe ze dan terug in de pan met een stevige scheut olijfolie en een dikke klont boter.
Kruid de paddestoelen met peper en zout en een weinig knoflook. Voeg fijngesneden peter-selie toe en strooi er na het stoven veel par-mezaankaas over. Dien het konijn op met de bospaddestoelen en polenta.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier