Een Venetiaans recept uit Stedenlust, een kijk- en kookboek met 44 gerechten uit dertig steden van Time to momo.
Een Venetiaans recept uit Stedenlust, een kijk- en kookboek met 44 gerechten uit dertig steden van Time to momo.
Voor 4 personen
- 8 grote verse sint-jakobsnoten, schoongemaakt
- 1/3 stevig stokbrood
- 4 el olijfolie
- 3 tenen knoflook, heel fijn gehakt
- sap van 1 grote citroen
- 1 klein chilipepertje, gedroogd en verkruimeld
- een bosje bladpeterselie, fijngehakt
- 2 el koude boter, in vlokjes
- olijfolie om te besprenkelen
- partjes citroen en brood voor erbij
Extra
- keukenmachine
- 8 sint-jakobsschelpen
Bereiding
1. Verwarm de oven tot 150 °C. Snijd het stokbrood over de lengte doormidden en vervolgens in stukken. Leg de stukken brood naast elkaar op een bakplaat in de oven. Laat het brood in 15-20 minuten uitdrogen, maar laat het niet keihard worden (het brood moet nog een beetje meegeven als je erop drukt). Laat even afkoelen en maal het brood met korst in een keukenmachine tot niet te fijn broodkruim. Verhoog de oventemperatuur naar 220 °C.
2. Meng in een kommetje de olie, de knoflook, het citroensap, de chilipeper en de helft van de peterselie. Voeg wat zout en peper toe.
3. Leg de schelpen op een grote bakplaat. Verdeel de coquilles over de schelpen en besprenkel ze met het knoflookmengsel. Bestrooi met wat broodkruim en verdeel er de boter in vlokjes over.
4. Bak de coquilles in 8-10 minuten mooi goudbruin. Neem ze uit de oven en sprenkel er nog wat lekkere olijfolie over. Bestrooi met de rest van de peterselie en serveer meteen met partjes citroen en lekker brood.
Tip: de broodkruimels die je niet gebruikt, kun je in een afgesloten bakje enkele weken in de koelkast bewaren. Heerlijk om gerechten mee te gratineren.
(Marian, Time to momo-local in Venetië)
