Nagerecht
Voor 4:
50 g puddingrijst
4 dl melk
1,5 dl room
50 g suiker
merg van 1 vanillestokje
2 el fijne polenta
25 g boter
4 el zure room
Voor de compote:
500 g krieken
50 g boter
8 el suiker
3 dl Banyuls
snuifje gemalen kaneel
Doe de rijst, melk, room, suiker en vanille in een pan en breng aan de kook. Draai het vuur lager en laat 30 minuten zacht koken tot de rijst gaar is. Zet in de koelkast om af te koelen. Ontpit de krieken.
Zet een braadpan op hoog vuur en laat de boter smelten. Voeg de helft van de suiker en alle krieken toe. Schud de pan tot de krieken bedekt zijn met boter en suiker. Voeg de resterende suiker toe en laat enkele minuten bakken tot de krieken beginnen te karameliseren. Voeg de helft van de Banyuls toe en flambeer de krieken.
Haal de krieken uit de pan en doe ze in een kom. Giet de resterende Banuyls in de pan met een snuifje kaneel en laat inkoken tot een siroop. Giet de siroop over de krieken. Rol acht worstjes van de koude rijstpap en wentel ze in de polenta. Laat de boter smelten in een pan en bak de kroketjes rondom goudbruin.
Verdeel de kroketjes en kriekencompote over de borden en dien op met een quenelle zure room.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier