Gebakken makreelfilets met een laagje parmezaanse kaas en truffel en gekarameliseerde schorseneren

Nodig voor 4:

Nodig voor 4:

4 makrelen

1 pak schorseneren

4 bergsinaasappels

100 g parmezaan

16 schijfjes truffel

1 bot pimpernel

1 eetlepel honing

1 snuifje gevanilleerde suiker

De makreel fileren en van zijn graten ontdoen. De schorseneren schoonmaken en in lange staafjes snijden van ongeveer dezelfde lengte als de makreel.

Twee sinaasappelen in partjes snijden en de beide andere persen. De parmezaan fijn snijden en 10 tot 15 minuten in de oven (180 °C) afbakken.

De schorseneren in dunne plakjes snijden en ze krokant bakken in een pan met antiaanbaklaag. Daarna kruiden met peper en zout, ze karameliseren met honing en suiker en blussen met het sinaasappelsap.

De jus die hiervan overblijft, recupereren en wat laten inkoken tot er een lichte stroop ontstaat. Alles voldoende warm houden. De makreel kort bakken in olijfolie.

Het dresseren beginnen met een laagje schorseneren, gevolgd door de parmezaan en de makreel.

Afwerken met de schijfjes truffel, de sinaasappelpartjes en de pimpernel.