Ook dit is ultrabewerkt voedsel: enkele producten waarvan je het niet verwacht

© Getty
Eva Kestemont
Eva Kestemont Journalist Weekend.be

‘Ik eet nooit ultrabewerkt voedsel.’ Klinkt de zin je bekend in de oren? We kunnen natuurlijk niet in ieders bord meekijken, maar: de kans is groot dat wie dat zegt, toch niet helemaal gelijk heeft. Ultrabewerkte voeding is immers veel meer dan enkel chips, snoep en frisdrank.

Fabrieksvoedsel schrappen een makkie? Enkele Knack-redacteurs deden het een maand lang en kwamen toch voor heel wat uitdagingen te staan, zelfs de mensen die al erg bewust bezig waren met eten. Dit zijn de producten waarbij deelnemers aan ons experiment schrokken van de ingrediëntenlijst, omdat ze voorheen zelden stilstonden bij de afkomst ervan.

Hummus uit een potje
(c) Getty © Getty

De bekende kikkererwtenpuree is op enkele jaren tijd uitgegroeid tot een erg geliefd broodbeleg. Het is eens wat anders én het is gemaakt van peulvruchten, dus slecht kan dat niet zijn, of wel? Helaas: ook de voedingsindustrie weet dat dit broodbeleg populair is geworden en zet er dan ook graag op in om haar portefeuille te spijzen. In het doorgaans erg uitgebreide hummusassortiment moet je dan ook al heel goed zoeken naar een artisanaal gemaakt potje. De meeste voorgemaakte hummus bevat toegevoegd water, minderwaardige olie, smaakstoffen, veel zout, kleurstoffen en bewaarmiddelen, en scoren qua voedingswaarde niet beter dan een ‘minder gezond’ broodbeleg.

Gepelde garnalen

Op het eerste zicht zijn garnalen in een bakje wat ze zijn: gepelde garnalen. Handig, toch? Daar word je als consument echter wat in het ootje genomen, want ze bevatten ook zout, zuurteregelaars en conserveermiddelen.

(c) Getty © Getty

Dat is niet zo gek, want garnalen zijn schaaldieren en schaaldieren zijn razend bederfelijk. Als je verse garnalen niet onmiddellijk kookt en binnen de twee dagen opeet, zijn ze niet meer geschikt voor consumptie. (Dat is ook de reden waarom kreeften doorgaans levend of diepgevroren verkocht worden.) Het is ook niet zo dat de garnalen die in onze Noordzee gevangen worden binnen de dag gepeld in de supermarkt liggen: om ze te pellen, is eerst nog een heen-en-weertje naar een lageloonland als Marokko nodig. De gepelde garnalen die in de supermarkt liggen, zijn zo al snel enkele dagen tot weken oud. Als je dat weet, weet je dat het niet gek is dat er heel wat ingrepen nodig zijn om ze enigszins eetbaar te houden.

Babymelkpoeder

We denken er niet altijd aan tijdens het liefdevol bereiden van een flesje poedermelk, maar zuigelingenvoeding is een sprekend voorbeeld van een ultrabewerkt product. Om het te maken, wordt het vocht uit koemelk verwijderd, de eiwitten uit de melk worden op zo’n manier chemisch bewerkt dat ze beter verdragen worden door een mensenbaby, de dierlijke vetten worden vervangen door plantaardige en vervolgens wordt er nog een hele resem supplementen zoals vitamine D en K en ijzer aan toegevoegd.

(c) Getty © Getty

Al die ingrepen zijn nodig om koemelk om te zetten naar een melk die moedermelk zoveel mogelijk benadert en dus geschikt is om die kleintjes op te laten groeien. In de productie loopt er echter wel eens wat mis. Daar getuigen het huidige Amerikaanse tekort aan babymelkpoeder (veroorzaakt door één fabriek die stopte met produceren) en een recente grote salmonellaverontreiniging in Frankrijk van. Helaas is het in dit segment vaak net iets moeilijker om zomaar fabrieksvoeding te schrappen, aangezien het voor heel wat kinderen letterlijk hun enige voeding is en Vlaanderen nog geen donormelkbanken kent.

Babyvoeding
(c) Getty

Speelt een beetje in dezelfde liga: ook potjes kant-en-klare babyvoeding komen recht uit de fabriek gerold. Dat gegeven hoeft op zich niet erg te zijn, argumenteert de industrie, want daar wordt voedsel in erg gecontroleerde omstandigheden verwerkt. Test-Aankoop stelde onlangs echter nog vast dat geen enkel van de 64 onderzochte potjes voldoet aan wat een baby nutritioneel gezien echt nodig heeft. Ook daar duiken bovendien geregeld typische industrie-ingrediënten zoals zetmeel op en ook die papjes worden gemaakt op diezelfde manier waarvan wetenschappelijk onderzoek (en ons experiment) aantoonde dat het aanzet tot meer eten dan we nodig hebben.

Smeerkaas (en ander smeerbaar broodbeleg)
(c) Getty © Getty

We lichten smeerkaas hier uit als voorbeeld, maar helaas zijn veel andere soorten broodbeleg in hetzelfde bedje ziek. Als je zo weinig mogelijk fabrieksvoedsel wil eten, doe je er goed aan om alles wat in een plastic potje zit even om te draaien en de ingrediëntenlijst te screenen. (Hier leggen we je alvast uit waar je allemaal rekening mee moet houden.) Smeerkaas is bijvoorbeeld een fabricaat van gesmolten kaas, smeltzouten als natriumfosfaat en water, soms nog afgetopt met wat toegevoegde aroma’s.

Salami (en andere vleeswaren)
(c) Getty © Getty

Je weet al langer dat je voor je gezondheid beter geen bewerkt vlees eet, maar niet alles wat je eet moet gezond zijn. (De hemel zij geprezen voor taart, om maar iets te zeggen.) Je weet echter misschien niet dat heel wat van de fijne vleeswaren waarmee je je boterham belegt niet zo artisanaal zijn als ze zichzelf vaak aanprijzen. Zelfs de meest ambachtelijk lijkende salamiworst in de supermarkt bevat vaak bewaarmiddelen, smaakstoffen, kleurstoffen en suiker. En dan hebben we nog niets gezegd over de voorverpakte sneetjes, die eveneens vaak bol staan van het toegevoegde zout, suiker, aroma’s, poeders en bewaarmiddelen.

Verse vleesbereidingen
(c) Getty © Getty

Gehakt, dat is toch gewoon vermalen vlees met eventueel wat kruiden bij? Soms wel. Maar vaak ook niet. Een willekeurige verpakking van kippengehakt vermeldt bijvoorbeeld op de ingrediëntenlijst naast vlees bijvoorbeeld ook water, dextrose, zout, voedingsvezels (rietsuiker, citrus), gedroogde glucostroop, specerijen, paprikapoeder, zuurteregelaar (E262) en antioxidanten (E301, E331). Worsten, gemarineerde brochettes, schnitzels, hamburgers … Zeker in de supermarkt bevatten ze vaker wel dan niet allerlei ingrediënten die je nog nooit in je eigen keuken gezien hebt.

Tapas
(c) Getty © Getty

Als jij net als heel wat van de deelnemers aan het experiment vindt dat het aperitief de beste maaltijd van de dag is maar tegelijk ook niet te bewerkt wil eten, sta je voor een uitdaging. Heel wat van die heerlijk uitziende potjes – van olijven tot zongedroogde tomaatjes – in de supermarktkoeltoog zijn immers ultrabewerkte producten. Conserveermiddelen, voedingszuur, zoetstoffen, verdikkingsmiddelen … Dat is niet per se wat wij bedoelen wanneer we zeggen dat een goed aperitief bestaat uit een uitbundig volgeladen borrelplank.

Kazen
(c) Getty © Getty

De eerste kazen in de geschiedenis van de mensheid werden gemaakt om melk om te zetten in een langer houdbaar product. Je zou dus denken dat kaas geen bewaarmiddelen nodig heeft. Driewerf helaas, voor de voedingsindustrie mag het vaak wat meer zijn. Bewaarmiddelen, smaakstoffen, kleurstoffen … We troffen het aan in veel meer kazen dan ons lief was.

Cacao
(c) Getty © Getty

Chocolade is een vanzelfsprekend ultrabewerkt product, dat met veel pijn in het hart een maand lang geschrapt werd. De creatieve deelnemer die haar eigen chocoladepasta wou maken met cacaopoeder, botste zo op haar persoonlijke teleurstelling van het experiment. De cacao in haar kast bleek immers niet zomaar cacaopoeder. Vermalen cacaobonen hebben volgens verschillende producenten blijkbaar zuurteregelaar nodig om in topconditie te blijven.

Supermarktbrood
(c) Getty © Getty

Heel wat supermarkten zetten de afgelopen jaren stevig in op het mooi aankleden van hun bakkerijafdeling. De broden die er naar je lonken, zien er ook vaak erg lekker en artisanaal bereid uit. Vergis je niet: ook hier gaat het over fabrieksproducten, ook wanneer de broden ter plekke afgebakken worden. Bij de ingrediënten tref je dan ook regelmatig het intussen vertrouwde rijtje van bewaarmiddelen, emulgatoren, suiker, smaakstoffen en kleurstoffen.

Broodbakmixen
(c) Getty © Getty

Zelf bakken dan maar en in plaats van een brood een bakmix meegraaien? Daar ben je ook niet mee geholpen als je fabrieksvoedsel wil mijden, want heel wat van die producten bevatten zaken als meelverbeteraars en zuurteregelaars. We hebben het voor de duidelijkheid niet alleen over de All-in-mixen, maar ook over de gewone bloemmengelingen.

Alcoholische dranken
(c) Getty © Getty

Heel wat dranken maken er haast een sport van zichzelf zo ambachtelijk mogelijk te presenteren, maar heel wat van hen zijn in werkelijkheid bijna even industrieel gemaakt als de gemiddelde frisdrank. Meer zelfs: als een van de weinige producten in de supermarkt hoeven de producenten hiervan niet helemaal de waarheid te spreken op het etiket. Vanaf het moment dat een drank meer dan 1,2 procent alcohol bevat, is er geen ingrediëntenlijst op de verpakking verplicht. Alcoholhoudende dranken kunnen in principe perfect ‘proper’ gemaakt worden, maar kunnen ook toegevoegde suikers of bewaarmiddelen bevatten, of (deels) gemaakt worden met goedkope ingrediënten zoals mais. Dat soort zaken kan je als consument helaas op geen enkele manier achterhalen.

Fruityoghurt
(c) Getty

Yoghurt met fruit is veelzijdig, heerlijk en voedzaam. Tenminste: als je zelf wat vers fruit bij een bakje yoghurt snijdt. De aardbeien-, abrikozen- of ananasyoghurt in het koelschap heeft daar weinig mee te maken. Het ‘fruit’ dat gebruikt werd, is gedroogd. Kleurstoffen en aroma’s moeten het verlies aan frisheid compenseren. Ook suiker wordt regelmatig toegevoegd. Vinden we verder nog terug op het etiket van verschillende fruityoghurts: bewaarmiddelen, verdikkingsmiddelen, stabilisator en gemodificeerd zetmeel.

Veggie’vlees’ en veganistische zuivelproducten
(c) Getty

Zowel voor onze gezondheid als die van onze planeet moeten we meer plantaardig gaan eten. Die boodschap vindt steeds meer zijn ingang in Vlaamse huishoudens, waardoor de voedingsindustrie massaal op de kar is gesprongen van de vegetarische en veganistische producten. Vegetarisch ‘vlees’ en plantaardige ‘zuivel’ zijn dan wel gemakkelijk en klinken gezond, het zijn doorgaans wel producten die onder NOVA-4 vallen, ofwel ultrabewerkt zijn. Zout, suiker, aroma’s, stabilisatoren, zuurteregelaars, zetmelen,… je kent het lijstje intussen wel al.

Kant-en-klare slaatjes
(c) Getty

De koeltoog in de supermarkt opent een wereld vol keuzemogelijkheden voor mensen die geen zin hebben om elke dag hun boterhammetjes te smeren. Ook hier ligt het er niet vingerdik op dat al die vers ogende slaatjes een industrieel product zijn. Op de ingrediëntenlijst verraden tal van bewaarmiddelen, zetmelen, aroma’s, glucosesiropen, stabilisatoren enzovoort dat het toch zo is, en dan hebben we het heus niet alleen over de bijhorende dressings. Ook gesneden groenten en fruit ondergaan doorgaans een behandeling om er een aantal dagen fris en fruitig uit te kunnen blijven zien.

Crackers
(c) Getty

Een cracker lijkt een gezonde keuze als je een kleine honger wil bestrijden en enkel naar de voedingswaarde kijkt. Het kan dus ietwat verrassend zijn dat ook crackers in de hoge regionen van het NOVA-systeem geklasseerd worden en dus te boek staan als erg of ultrabewerkt. Heel wat crackers en knäckebröd bevat veel meer dan enkel het bloem, water, gist en zout dat je nodig hebt als je ze thuis zou maken. Net als bij het supermarktbrood duiken hier ook meelverbeteraars, rijsmiddelen, extracten en minderwaardige olies op.

En wat met bio?

Een product met het bekende bio-wimpeltje erop garandeert dat de ingrediënten die erin zitten biologisch geteeld werden. Dat is mooi, want die productiemethode belast het milieu minder, maar dat betekent niet dat die ingrediënten vervolgens niet industrieel bewerkt konden worden. Ook biologische producten kunnen ultrabewerkt zijn. De beste manier om te weten welk vlees je in de kuip hebt, is – ook bij biologische producten – de etiketten grondig lezen. (Hier leggen we je uit hoe je dat doet en waar je allemaal op moet letten.)

Meer lezen over wat er in fabrieksvoeding zit en wat dat betekent voor jou? Dat doe je op weekend.knack.be/WeetWatJeEet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content