‘Zullen vrouwen na corona een even zichtbare positie innemen als vandaag?’

‘Het werk dat vandaag van vrouwen heldinnen maakt, wordt al decennialang ondergewaardeerd.’ Dat zegt volksvertegenwoordiger Evita Willaert, die hoopvol is dat we heel wat dingen anders kunnen aanpakken.

Corona brengt aan de oppervlakte wat lang gemakkelijk onopgemerkt bleef. De oververtegenwoordiging van vrouwen in essentiële eerstelijnsberoepen in de zorg- en welzijnssector, in de retail, de verkoop en de schoonmaaksector, kan niet langer onder stoelen of banken worden gestoken. Maar wat na corona? Zullen vrouwen een even zichtbare positie innemen als vandaag?

Eén iets is alvast duidelijk: corona legt een vergrootglas op alles en dus ook op de kwetsbare positie van vrouwen. We mogen dan misschien minder vatbaar zijn voor corona, we zijn het des te meer voor intrafamiliaal geweld, armoede en structurele onderwaardering. Volgens de Hulplijn 1712 is het aantal meldingen van intrafamiliaal geweld tijdens de lockdown verviervoudigd. Er werd al snel aan de alarmbel getrokken door verschillende experts en ook in China bleek dat het aantal meldingen sinds de lockdown bijna verdubbelde. Bovendien kennen veel vrouwen de weg niet: ze weten niet waar ze kunnen aankloppen voor hulp, ze weten niet dat ze recht hebben op een OCMW-uitkering en ze weten soms zelfs niet dat er plaatsen bestaan waar ze kunnen worden opgevangen.

Zullen vrouwen na corona een even zichtbare positie innemen als vandaag?

De sociaal-economische positie van vrouwen maakt het er niet makkelijker op. Het is voor veel vrouwen moeilijker om te vluchten en de stap naar zelfstandigheid te zetten met een zwaard van werkloosheid en armoede boven het hoofd. De Internationale Arbeidsorganisatie is duidelijk: vrouwen verdienen minder, hebben de meest onzekere jobs en werken vaker deeltijds. De crisis vergroot deze ongelijkheid des te meer, want ze zijn minder beschermd en dus vaker blootgesteld aan armoede.

Genderspecifieke aanpak van de crisis

Het werk dat vandaag van vrouwen heldinnen maakt, wordt al decennialang ondergewaardeerd. Lonen zijn vaak te laag, werkomstandigheden vaak te zwaar en/of contracten te precair. Daarenboven presteren vrouwen tonnen onbetaald werk: vrouwen werken per week, in normale omstandigheden, gemiddeld 4 uur en 25 minuten onbetaald tegenover 1 uur en 23 minuten die mannen gemiddeld onbetaald werken, opnieuw volgens de Internationale arbeidsorganisatie.

COVID-19 vermenigvuldigt niet enkel de overuren van tal van vrouwen in essentiële sectoren, maar ook de onbetaalde overuren thuis. Uit de eerste resultaten van het tijdsbestedingsonderzoek van de VUB blijkt namelijk dat de aanwezigheid van kinderen in het gezin vooral een grote invloed heeft op het werk van de moeders. Ze zien hun werktijd thuis met maar liefst 13,21 uur dalen (t.o.v. 9,14 uur bij de vaders). En zoals Bieke Purnelle, directeur van Kenniscentrum Rosa, het frappant verwoordt: ‘Zorgen heeft geen marktprijs. Het creëert geen winst. Zorgen is eindeloos en daarom economisch waardeloos.’

We mogen dan misschien minder vatbaar zijn voor corona, we zijn het des te meer voor intrafamiliaal geweld, armoede en structurele onderwaardering

Laten we het daarbij? Of kan het ook anders? Veel mensen zijn vandaag banger, armer en kwetsbaarder dan ooit en tegelijkertijd zijn vrouwen de helden van gisteren, vandaag en van morgen. We zullen ongetwijfeld in de frontlinies blijven werken: ‘Girls & women must be front and center of response and recovery efforts — just as women are on the front lines of the response right now,’ tweette het hoofd van UN Women, Phumzile Mlambo. Ze pleit voor een genderspecifieke aanpak van de coronacrisis en dat kan de positie van de vrouw alleen maar ten goede komen.

Eén van de belangrijkste voorstellen waar ze de aandacht op vestigt, is de deelname van vrouwen aan de politiek, waar ten slotte de antwoorden op deze crisis worden geschreven. Ons land doet het op dat vlak niet slecht met Sophie Wilmès en Erika Vlieghe aan het roer. Maar we moeten ook eerlijk zijn: pas wanneer alle mannen naar Europa vluchten of wanneer er crisissen toeslaan, zijn vrouwen aan de beurt. Genderpariteit kan dit fenomeen echter tackelen: als vrouwen evenveel kansen krijgen, nemen ze die ook. Kijk maar naar andere landen met vrouwelijke premiers, zoals Duitsland, Ijsland en Nieuw-Zeeland, die de coronacrisis succesvol bestrijden. Het wordt dringend tijd dat we in België ook werk maken van evenveel vrouwen als mannen in de regering.

Hoeveel is mantelzorg waard?

Genderpariteit zal dan misschien wel de zichtbaarheid van vrouwen een boost geven, onze maatschappelijke en sociale positie wordt in de eerste plaats nog steeds sterk beïnvloed door veelal onzichtbare obstakels. Laten we het bijvoorbeeld even over mantelzorg hebben. Het zijn vooral vrouwen die als mantelzorger méér zorgtaken op zich nemen, zeker bij zware mantelzorgsituaties. Maar hoeveel is die mantelzorg waard?

De Hasseltse universiteit berekende in 2016 wat de overheid uitspaart door alle zorg die haar door mantelzorgers uit handen genomen wordt. Dat cijfer is hallucinant. Mantelzorgers hebben elk jaar een economische waarde van 11,4 miljard. Dat is meer dan wat de Vlaamse regering uitgeeft aan welzijn en zorg, het kindergeld inbegrepen. Het is zelfs zeven keer het budget dat diezelfde regering jaarlijks besteedt aan rusthuizen. Maar dus, al te vaak gepercipieerd als ‘economisch waardeloos’. Het minste dat het beleid kan doen is mantelzorg correct erkennen, door bijvoorbeeld de toekenning van meer mantelzorgverlof: minimum 6 maanden, mét opbouw van rechten.

De coronacrisis bood een unieke aanleiding om een aanhoudende onrechtvaardigheid ten aanzien van prille mama’s voor eens en altijd de wereld uit te helpen

Zorgen blijft in de eerste plaats een vrouwenjob, ook thuis. Dat kan anders. Meer en automatisch toegekend geboorteverlof heeft niet alleen een positief en langdurig effect op de tijd dat vaders kunnen zorgen, maar ook op het loon en de tewerkstelling van de mama, bleek uit hoorzittingen in de Kamer met verschillende experten. Het is duidelijk dat het mes aan twee kanten snijdt: er is een uitbreiding nodig van het geboorte- en ouderschapsverlof, maar ook een optrekking van de uitkeringen, zodat niemand om financiële redenen moet afzien van het recht om tijd door te brengen met hun pasgeboren zoon of dochter. Maar laten we nadien ook verder werken aan meer structurele gelijkheid tussen mannen en vrouwen, thuis én op de arbeidsmarkt. Door bijvoorbeeld ouders te belonen met 3 maanden extra ouderschapsverlof wanneer ze beiden hun 4 maanden opnemen. Want ook al zijn vaders aan een inhaalbeweging bezig, het zijn toch nog vooral vrouwen die hun ouderschapsverlof opnemen. Meer gelijkheid, thuis en op het werk, in Scandinavië en Duitsland zijn ze ons alweer voor.

De voorbije weken gingen we al aan de slag in de Kamer. We werkten samen met de regering om corona-ouderschapsverlof in te voeren en uit te breiden tot pleegouders en de uitkering op te trekken, met resultaat. Daarenboven zetten we vorige week een heel belangrijke stap. De coronacrisis bood een unieke aanleiding om een aanhoudende onrechtvaardigheid ten aanzien van prille mama’s voor eens en altijd de wereld uit te helpen. Dankzij een samenwerking van vrouwelijke politici over partijgrenzen heen, hebben alle vrouwen voortaan recht op hun voltallige 15 weken postnatale zwangerschapsrust, ook wanneer ze ziek of tijdelijk werkloos vallen voor de bevalling. Een historische overwinning, voor vrouwen, door vrouwen. Je leest het: ik ben zichtbaar trots, ook al bleef het zo goed als onzichtbaar in het media- en perslandschap.

Ik ben er dan ook van overtuigd dat de coronacrisis, net zoals vele andere crisissen, een katalysator kan zijn voor verandering. Applaus, schouderklopjes en premies zullen echter niet voldoende zijn. We hebben structurele oplossingen en veranderingen nodig. Thuis, op het werk en in de politiek.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content