Verkleden voor volwassenen: ‘Ik heb mijn vriend al cosplayend leren kennen’

© Jef Boes

In deze tijd van het jaar kom je ze gewoon op straat tegen, de mooi uitgedoste kinderen op weg naar carnaval. Maar je hoeft geen kind te zijn om je graag te verkleden: deze volwassenen veranderen wanneer ze maar willen in een ridder, een waternimf of Harry Potter. ‘Elsa uit Frozen lijkt erg op mij.’

Jara (21) en Wannes (22)

Ze zijn verkleed als Jack en Sally uit Tim Burtons The Nightmare Before Christmas.

Cosplay is een combinatie van costume en roleplaying‘, legt Wannes uit. ‘Je verkleedt je in je favoriete personage uit een tv-serie, film, spel of boek.’ En dat kan echt alles en iedereen zijn, van superhelden en prinsessen tot Fortnite-figuren en zelfs gebouwen.

Jara en Wannes
Jara en Wannes© Jef Boes

‘Op een beurs op de Heizel zag ik iemand verkleed als de Heizel’, lacht Jara. In haar kast hangen vooral Disneykostuums. ‘Ik maakte mijn eindwerk over de Tower of Terror, een Disneyattractie’, vertelt ze. ‘Twee vriendinnen deden aan cosplay, en ik wist meteen: dat wil ik ook. Mijn oma maakte mijn bellhop-kostuum, maar ondertussen naai ik zelf. Stoffen zoeken, patronen aanpassen, pruiken in elkaar knutselen, ik doe dat graag. En nee, we lopen thuis niet in kostuum rond, maar doen fotoshoots en gaan naar beurzen en evenementen.’ Bij Wannes begon het met een flyer van de Gentse F.A.C.T.S.-beurs. ‘Superhelden, Disneyfiguren, Harry Potter-personages… Toen ik daar binnenwandelde, ging er een wereld voor me open. Frozen was net uit en toen bleek dat je aan genderbend-cosplay kunt doen, wist ik wat mijn eerste kostuum zou zijn. Een mannelijke versie van Elsa, die net als ik wat gereserveerd is en pas na een tijdje toont wie ze is.’ ‘Niet dat je als jongen geen meisjeskostuum aan mag of omgekeerd’, vertelt Jara. ‘De cosplaygemeenschap is open. Alles kan en je mag zijn wie of wat je wilt zijn.’ Jack en Sally uit Tim Burtons The Nightmare Before Christmas waren Jara’s idee. ‘Ik vond dat intrigerende personages’, vertelt Jara. ‘Dat is belangrijk: ik zou nooit iemand kunnen cosplayen die ik niet interessant vind.’ Op een beurs word je als populaire cosplayer een beetje een beroemdheid. ‘Je wordt vaak meteen overvallen door fotografen,’ vertelt Wannes, ‘en soms kom je amper vooruit omdat zo veel mensen met je op de foto willen. Alsof je in een Disneypark werkt. Geweldig is dat.’ Je leert ook snel nieuwe mensen kennen, vertelt Jara. ‘Ook omdat je overduidelijk een aantal interesses deelt. Ik heb mijn vriend Bart al cosplayend leren kennen, op een scholencross waar we kinderen moesten entertainen. Ik was Merida, de prinses uit Brave, hij Spider-Man en nu cosplayen we samen.’

Op F.A.C.T.S Spring, zaterdag 6 en zondag 7 april in Flanders Expo Gent, kun je Wannes en Jara tegenkomen.


Steven (48), Inge (47) en Marjolein (14)

Ze verblijven af en toe in de middeleeuwen.

Wij ‘verkleden’ ons niet’, benadrukt Steven. ‘We dragen geen kostuum, maar kledij uit de tweede helft van de vijftiende eeuw. Een belangrijke nuance. En ja, de wapenuitrusting is het indrukwekkendst, maar die heb je op kamp niet lang aan.

Meestal draag je ‘gewone’ middeleeuwse kledij.’ ‘We proberen zo authentiek mogelijk te zijn’, vertelt Inge. ‘Schoenen, kleren, beddengoed, gesmede messen… En geen horloges en brillen. Toegegeven, we dragen wel contactlenzen. We logeren in middeleeuwse tenten en eten geen aardappelen, tomaten of andere dingen die pas na de vijftiende eeuw naar Europa kwamen. Het is veel werk, dat wel. Hout voorzien, vuur maken en aanhouden, water halen, koken. Je beseft snel hoe makkelijk wij het nu hebben, met water uit de kraan en gasvuur.’

Steven, Inge en Marjolein
Steven, Inge en Marjolein© Jef Boes

Een jaar of tien geleden bezocht het gezin een kamp in Aarschot, van de Orde van de Hagelanders. ‘Naar de ridders gaan kijken, dat was tof voor de kinderen’, lacht Steven. ‘Maar ik was al lang gefascineerd door die tijd. De grote geschiedenis, maar ook de kleine: hoe leefden mensen, welke voorwerpen gebruikten ze, welke technieken kenden ze, hoe woonden ze? Al snel wil je weten hoe het is om op een strozak op een touwbed te slapen. Ik kocht een paar spullen, en dan nog wat. Thuis begon het op een Museum van het Dagelijks Leven te lijken. Tot Inge zei: ‘Als je nu nog één ding koopt, moet je het ook echt aandoen.’ Dus belde ik de Orde van de Hagelanders, of we mochten meedoen.’ Steven en Inge hebben vandaag een eigen vereniging, Den Yzeren Beer. ‘Vanaf april tot eind oktober kun je elk weekend wel ergens in Europa op kamp. Wij gaan zes tot tien keer per jaar. En elke zondag is er training. Vooral zwaardvechten en paalwapens. Voor boogschieten hebben we momenteel geen geschikt terrein. Jammer, want dat vinden onze dochters wel fijn.’ ‘Daar laten we de authenticiteit varen’, benadrukt Steven. ‘We houden ons niet aan middeleeuwse rollenpatronen, vrouwen doen waar ze zin in hebben. In onze club zijn er bijvoorbeeld vrouwen die zwaardvechten.’ ‘Ik vecht niet’, vertelt Inge. ‘Ik doe de kampen en de boekhouding.’ ‘Dat vechten leren we bijvoorbeeld uit historische zwaardvechthandboeken of bij de Leuvense club Des Keysers Gesellen.’ Er is een draaiboek voor elke veldslag, zo blijkt. ‘Vooral afspraken over de veiligheid’, vertelt Steven. ‘De pijlen zijn dan wel bot, je wilt ze toch niet in je oog krijgen. De man-tegen-mangevechten, dat is puur plezier. De verhalen achteraf zijn vaak nog straffer.’ Inge is soms waterdrager. ‘Er wordt in blokken van vijf tot tien minuten gevochten en tussenin zorgen wij voor water. Want bij elke veldslag valt er wel iemand flauw van de hitte in dat harnas.’ De charme is dat je alles anders beleeft, legt Steven uit. ‘Als bezoeker is het Kasteel van Beersel tof, maar als je het moet in- nemen met achter de kantelen boogschutters die je willen tegenhouden, is dat een andere ervaring. Je vergeet nooit dat het 2019 is, je ziet altijd wel ergens moderne dingen en er zijn ook de bezoekers. En je doet zelf ook concessies: qua sanitair en persoonlijke hygiëne volgen we de normen van vandaag. Maar ’s avonds rond het kampvuur, als de bezoekers weg zijn en er muziek en dans is, dan is het enige wat je nog van de moderne wereld ziet de contrails van vliegtuigen in de lucht.’

Denyzerenbeer.be. Midden augustus wordt aan het Aarschotse Elzenhof de Slag om Aarschot (1498) opnieuw bevochten.


Babette (52)

Ze duikt het verleden in tijdens haar synchroonzwemshows in art-decosfeer.

Zet mij in een art-decozwembad en ik ben blij’, lacht Babette. Ze was 13 toen ze met synchroonzwemmen begon. ‘Mijn moeder deed dat toen het nog waterballet heette en zelf had ik al jong een voorliefde voor Esther Williams-films. Een goede vriendin grapt soms dat ik in de jaren dertig of veertig geleefd heb maar te vroeg gestorven ben, en nu gereïncarneerd mijn schade inhaal.

Babette
Babette© Jef Boes

‘Ik hou oprecht van de esthetiek van het interbellum, tot pakweg de jaren vijftig. Design, muziek, films, het is allemaal mooi. Daarom naai ik al mijn kleren zelf, en krijg ik weleens te horen dat ik recht uit een film lijk te komen.’

Aan baantjes trekken heeft Babette een hekel. ‘Synchroonzwemmen is veel glamoureuzer. Ik heb al bijna 25 jaar een eigen club, de Synchronettes, en zwem nog steeds competitie bij de Masters. In 2015 wonnen mijn collega Alexandra Baes en ik zelfs een gouden medaille op het WK. Daarnaast leef ik me helemaal uit in retroshows die liefst in een zwembad uit de juiste periode opgevoerd worden. In het Brusselse Victor Boin-bad en in de Antwerpse Veldstraat voerden we Solange’s travelling wondershow op. Decor, belichting, muziek, kostuums en choreografie, ik bedenk alles wat erbij komt kijken. Ik maak alle kostuums, ook voor de hoelahoopsters, tapdanseressen en rolschaatsters die meedoen. Maar die voor de zwemmers zijn het moeilijkst omdat ze onder water moeten werken. Soms zijn het standaardbadpakken die ik pimp met pailletten en applicaties, soms maak ik ze volledig zelf. En ja, ze worden uitgetest in bad, om te zien hoe de stof reageert in water. Naast badpakken maak ik ook maskers, badmutsen en accessoires. Dat is veel werk, maar ik kan het niet laten. In mijn volgende show, Aquafollies, ontmoeten Hollywood en Azië elkaar. We zijn er in september aan begonnen. De muziek is gekozen, de choreografie krijgt vorm en binnenkort gaan we oefenen. Eerst op het droge, om de formaties, de arm- en beenbewegingen echt onder de knie te krijgen. Mijn gezin is het al gewend dat er een groep vrouwen in de living droogtraint op luide muziek. En mijn man kijkt er niet meer van op als ik de week voor een wedstrijd of show mijn benen niet scheer, want zonder haren op je benen heb je geen voeling met het water.’

Aquafollies zal te zien zijn op 21 juli, in het Gentse Van Eyckzwembad. Voorstellingen om 17 en 19 u, tickets via Uitbureau.be. Meer info over de Synchronettes vind je op synchronettes.tk.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content