Regisseur Tim Mielants ademt Antwerpen: ‘De verhalen van mijn grootouders doen de stad voor mij leven’
Dat regisseur Tim Mielants (Code 37, Professor T.) een echte verhalenverteller is, merk je niet alleen op het scherm. Voor hem zit de stad – de zijne, maar ook die van z’n voorouders – vol betekenissen en verhalen.
‘Als kind woonde ik in Mortsel – mijn grootouders verhuisden naar daar omdat de lucht slecht was in Antwerpen – en nam ik elke dag tram 7. Dat was voor mij altijd een heel speciale rit, met de 7 vanuit Mortsel Oude God tot aan de Bourla, en die rit werd nog boeiender toen ik in de jaren 80 de boeken van Thea Beckman ging lezen.
Ik begon ook wat op te zoeken over de stad en begon dingen te zien die er vroeger waren. Aan Harmonie werden mensen opgehangen en er waren doodskoppen om de mensen af te schrikken. Ik droomde ook over die tramrit en toen ik Back to the Future had gezien, vroeg ik me af hoe het zou zijn om de tijd terug te spoelen en exact dezelfde rit te doen in de periode dat de pest uitbrak. Heel de route bestaat voor mij uit iconische plekken: de Nationale Bank, de Bourla, Harmonie, de omwallingen…’
Een van mijn favoriete plekken is Lillo, daar zie je in de Scheldebocht de grote olietankers voorbijkomen
Confituurpotten
‘Daarnaast zijn er de verhalen van mijn (groot)ouders die sommige plekken emotionele waarde geven. Mijn grootvader bracht zijn jeugd door in de Pyckestraat, mijn grootmoeder woonde in de Offerandestraat. Tijdens de oorlog was ze op een dag op weg om les te gaan geven, toen ze plots twijfelde of ze de confituurpotten goed had dichtgedraaid. Toen ze terug wandelde, was er een enorm bombardement ter hoogte van de Lange Lozanastraat, waar restaurant BLT nu zit. Daar moet ik aan denken als ik er ga koffiedrinken: omdat ze is teruggegaan, zat ze niet in het bombardement en besta ik. De verhalen die ik van hen heb gehoord, doen de stad voor mij leven.
Mijn andere grootmoeder was heel arm en woonde in Borgerhout. Ze liet zich met de koets aan de Jan Van Rijswijcklaan afzetten als ze met chiquere mensen op stap was, zodat ze van een hogere klasse leek. Mijn broer heeft onze familie opgezocht, het bleken allemaal lijfeigenen van boeren uit Nijlen, echt het laagste van het laagste. Een vrouw, Maria Coletta, wou uit haar huwelijk ontsnappen en vluchtte naar Antwerpen. Ze bouwde rond 1870 een nieuw leven op in de Kievitstraat en werkte bij rijke mensen, dat moet verschrikkelijk zwaar geweest zijn. Dat is dus weer een plek waar ik naartoe trek omwille van de verhalen.
Ik ben een verhalenverteller en ijk ze aan de verschillende plekken in Antwerpen.
Ik ben een verhalenverteller en ijk ze aan die verschillende plekken. Alles rond de Kievitstraat en de orthodoxe wijk vind ik heel filmisch. De film die ik juist gedraaid heb, eindigt er ook. Al die appartementen en gangen: het heeft perspectief, diepte, het is burlesk en mooi ook.’
Kapitein Tim
‘Een van mijn favoriete plekken is Lillo, daar zie je in de Scheldebocht de grote olietankers voorbijkomen. Vroeger wilde ik gaan varen, kapitein worden op zo’n olietanker. Ik deed mijn ingangsexamen aan de Zeevaartschool en kon beginnen, ik had zelfs mijn uniform gekocht.
Toen zei mijn moeder dat het echt niets voor mij was, ik zou doodongelukkig worden, daar helemaal alleen op de zee. Ze stelde voor om iets met film te gaan doen, ze vond me creatief en ik was helemaal weg van cinema. Ikzelf vond dat te exotisch, films maken stond te ver van mij af, niemand in mijn omgeving deed dat. Toch deed ik opnieuw ingangsexamen, nu in Brussel. Ik herinner me nog goed dat ik tegenover Marc Didden zat en zei: ‘Ofwel doe ik cinema, ofwel ga ik varen. Jij beslist’. Dat vond hij fantastisch en ik kon meteen beginnen. Ik vraag me nog dikwijls af hoe het zou zijn daar, dobberend te midden van de oceanen…
Mijn lievelingsgebouw is dan weer de Bourla. Ik stapte er als kind altijd van de tram en heb de plek zien evolueren. Ik ben er veel naar toneel geweest en heb er mooie dingen gezien die me geïnspireerd hebben en me gemaakt hebben tot wie ik nu ben. Toneel is erg inspirerend, omdat ik het kan associëren met mijn eigen leven terwijl ik aan het kijken ben. Je kunt er je eigen verhaal opplakken. Film is meer ‘dat en niets anders’, je wordt er volledig ingezogen, het eist al je aandacht op.’
Mijn moeder zei dat de zeevaart echt niets voor mij was, ik zou doodongelukkig worden, daar helemaal alleen op de zee.
Eigen taal
‘De band met een stad heeft vooral te maken met de mensen die je kent. Vroeger werden we geboren en stierven we op dezelfde plek, nu zien we continu dingen veranderen en kun je ook nog eens op verschillende plekken gaan wonen. Dat zijn emotionele transformaties waarvoor je niet gemaakt bent, dat kun je niet aan. Je maakt wel vrienden in het buitenland, maar je voelt dat die banden ook tijdelijk zijn – uit het oog, uit het hart. Hier blijf je de mensen terugzien. Je hebt je jeugd hier doorgebracht en zult die warmte altijd blijven voelen. Als ik hier op de fiets stap, kom ik altijd wel een paar mensen tegen naar wie ik kan wuiven.
Ik zou in L.A. kunnen wonen, maar ik voelde dat ik Antwerpen als uitvalsbasis wilde.
Ik zou in L.A. kunnen wonen, maar we hebben hier een huis gekocht, omdat ik voelde dat ik Antwerpen als uitvalsbasis wilde. Hier voel ik me altijd goed en wil ik terug naartoe komen. Bovendien: ik heb net een film gedraaid over een nudistenkamp en iemand die op zoek is naar zijn hamer (‘De Patrick’, red.), no way dat ik daarvoor geld zou gekregen hebben in de VS. Hier kan ik mijn ding doen en mijn eigen taal spreken, zowel letterlijk als artistiek. Ik heb de voorbije vijf jaar heel hard gewerkt, fijne dingen meegemaakt, maar het was soms heel vermoeiend en dat heeft me een beetje verbrand. Ik wil kiezen voor dingen die me na aan het hart liggen, een beetje selectiever zijn. Ik probeer te doen wat artistiek het interessantst is, maar de afzetmarkt is in het buitenland wel iets groter, dus de kans dat je een beter script tegenkomt ook.
Jeroen Olyslaegers gaat in ‘Wil’ recht naar het hart van de Antwerpenaar.
Ik heb Wil gelezen van Jeroen Olyslaegers en ik denk dat daar een hele goeie film in zit, het kan zelfs iets meesterlijks worden. Maar je moet het boek eer aandoen en daar is verschrikkelijk veel geld voor nodig. Jeroen gaat in zijn boek recht naar het hart van de Antwerpenaar, je voelt en ziet Antwerpen. Hij beschrijft de generatie van mijn grootouders op hun twintigste, hoe ze in het leven stonden. Dat is erg interessant, want zoals ik al zei: de stad verandert continu en je hersenen kunnen dat niet aan. Je wilt dat ergens vasthouden.”
De Patrick, het langspeelfilmdebuut van Tim Mielants met Kevin Janssens in de hoofdrol, wordt in de loop van 2019 in de zalen verwacht.
ZIJN FAVORIETE ANTWERPSE PLEKKEN
Tapta
‘Ik lunch graag bij Tapta, het is er heel lekker. Ik neem er vaak mensen mee naartoe die Antwerpen niet goed kennen.’
Mechelsesteenweg 64A, tapta.be
Veranda
‘Davy Schellemans is een goede vriend van me. Ik ga er regelmatig eten en hij blijft me verrassen, want de menukaart wisselt vaak. Ik word graag verrast.’
Lange Lobroekstraat 34, restaurantveranda.be
’t Neuzeke
‘Een iets volkser restaurant op Sint-Andries, waar ze gerechten serveren als worst met stoemp. Het volkse trekt mij aan, ik voel me dan thuis.’
Prekersstraat 40
Cantaloop
‘Heel gezellig, op het pleintje in het verlengde van de Driekoningenstraat in Berchem. Het heeft niet de m’as-tu-vu-sfeer van ’t stad en er zitten normale, aangename mensen.’
Onze-Lieve-Vrouwstraat 1, facebook.com/cafecantaloop
Café Kamiel
‘Ik drink hier vaak iets, omdat het er leuk is met de kinderen, maar ook aangenaam om te zitten en wat te werken.’
Markgravelei 90, cafekamiel.be
De Zeester
‘Mosselen eten op Linkeroever aan Sint-Anneke, tussen de bomma’s terwijl Radio Minerva speelt: ik vind die sfeer gewoon heel leuk. Het doet me denken aan mijn grootouders.’
Wandeldijk 28, dezeester.be
De Biologische Dynamische Bakkerij
‘Hier kom ik ook graag en vaak. Het is er fijn om te zitten, altijd rustig.’
Mechelsesteenweg 72
Vitrin
‘Nog een plek waar ik vaak met mensen afspreek, vooral ’s ochtends vind ik het er leuk.’
Marnixplaats 14, vitrin.eu
Museumcafé MIKA
‘Ik jog graag in het Middelheimpark, in de zomer zit ik vaak in de brasserie in het beeldenpark.’
Middelheimlaan 63, mi-ka.be
Stripwinkel Beo
‘Ik vind het heel fijn om een voor- of namiddag gewoon in de stripwinkel op het Theaterplein door te brengen.’
Oude Vaartplaats 16, stripwinkelbeo.be
Demian
‘De boekenwinkel is van René Franken en hij kent mijn stijl. Als ik een idee heb – stel dat ik iets wil maken over elf broers die samen een voetbalclub hebben – dan grijpt hij een paar boeken uit de kast die me kunnen inspireren.’
Hendrik Conscienceplein 16-18, demian.be
MUHKA
‘Om gewoon wat rond te lopen en geïnspireerd te raken.’
Leuvenstraat 32, muhka.be
Cartoon’s Cinema
‘Het hangt natuurlijk van de film af – Mission: Impossible zie ik liever in de UGC – maar de Cartoon’s is gezellig. Een klein zaaltje dat stampvol zit, heeft ook z’n charme.’
Kaasstraat 4, cinemacartoons.be
Filmmuseum
‘Deze plek is me heel dierbaar. Ik kan er de filmgeschiedenis induiken en blijf er dingen ontdekken.’
Waalsekaai 47, fomu.be
KMSKA
‘Ik kijk heel erg uit naar de heropening van het museum. Ik woon er niet ver vandaan en zie me echt al de kinderen naar school brengen om er vervolgens een uurtje in rond te wandelen voor ik begin te werken.’
Leopold de Waelplaats 2, kmska.be
The Pony Club
‘Ik heb lang naast de kapperszaak van Hiske Van den Wouwer gewoond en ga er nog steeds, omdat ik haar een tof persoon vind.’
Charlottalei 36, theponyclub.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier