Mensen van het Jaar: De Invasie

Onze Mens van het Jaar is een collectief: de robots en strijders van De Invasie.

Piepjonge ontwerpers vechten dezelfde strijd. Waarom dan niet de krachten bundelen, dachten de oprichters van het platform De Invasie, en samen de wereld veroveren ? Zo werd onze Mens van het Jaar 2011 een collectief.

De Mensen van het Jaar 2011 van Knack Weekend zijn De Invasie, een wisselend collectief van voorlopig enkel Vlaamse ontwerpers die vurig geloven in de kracht van samenwerking. Ze zijn met een stuk of honderd, maar vijf van hen noemen zichzelf robots en leiden alles in goede banen : Yves, Bert, Kaat, Heide en Pieter geven jonge ontwerpers van juwelen, modeaccessoires, interieurobjecten, kinderspullen en papierwaren een verkoopforum. Ze benaderen samen de markt. Hun strategie past perfect in de tijdsgeest want hun aanpak speelt in op de zoektocht van de consument naar persoonlijke, handgemaakte objecten met een verhaal.

Hoe is De Invasie ontstaan?

Bert: Twee jaar geleden startten we met de Invasie van Brugge, een markt met werk van jonge ontwerpers. We organiseerden er ook een standenwedstrijd. Het was een periode waarin huisvlijt hoogtij vierde.

Yves: Sommige ontwerpers liepen in het handmade verhaal wat verloren. Velen van hen waren blijkbaar op zoek naar een manier om hun werk te tonen op een professionele manier, in een leuk kader. Dus hebben we dat evenement op poten gezet. Het werd een onverwacht succes.

Bert: We hadden 1500 bezoekers verwacht, we kregen er 4500. Er hebben mensen een half uur in de kou moeten wachten voor ze binnen konden.

Yves: We hadden bewust gekozen voor een stad waar je zo¹n evenement niet meteen verwacht. Niet Gent, Antwerpen of Brussel.

Hoe verklaren jullie zelf het succes van de Invasie?

Bert: Er is voor jonge ontwerpers duidelijk een leegte tussen afstuderen en een eigen zaak beginnen. Er bestaat wel hulp voor hen, maar die steunt op een visie over ondernemerschap van vijftien jaar geleden. En de wereld is veranderd. Het is moeilijk om een label op te starten in tijden waarin er zoveel communicatiekanalen zijn. Je moet op veel tegelijk inzetten, waardoor het budget of de tijd voor creativiteit vaak een deuk krijgt. Alleen red je het vaak niet. Bij De Invasie wordt ook een inspanning gevraagd, maar tegelijkertijd werken een honderdtal andere ontwerpers mee.

Pieter: Er blijkt vooral vraag naar logistieke en zakelijke ondersteuning :

communicatie, marketing, het aftasten van het doelpubliek en het testen van de portfolio. De Invasie is eigenlijk een test- en communicatieplatform waar je discreet op je bek mag gaan.

Bert: Ja, hier krijg je de ruimte om te kunnen falen.

Pieter: Wij werken met een professionele jury die beslist of ontwerpers kunnen deelnemen aan de webshop of aan een evenement. Die jury houdt de ontwerpers een eerste spiegel voor.

Willen ontwerpers graag bij De Invasie horen?

Bert: Ja, gemiddeld ontvangen we vijf tot tien kandidaturen per week. Ongeveer twintig procent blijft.

Heide: Maar zelfs als ze geselecteerd zijn, moeten de strijders – want zo noemen wij de ontwerpers van het platform – zich blijven bewijzen.

Pieter: Mensen die op dezelfde succesformule blijven teren en niet evolueren, die gaan eruit. Bovendien moet er ook een uitstroom zijn om kansen te bieden aan jonge designers. Ontwerpers die hard werken, kunnen doorstromen naar een volgend niveau. Ze worden dan bijvoorbeeld door Design Vlaanderen opgepikt, die subsidiëren op basis van een uitgebreidere portfolio.

Wat zijn jullie selectiecriteria?

Yves: Ik kijk vooral naar de gedrevenheid. In het begin hebben we de fout gemaakt om veel voor de ontwerpers te doen. Nu pushen we hen om zelf meer te doen : promotie voeren, samen brainstormen en projecten opzetten.

Heide: Ik ben erg streng. Ik verwacht een zeker niveau. Ik wil niet dat we twintig juweelontwerpers hebben die allemaal hetzelfde doen. We moeten het hobbyniveau overstijgen. Juwelen maken is een echt ambacht. Ik wil dan ook dat wie erbij komt, de ambitie heeft om echt te willen groeien.

Bert: We bekijken hoe iemand zich positioneert, of hij van plan is om er een label van te maken met een zekere identiteit en een verhaal of het gewoon als een leuke bijverdienste ziet. Je kan een superidee hebben maar professionaliteit is zeker even belangrijk.

Pieter: Het potentieel zie je aan details, zoals de foto¹s die ze insturen. Ik vind de commerciële waarde ook belangrijk. Kan het verkocht worden of is het puur artistiek ? Iets wat enkel een lach opwekt omdat het goed gevonden is… daar zijn we niet veel mee.

Leen Creve/Sofie Albrecht

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content