Magnumfotograaf Harry Gruyaert (77): ‘België was een zwart-witland voor mij’

© Foto Alexander D'Hiet
Wim Denolf
Wim Denolf Wim Denolf is journalist bij Knack Weekend. Liefst schrijft hij elke week over een ander thema.

Pionier van de kleurenfotografie Harry Gruyaert (77) is sinds 1981 lid van fotoagentschap Magnum. Dit najaar toont Gallery Fifty One zijn foto’s van België en stelt regisseur Gerrit Messiaen een documentaire over hem voor op Film Fest Gent.

Als kind wilde ik niets liever dan vrij zijn. Ontsnappen aan de regels thuis, de katholieke moraal en de verwachting dat je trouwde en kinderen maakte. Ik herinner me nog goed een partijtje voetbal met mijn broer in Brasschaat ( het gezin woonde in Mortsel, red.), en hoe ik toen voor het eerst besefte dat vrijheid mogelijk was: ik kon zelf initiatief nemen en weggaan. Expo 58, met al die paviljoenen van verre landen, prikkelde die vrijheidsdrang nog meer. Een verlangen dat tot vandaag mijn parcours bepaalt.

De Amerikaanse popart heeft me geleerd om schoonheid en humor te zien in banale en lelijke dingen

Met België had ik altijd een ingewikkelde relatie. Dat kende ik als een culturele woestijn waar nooit iets interessants gebeurde, en als fotograaf zag ik er aanvankelijk geen kleur. In landen als Marokko, Egypte en de Verenigde Staten zag ik die overal, België daarentegen was een zwart-witland voor mij. Waarom er later in de jaren zeventig toch kleur kwam in die foto’s? De Amerikaanse popart had me geleerd om schoonheid en humor te zien in banale en lelijke dingen, en misschien was ik ook milder geworden in mijn oordeel. Hoe dan ook is er niet zoiets als de werkelijkheid: er is altijd meer dan één manier om naar een onderwerp te kijken.

Van William Klein leerde ik dat persoonlijkheid belangrijker is dan techniek. Toen ik in 1962 naar Parijs verhuisde en hem opzocht, viel me meteen op hoezeer de man samenviel met zijn foto’s. En ook bij Jeanloup Sieff herkende ik de stijl van zijn werk in de man zelf. Van mijn plan om assistent te worden van zulke fotografen ben ik dan ook snel afgestapt. Waar het op aankwam, was een eigen visie ontwikkelen – de rest was tijdverlies.

Ik werk louter intuïtief. Omdat dingen me om de een of andere reden aantrekken en ik er ogenblikkelijk op reageer, niet omdat ik een verhaal wil vertellen of een concept in mijn hoofd heb. Pas achteraf ontstaan dan thematische boeken, zoals It’s not about cars of Rivages, mijn zeelandschappen waar nu een nieuwe editie van verschijnt. Om dezelfde reden ben ik bewust geen magazinefotograaf geworden. Dan denk je onvermijdelijk aan het vooropgestelde format en de uiteindelijke lay-out, terwijl ik volledig open en vrij wil zijn om dingen te ontdekken.

In mijn hoofd zitten wel tien boeken klaar en de tijd begint stilaan te dringen

Mijn geluk was dat de kleurenfotografie nog in de kinderschoenen stond in de jaren zestig. Er waren maar weinig voorbeelden die me onbewust konden beïnvloeden, en dat is voor jonge fotografen toch een uitdaging. Boeken, het internet en de sociale media verruimen hun blik enorm, maar vaak zie je meteen waar ze de mosterd halen. Terwijl je het toch echt in jezelf moet zoeken. Foto’s en films kunnen nog zo goed gemaakt zijn, ze worden pas kunst als ik de auteur en zijn inner need kan voelen.

Onze enige zekerheid is dat alles verandert. Zo is het België dat ik nu fotografeer een stuk minder grillig en eigenzinnig dan het land dat ik in de jaren zeventig en tachtig aantrof. De winkels, de kleding, het eten: alles is wat Europeser en gladder geworden, meer zoals in andere westerse landen. Maar ik ben verre van nostalgisch of melancholisch. Ik fotografeer nog even gretig als vroeger, en daarbij helpt kadreren me om vat te krijgen op die veranderende wereld.

Tegenwoordig ben ik permanent gehaast. Omdat de belangstelling voor mijn werk groot is en me voortdurend nieuwe projecten aangeboden worden, maar vooral omdat er zoveel materiaal is dat nog vorm moet krijgen. Mijn industriële fotografie, urbanisatie, de modebeelden: in mijn hoofd zitten wel tien boeken klaar en de tijd begint stilaan te dringen. Minder fotograferen is geen optie. Dat is mijn lust en leven, en uiteindelijk is zo’n passie de beste remedie tegen de ouderdom.

De expo Roots in de Antwerpse Gallery Fifty One loopt tot 3 november, de documentaire Harry Gruyaert. Photographer draait in de bioscoop vanaf 5 december. gallery51.com

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content