Fotograaf Hendrik Braet gebruikt zijn lens als scalpel in zijn nieuwe fotoboek ‘Straatloper’

© Hendrik Braet
Nathalie Le Blanc
Nathalie Le Blanc Journalist Knack Weekend

Dolblij was ik met mijn foto. Voor een schilderij van een zeezicht met vele tinten blauw en een streepje roze stond een klein meisje in een jurk in exact dezelfde kleuren. Ik drukte af en was zo blij met het resultaat dat ik haar ouders aansprak. Mama was gecharmeerd, papa vond het maar niets. “Je ziet haar gezicht niet.” Wel, ik denk niet dat papa blij zou zijn met Straatloper, het nieuwe fotoboek van Hendrik Braet. Mama daarentegen zou er uren in willen bladeren.

© https://img.static-rmg.be/a/view/q75/w/h/4406514/mg-5946-jpg.jpg

Twee bijna identiek geklede mannen aan een rommelmarktkraam, een miniballerina hangend aan een stopbord, een schaap op stap, Braet fotografeerde Gent met een speelsheid en gevoel voor kleur die me doen glimlachen. ‘Vluchtige ogenblikken die in een vingerknip weer verdwenen zijn, die vangt Hendrik met zijn lens’, schrijft Tim F. Van der Mensbrugghe in Straatloper. ‘Gedurende enkele seconden komen de elementen van een prachtig beeld samen en Hendrik is de man die dat opmerkt. (…) Wanneer hij op stap gaat, vertrouwt hij op het toeval. Hij weet niet welke beslissende momenten er zullen komen, maar wél dat er momenten op hem wachten. (…) Telkens opnieuw gebruikt hij zijn lens als een scalpel om met chirurgische precisie een stukje uit de stad te snijden.’

Misschien is het een uitzonderlijk talent, schoonheid zien in toevalligheden.

Misschien is het een uitzonderlijk talent, schoonheid zien in toevalligheden. Maar misschien kun je het ook een beetje leren, dacht fotograaf David Finn. Hij liet zich inspireren door schilderes Agnes Martin, die zei: “Als je ogen open zijn, zie je overal schoonheid in” en schreef How to Look at Everything. Het gaat er namelijk niet om waar je naar kijkt, maar hoe je ernaar kijkt. ‘De zon is meer dan gewoon de bron van ons daglicht. Als ze de wereld om ons heen oplicht, ontstaat er een schoonheid die ons verkwikt. Ze is de schepper van stemmingen en de architect van gedachten.’ Mooi licht, of het nu van de zon, de maan of een goedgeplaatste lamp komt, is inderdaad een van de grootste geneugtes van het leven.

© Hendrik Braet

Zoals we in een museum aandachtig zijn, zo zouden we de hele wereld als ons museum moeten beschouwen, vindt Finn. Uiteraard denken we bij de schoonheid van het alledaagse aan de natuur. Zelf maak ik dagelijks crazy plant lady-gewijs een paar toertjes op mijn terras om mijn geraniums, aliums en druivelaar te bestuderen. Maar Finn houdt ook een pleidooi voor het genieten van de stad. De gebouwen, de patronen, de bomen die voor schaduw zorgen, de mensen die er samenkomen, met een camera in de hand viel het hem op hoe mooi alledaagse dingen waren. ‘Als ik door een mij bekende straat loop, kijk ik opzettelijk rond om te zien of me iets ongewoons opvalt’, schrijft hij. ‘Het is een spel dat ik niet kan verliezen.’

© Hendrik Braet

Wat we zien, maar ook wie er kijkt is belangrijk, vindt Finn. Onze ervaringen, humor en fixaties maken dat we de wereld allemaal op onze persoonlijke manier zien. Zo schreef Pablo Neruda een hele dichtbundel als ode aan gewone dingen. Sokken, scharen, tomaten, vazen. Misschien heeft Hendrik Baert – of ben ik het? – wel een liefde voor paraplu’s, want die vielen mij op in zijn foto-ode aan Gent. Zijn boek heeft in elk geval effect. Toen ik vanmorgen langs de E40 naar Brussel reed, blonk de rij indrukwekkende bomen na de afrit van Bertem opvallend mooi in het zonlicht. Of hoe zelfs je pendelrit met wat aandacht chirurgisch gefileerd kan worden.

Straatloper, Kleurrijke weerspiegelingen uit Gent, Hendrik Braet, met teksten van Tim F. Van der Mensbrugghe, Borgerhoff & Lamberigts, 2022. How to Look at Everything, David Finn, Harry N. Abrams, 2000. 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content