Comédienne Dena Vahdani: ‘Ik ben wie ik ben, dat is voor Iran al subversief genoeg’

Comédienne Dena Vahdani (31) heeft Iraanse roots. Haar deelname aan De Slimste Mens vergrootte haar bekendheid in Vlaanderen, maar ook in Franstalig België rijst haar ster. Ze brengt haar show Warrior Princess zowel in het Nederlands als in het Frans en staat daarmee tot 12 november in het Théâtre de la Toison d’Or in Brussel.

Iraanse vrouwen zijn warrior princesses. De titel van mijn show is een knipoog naar de Amerikaanse tv-serie Xena: Warrior Princess, maar ik heb hem ook gekozen omdat het de realiteit is: Iraanse vrouwen zijn per definitie stoer – dat moet je wel zijn om je recht te houden tegenover zoveel onderdrukking.

Strijden is niet hetzelfde als oorlog voeren. Net zoals ik geen punches uitdeel, maar punchlines die even hard aankomen, zijn Iraanse vrouwen strijders die niet de wapens opnemen, maar wel in opstand komen en de samenleving voortstuwen. De slagzin die ze scanderen – “Zan, Zendegi, Azadi” (“Vrouw, Leven, Vrijheid”, red.) is altijd het onderwerp van mijn show geweest, en de recente protesten in Iran bevestigen hoe belangrijk het is om daarover te blijven praten.

Het feit dat ik besta, een Belgisch-Iraanse lesbienne, is op zich al een vorm van rebellie tegenover Iran.

Belgische humor is als een warm deken. Veel meer dan in Frankrijk bijvoorbeeld, waar humoristen eerder observeren en de wereld becommentariëren. Op zich is die serieuzere humor prima – hun analyses zijn ook wat het publiek naar hun shows lokt en mensen doet lachen. Maar bij ons is comedy veel gemoedelijker en directer, een beetje zoals in een bruin café waar mensen zich verenigen rond een plakkerige tafel en lachen terwijl ze droge worsten en bier naar binnen werken.

Het feit dat ik besta, is op zich al een vorm van rebellie tegenover Iran. Als je een Belgisch-Iraanse lesbienne bent, hoef je verder niet veel meer te doen. Nochtans heb ik niets met provocatie, ik ben eerder het love & peace-type. Toen ik op een dag het advies kreeg om wat meer uit te dagen en grappen te maken over gevoelige onderwerpen, wist ik niet eens wat ik moest zeggen. Ik ben wie ik ben, dat is al subversief genoeg.

Humor kent geen taalgrenzen. Ik breng dezelfde sketches in het Nederlands en het Frans en ze werken evengoed in de ene taal als in de andere. Vlamingen lachen trouwen het hardst van allemaal wanneer het over hen gaat. Sowieso zoek ik mijn humor in observaties, niet in gemenigheid, laat staan dat ik mensen zou willen kwetsen. Uiteraard is het altijd mogelijk dat iemand je woorden verkeerd interpreteert, maar dat is niet mijn verantwoordelijkheid. Mijn enige verantwoordelijkheid op het podium is dat ik mijn verhaal en dat van mijn gevluchte ouders vertel. Hopelijk voelt iedereen mijn oprechtheid en mijn zoektocht naar vrijheid.

Poëzie geeft smaak aan het leven en opent dimensies van het leven die anders verborgen blijven. Mijn liefde daarvoor heb ik van mijn ouders, die hardop gedichten voordroegen van Perzische dichters als Hafez, Saadi en Forough Farrokhzad, een ultrafeministische, hypercontroversiële dichteres met sensuele, maar gedurfde en revolutionaire gedichten. Maar het meest hou ik van Paul van Ostaijen, zijn zintuigelijke poëzie is ongeëvenaard.

Het gezicht zijn van allen die minder gezien en gehoord worden, dat is best cool toch?

Het is niet omdat je een rolmodel bent dat je ook die ambitie had. Mijn drijfveer om stand-upcomedy te gaan doen was omdat ik mensen aan het lachen wilde maken, niet om lesbische vrouwen te vertegenwoordigen. Toch was ik afgelopen zomer heel ontroerd toen een jonge Iraanse vrouw me aansprak na mijn voorstelling op het festival van Avignon. Ze wachtte me op bij de uitgang van het theater, beefde zoals ik dat zou doen tegenover mijn idool Marjane Satrapi (Iraanse illustrator en filmregisseur, red.) en vertelde me dat ze zelf ook lesbisch is. Zulke dingen doen me stilstaan bij de impact van wat ik doe. Ik ben een kind van vluchtelingen, multicultureel, Franstalig, Belg, Brusselaar en homoseksueel, en daardoor vertegenwoordig ik ook een deel van de bevolking. Het gezicht zijn van allen die minder gezien en gehoord worden, dat is best cool toch? (lacht)

Schoonheid wordt overschat. Kijk maar naar Jacques Brel. Op zich was hij geen knappe man zoals pakweg George Clooney, maar hij had charme te over. Hetzelfde geldt voor mij, denk ik: ik beantwoord niet aan het stereotiepe beeld van een aantrekkelijke vrouw en ik ben geen Iraanse femme fatale met lang haar en grote ogen, maar ik heb mijn charme, en dat is een vorm van schoonheid die blijft.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content