Verjaardagsbrief: Robot Bert blikt terug en vooruit op De Invasie

De Invasie blaast 5 kaarsen uit en viert dat met een nieuw strijdbaar project. Lees hier de mijmeringen in de war chronicle van Robot Bert en ontdek welke samenwerking ze aangaan in hun verjaardagsjaar.

Verjaardagsbrief: Robot Bert blikt terug en vooruit op De Invasie
© –

De Invasie, ons favoriete platform dat opkomend talent promoot, blaast dit jaar vijf kaarsen uit. Hét moment voor een nieuw project, dachten de Robots. Samen met Design museum Gent zet De Invasie daarom ‘De Invasie toont’ op poten, een uniek tentoonstellingsconcept. De expo vindt plaats in Design museum Gent van 7 mei tot september 2015.

Zowel voor De Invasie als voor het Design museum Gent is deze tentoonstelling een sprong in het onbekende. Voor De Invasie is zo’n lange termijnproject een primeur, terwijl Design museum Gent nog nooit een tentoonstelling realiseerde met een open inschrijving.

Lees hier exclusief de war chronicle die Robot Bert schreef over vijf jaar De Invasie.

Strijdbaar. Dat moet het meest gebruikte woord zijn in het jargon van De Invasie. “Toen we jong en vechtlustig waren en in het slagveld stonden,” durven we al eens grappen onder Robots, want zo noemen we onszelf na vijf jaar De Invasie nog altijd. Want De Invasie begon toen, in 2010, in een volledig nieuwe scene: die van de opkomende, creatieve starters. Het lijkt nu niet zo, maar was toen avantgardistisch: inzetten op een ‘makers-‘beweging, een community voor creatievelingen en hun publiek bouwen, een platform zijn voor talent dat klaar is om de wereld te veroveren, het zijn nu allemaal leuzen van zowel politieke als commerciële modellen om zo regio’s, landen, steden of bedrijven te versterken of marketeeren. Maar De Invasie is nooit dat geweest. Wel integendeel geloofden de toen drie, nu vijf robots sterk in een onafhankelijke organisatie, die werkt met publiek en talent. Commerciële initiatieven en overheden zijn daarbij altijd welkom geweest, maar in een alliantie: samen voor hetzelfde doel.

Van De Invasie tot Huffington Post

En dat doel was vormgeving in België een gezicht én een platform geven. Want geef nu toe, kenden we vroeger onze designers wel echt? Behalve de Antwerpse Zes en een paar individuen misschien (en die naambekendheid komt hun alle eer toe)? Kijk met me mee terug en geniet van een paar namen waar ook wij, robots van De Invasie, nog steeds van genieten. Strook, bijvoorbeeld. Toen de jury van De Invasie van Kortrijk zijn werk voor het eerst zag was er een heftige discussie. Past dit wel binnen De Invasie? Ziet er prachtig uit, maar echt, street art? Durven kiezen, dat deed die jury. Omdat ze geloofden dat die sympathieke (toen nog jonge-)man talent had. En kijk, Huffington Post noemde hem als één van ’s werelds beste street artists, zijn werk dat hij voor De Invasie Verovert in STUK Leuven maakte ging de wereld rond en op zijn eentje organiseert hij tentoonstellingen die hij op een avond uitverkoopt. Wij Robots blinken al eens van trots dan. Dat een Strijder zo de wereld verovert.

Maar hij is de enige niet die debuteerde bij De Invasie. Black Balloon, le nouveau chique label uit Gent, stond als allereerste aan de deur op het allereerste De Invasie evenement. Met sympathieke geste meldden ze ons dat hun ‘Booth’ (fashionable baby), wat groter uitgevallen was dan gepland en of dat een probleem was. Ze zijn intussen een van de weinige modemerken uit België geworden die de laatste jaren succesvol een label starten, met een eigen winkel in België en verkooppunten tot in Japan. En vaste juryleden van De Invasie zijn ze ook geworden. En wat dacht je van Lore Van Keer, die laatst nog bij de koningin stond te pronken met haar architecturale juwelen. Of Mat, u wel bekend van Daniel, die van het succes proefde op De Invasie van Gent. En vorig jaar nog ging Ben Storms de wereld rond toen hij In Vein toonde op De Invasie tentoonstelling in Milaan. En dat zijn maar een paar gewonnen veldslagen.

Maar het hoeft niet altijd zo snel te gaan. Ook Ilse Acke (die er ook bij was op het allereerste moment) begint nu als zelfstandig ontwerpster. Dat werd op luid gejuich onthaald. Omgekeerd heerst vaak droefheid, onder Robots en juryleden, als een strijder het na jaren op geeft. Want niet iedereen slaagt. En hoewel ook dat net een van de opdrachten van De Invasie is (we zijn een laboratorium waar je kunt proberen en mag falen), leuk vinden we dat nooit.

Proves you wrong

Er zijn in vijf jaar De Invasie vaak momenten geweest dat we de strijdbijl wilden begraven. Overheidsplatformen en commerciële initiatieven schoten als paddestoelen uit de grond. Er waren contacten met overheden, die er De Vlaamse Invasie van wilden maken (I kid you not).

“Elk zijn rol in een sterke alliantie,” besloten we en we gingen samenwerken met organisaties die echt vooruit willen. Bootcamps opzetten om starters inhoudelijk te versterken en die weer loslaten als ze opgepikt worden, dat moet je kunnen als organisatie. Want na vijf jaar nog steeds op vrijwilligers werken, dat kan alleen maar als je als organisatie ook dingen probeert en durft los te laten. En we lieten al meer gaan dan we vasthielden. Van ideeën tot strijders die niet meer aan onze kwaliteitsnorm voldeden. Daarom bestaat De Invasie nog steeds (proves you wrong, professor Van Ossel – zie het artikel ‘Mensen van het Jaar, Knack Weekend).

Op het business model vlak staat de organisatie nog steeds nergens, maar ook daar werken we aan. Binnen een aantal weken lanceren we een nieuw project, waarbij we het platform op een nieuwe manier willen financieren (wist je dat wij niét ondersteund worden en ook beslist hebben dat niet te willen?).

Uw familie

Ze vragen ons vaak wat we het strafste vinden dat we gedaan hebben. Meer dan 10. 000 bezoekers op een gratis event met onbekende namen in een leegstaand museum in Antwerpen? De sfeer op De Invasie van Kortrijk? Samenwerken met een academie voor De Invasie van Gent? De eerste tentoonstelling in Milaan? Artists in residence in Concertgebouw? Naar het buitenland (Amsterdam, Milaan, Riga)? Nee hoor. Het strafste is wat laatst iemand op een opening van een tentoonstelling van een strijder over een groep strijders die gezellig stonden te keuvelen zei: “Zie ze daar staan, uw familie van De Invasie.” Dat gaf me energie om er nog een paar jaar mee door te gaan.

Maar strijdbare De Invasie, jij was er nooit geweest zonder al die mensen. De Robots (de huidige Robot Els, Robot Pieter, Robot Heide, Robot Yves & ondergetekende, maar ook de vroegere Robot Kaat & Robot Annelies), de strijders (we zijn de tel kwijt, maar het zijn er intussen zeker meer dan 400 geweest), het publiek (u was altijd overal talrijk, behalve op onze mislukkingen), iedereen waar we mee mochten en konden samenwerken en iedereen die gelooft dat de strijders barsten van het talent.

Strijdbare groeten,

Robot Bert

Om het u makkelijk te maken, vertalen we nog wat jargon:

War chronicle: vrij overzicht van wat De Invasie deed en betekent

Strijdbaar: adjectief dat aantoont dat talent naar buiten wil en moet komen

De Invasie: toevallig naam. Of toch niet: we wilden tonen dat we in een stad wat teweeg konden brengen. En dat je dat met een leger doet. In groep. Samen.

Robot: een bewuste keuze om zo anoniem mogelijk te werken als kracht achter het platform. Het gaat over de strijders (zie verder), niet over de oprichters, hoewel dat vaak misgegrepen is. Nochtans hebben we jaren geprobeerd om niet in de pers te komen.

Strijder: de sterkhouders van De Invasie. Strijders zijn zij die het verschil maken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content