Pakweg zestig jaar geleden waren ze geen uitzondering, de gezinnen met tien of meer kinderen. Het doorsnee Vlaamse, jonge koppel denkt daar vandaag anders over. Maar ze zijn er nog, de twintigers en dertigers die bewust kiezen voor een gezin van een halve voetbalploeg groot.

‘Ons motto ? Opstaan, starten en doorgaan’

Anne (32) en Filip (33) hebben vijf kinderen : Kato (10), Lola (9), Ella en Lucas (7) en Fee (5). Anne blogt op www.mamavanvijf.be over haar drukke maar kleurrijke leven.

Ze wonen in een huis dat zo uit Pinterestland lijkt te komen. Ze werken allebei voltijds en houden van citytrips, musea bezoeken en etentjes met vrienden. Oh ja, en ze hebben vijf kinderen. Bijna elke week is er wel iemand die hen vraagt : hoe doen jullie dat ?

“Opstaan, starten en doorgaan”, zegt Anne. “En mij niet te veel vragen stellen.” (lacht)

Anne en Filip mixen nonchalance en enthousiasme met een flinke portie relativering tot de ouders die ze zijn. “We proberen gewoon ons best te doen. We maken fouten, maar dat mag. Het lukt ons om dit gezin te runnen door geen perfecte ouders te willen zijn. De kinderen maken ruzie, er liggen elke dag kruimels onder tafel en de hobby’s zijn beperkt omdat we tijdens de week geen tijd hebben om chauffeur te spelen. Dat is dan maar zo. Je bespaart jezelf enorm veel stress door dingen los te laten.”

Anne en Filip gaan even hard voor hun gezin als voor hun carrière. Ze kloppen overuren, gaan op zakenreis en kruipen ’s avonds nog achter hun laptop. “We willen alle kansen grijpen die we krijgen, en stimuleren elkaar daar ook in”, zegt Anne. “Ik ben niet de mama die thuis wacht met een vieruurtje. Onze kinderen blijven in de naschoolse opvang en horen elke dag wie hen komt ophalen. Ik heb daar geen schuldgevoelens over. Er zijn gewoon zoveel dingen die ik wil doen, naast het opvoeden van mijn kinderen.”

Kinderen die hun plan goed weten te trekken omdat hun ouders hen dat ook laten doen. De oudste gaat met de bankkaart naar de Colruyt voor een vergeten boodschap, de kleinste dekt de tafel. “Die zelfstandigheid is nodig om alles te kunnen bolwerken. Maar eigenlijk vinden we dat niet meer dan normaal.”

Hoe ouder ze worden, hoe gemakkelijker het gaat. Geen pampers meer, geen buggy’s, slechte nachten – een fase waar de meeste van hun vrienden zich nu door ploeteren. “Wij zijn gegaan voor jong, snel en veel”, lacht Anne. “Er zijn momenten dat ik denk : oh my god, waarom hebben we er vijf. Maar die vergeet je ook weer. De moeilijke dagen gaan even snel als de gemakkelijke, en wegen niet op tegen de vele fantastische, gezellige momenten die we meemaken. Met het hele gezin op stap in Parijs, samen pannenkoeken eten op een regenachtige zaterdag. Dan weet je : dat zijn momenten die de kinderen zich later zullen herinneren.”

Een gezin van vijf is een sneltrein die nooit stopt. “We zorgen ervoor dat we onszelf niet uit het oog verliezen”, zegt Filip. “Om de twee weken houden Anne en ik een woensdagavond vrij, en elk jaar gaan we twee of drie keer een weekendje weg. Kinderen vragen heel veel energie. Dat we kunnen blijven doen wat ons energie gééft, helpt ons om een betere ouder en partner te zijn.”

En daar verdient ook hun sterke netwerk van familie en babysitters eeuwige dank, zegt Anne. “De kinderen kunnen altijd bij onze ouders en zussen terecht. Dat is een ongelooflijke luxe. Dat, en de dienstencheques. Ik zou niet weten wat hoe we het zonder die twee dingen zouden doen.”

‘Na de vierde zeiden ze: jullie stoppen nu toch wel ?’

Sylvia (37) en Jan (47) hebben acht kinderen : Niels (17), Mathis (14), Gilles (13), Pauline (12), Emile (10), Louise (8), Justine (6) en Arthur (17 maanden).

Op straat zien ze voorbijgangers tellen. Acht kinderhoofdjes die naar de film gaan of een pretpark binnenwandelen. “Mensen komen soms vlakaf vragen of ze allemaal van ons zijn. Of ze denken dat we een nieuw samengesteld gezin zijn. Hier in de buurt kent iedereen ons, maar we worden geregeld nagestaard, ja.”

Sylvia, die zelf opgroeide met vijf broers en zussen, was twintig toen ze voor het eerst moeder werd. “Jan en ik hadden een grote kinderwens, maar we hebben er nooit een getal op gekleefd. Na vier kinderen hebben we even gedacht om te stoppen, maar we bleven met een onvervuld gevoel zitten. Dus zijn we nog even doorgegaan.”

Jongste telg Arthur vindt het allemaal prima. “Hij hoeft zijn armpjes maar omhoog te steken of er staat al iemand klaar. Vooral met Niels, de oudste, heeft hij een speciale band. Maar ze hebben allemaal veel aan elkaar.”

“Vanaf Pauline kregen we na elke geboorte de vraag : ‘Nu ga je er toch mee stoppen ?’Dat stoort me”, zegt Jan. “Onze kinderen zijn onze keuze. Wij zijn er gelukkig mee. Waarom kunnen andere mensen dat niet voor ons zijn ?”

Sylvia ziet ze vaak komen, de vooroordelen. “Grote gezinnen worden al snel afgeschilderd als marginaal. Onze kinderen zien er altijd piekfijn uit. Ze zijn beleefd en weten perfect hoe ze zich moeten gedragen op restaurant. We kunnen hen overal mee naartoe nemen. Als we samen op stap zijn, ben ik een trotse moeder.”

Na de geboorte van nummer twee is ze thuisgebleven om voor de kinderen te zorgen. “Ik heb het me nog geen moment beklaagd. Mijn gezin is mijn leven. Ik heb geen tijd voor hobby’s, maar ik heb er ook geen behoefte aan.”

“Je moet veel opgeven, maar ik klaag er niet over”, zegt Jan. “Ik speel nog elke week voetbal, maar daar blijft het bij. Een avondje weg met ons tweeën vraagt zoveel organisatie dat het bijna de moeite niet is.”

Natuurlijk is het soms druk in huis als er met iedereen samen gespeeld, gegeten of huiswerk gemaakt moet worden. Maar eigenlijk valt het best mee, vindt Jan. “Je hebt niet van vandaag op morgen acht kinderen. Je groeit daarin. We voelen niet echt een verschil tussen een gezin van zes of van tien. Alleen aan de was.” (lacht)

Slaapkamers en aandacht moeten gedeeld worden. Maar acht broers en zussen betekent ook : altijd iemand om mee op de Playstation te spelen of naar het zwembad te gaan. “Ze leren samenleven en zorgen voor elkaar”, zegt Sylvia. “Dat zijn onmisbare waarden. Ze doen dat goed, onze kinderen. Als er eens een paar weg zijn, doet dat raar. Dan ben ik toch blij als ze de volgende dag allemaal weer rond de tafel zitten.”

‘Koken voor acht is tenminste de moeite’

Annelies en Filip zijn allebei 33 jaar.

Ze hebben twee zonen en vier dochters : Eva (9), Lukas (7), Sander (5), Merel (4), Roos (2) en Anna (9 maanden).

Elke week trekt Annelies met haar zonen en dochters naar de zwemles. Zelfs kleine Merel kan al perfect een baantje trekken. “Als we ooit samen in het water terechtkomen, kan ik niet al mijn kinderen redden. Dus moeten ze allemaal leren zwemmen.”

Een groot gezin heeft alleen maar voordelen, vindt Annelies. “Het is gewoon gezellig. Er is altijd wat te doen en te vertellen. Boodschappen doen, een grote pot eten klaarmaken : voor acht man is dat tenminste de moeite. En die doos Nesquik geraakt hier wél op.” (lacht)

Vier kinderen wilden Filip en Annelies. Dat wisten ze al toen ze nog studeerden. Het zijn er uiteindelijk zes geworden. “We hebben zelden negatieve reacties gehad, integendeel”, zegt Annelies. “Mensen die ons kennen, keken er niet van op toen ik na Roos nog eens zwanger werd. Nu krijgen we de hele tijd de vraag wanneer er een zevende komt, maar dat zal niet snel gebeuren. Dan wordt onze auto weer te klein.” (lacht)

Ze runnen samen een timmer- en schrijnwerkbedrijf. Filip is van ’s morgens tot ’s avonds de deur uit, Annelies doet van thuis uit de boekhouding en de klantentelefoons.

“Ik sta vaak alleen in voor de zorg van de kinderen, maar daar heb ik geen probleem mee”, zegt Annelies. “De school ligt op vijftig meter wandelen, we hebben een grote tuin om in te ravotten. Ik zit er niets mee in om met zes kinderen naar de winkel of de dierentuin te gaan.”

Op reis gaan (“te veel inpakwerk”) of een dagje Plopsaland (“veel te duur”) doen ze niet, maar ze komen veel buiten. Met én zonder hun kroost.

“We lopen allebei graag en doen geregeld mee aan evenementen en wedstrijden”, zegt Filip. “We gaan ook vaak uit eten of iets drinken met ons tweetjes. We doen ons best om tijd te maken voor onszelf en voor elkaar. Dat vraagt wat inspanning, maar dat is bij koppels met één of twee kinderen niet anders.”

Lang leve de meisjes en jongens uit de buurt die er niet voor terugdeinzen om zes kinderen te komen entertainen. “Al onze babysitters komen hier graag”, zegt Annelies. Als de kinderen al eens logeren gaan bij oma, dan is het met alle zes tegelijk. “Mijn moeder kan er niet tegen als ze van elkaar gescheiden worden.” (lacht)

Het zijn brave kinderen, klinkt het. “Ze maken wel eens ruzie, maar we mogen niet klagen. Het is heerlijk om te zien hoe ze op zaterdagnamiddag allemaal met elkaar zitten te spelen. Geloof het of niet, dan is het echt rustig in huis.”

Door Lien Lammar & Foto’s Fred Debrock

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content