Toronto

Toronto, de vijfde stad van Noord-Amerika en de grootste van Canada, is een levendige multiculturele metropool. Vlakbij lokken de Niagarawatervallen busladingen toeristen.

Toronto, de vijfde stad van Noord-Amerika en de grootste van Canada, is een levendige multiculturele metropool. Vlakbij lokken de Niagarawatervallen busladingen toeristen.

Aan het begin van de negentiende eeuw, toen Toronto boomde als industrieel centrum van Canada, vonden rijke industriëlen, bankiers en stadsontwikkelaars inspiratie in Europa. Langs de voornaamste assen van downtown, zoals King, Wellington, Front and Yonge Street, verschenen statige panden in Second Empire, de stijl waarvoor zelfs Franse architecten in bewondering stonden.

Anders dan in Parijs blijven in Toronto slechts snippers van de negentiende-eeuwse elegantie bewaard. Vanaf midden jaren vijftig transformeerden wolkenkrabbers, staal en beton downtown Toronto. Tussen 1955 en ’75 moesten 25.000 oude huizen plaatsmaken voor een ambitieus Urban Renewal Plan.

Toen de Canadian Pacific Railway Company treinverbindingen met het verre westen begon te ontwikkelen, bouwden ze ook een netwerk van imposante hotels. Bij de opening, midden 1929, was het Royal York met zijn 28 verdiepingen het hoogste gebouw van de Britse Commonwealth. Het Britse koningshuis heeft hier al drie generaties een suite ter beschikking.

Old Town of York

De ondergrondse doorgang van de hotellobby naar de grandioze stationshal aan de overkant van Front Street is het begin van Path, een netwerk van tunnels en overdekte loopbruggen dat ruim vijftig wolkenkrabbers, vijf metrostations, hotels en winkelcentra verbindt. De Torontonians overleven de lange koude winter enkel dankzij de 27 kilometer verwarmde Path-tunnels en loopbruggen. Het is het grootste ondergrondse winkelcomplex ter wereld.

Bovengronds is in het monumentale gebouw van de Bank of Toronto de Hockey Hall of Fame met zijn gebrandschilderde koepel gevestigd. Het museum is een van de twaalf historische panden die geïntegreerd werden in BCE Place, een duo wolkenkrabbers verbonden door de imposante Allen Lambert Galleria.

Een blok verder pronkt de Flatironbuilding, een voorloper van het gelijknamige hoekpand in New York. Via de kathedraal van St James kom je bij de oudste waterbron van de Old Town of York, zoals de eerste stadsnaam luidt. Op de oever van het meer van Ontario ontstond hier in 1793 de Canadese versie van York, een pioniersstad die – door de vele overstromingen – al snel de bijnaam muddy York kreeg.

Als in de film

Een paar blokken naar het westen verwijst enkel het straatnaambordje Parliament Street en een gedenkplaat naar de locatie van de eerste Canadese regeringsgebouwen, na een stadsbrand niet meer dan een publieke parkeerplaats.

Het hart van Old Town klopt in het Distillery Historic District. De gigantische openluchtfilmstudio is sinds 2003 een wandelzone waar designwinkels en kunstgaleries, ateliers en cafés, dure boetieks en trendy eethuisjes de oude fabriekspanden, opslagplaatsen en mouterijen innemen.

De Distillery, net niet zo oud als België, behoort tot het voornaamste Victoriaanse industriële erfgoed van Noord-Amerika. In 1877 was Gooderham and Worts Distillery, met zijn veertig gebouwen, de grootste ter wereld. Tot 1990 werd hier whisky gestookt, later werden er duizenden televisieseries, muziekvideo’s en films ( X-Men) gedraaid. Tijdens deze zomerse avond, met de randanimatie van het Luminato Festival of Arts and Creativity, heerst er een gezellige drukte.

Hoe anders is Toronto twaalf blokken naar het westen, tussen de overvloedige groentekramen en winkeltjes van Chinatown. Zijden kimono’s, gedroogde oesters, gelakte eend, verdacht uitziende specialiteiten, prullaria en goedkope souvenirs: alles schreeuwt om aandacht in de Dragon City Shopping Mall langs Spadina Avenue.

Verder noordelijk op deze avenue verdwijnt Chinatown even plots als het verscheen, om plaats te maken voor de universiteitsgebouwen in neostijlen, Oxford waardig. Hier ligt ook de levendige Kensington Market, met zijn tweedehands en vintage kleding en meubelwinkels.

Prijziger is Bloor St, waar Chanel, Gucci and the likes een Parijse elegantie etaleren. In de jaren zestig was Bloor-Yorkville een hippiehang-out, waar Joni Mitchell en Neil Young in koffiehuizen debuteerden. Nu is de wijk hip zonder meer, voor hippies met poen.

De hedendaagse artistieke scène zoekt zijn toevlucht net buiten het centrum, West Queen West, waar steeds meer galeries openen tussen de hardware stores en buurtwinkels.

Bron: Weekend Knack

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content