De woestijnen van Namibië: de natuur op zijn mooist

© Kevin Van der Auwera

Het woord woestijn roept bij velen spontaan het beeld op van een saaie, levenloze zee van zand. Dat gaat niet op voor de Kalahari en de Namib Desert in Namibië, twee van de oudste en meest magische woestijnen op aarde.

Het woord woestijn roept bij velen spontaan het beeld op van een saaie, levenloze zee van zand. Dat gaat niet op voor de Kalahari en de Namib Desert in Namibië, twee van de oudste en meest magische woestijnen op aarde. Dankzij hun bijzondere fauna en adembenemende landschappen zijn ze een echte droombestemming voor wie houdt van hiken, game drives en de mooiste zonsondergangen in de vrije natuur.

Namibië in beeld

Namibië wordt wel eens een ‘leeg’ land genoemd. Met amper 2,7 miljoen inwoners op een grondgebied dat meer dan vijfentwintig keer groter is dan dat van België, is het Afrikaanse land na Mongolië het dunstbevolkte land ter wereld. Van die bevolking woont bovendien meer dan twee derde in het groenere noorden, in en boven de hoofdstad Windhoek. Dat betekent dat er in het zuiden van het land nog immense gebieden ongerepte natuur zijn. In het zuidoosten langs de grens met Botswana regeert de Kalahariwoestijn, in het westen de Namibwoestijn. Wij trokken vier dagen lang door enkele van de meest verlaten maar – of: en net daardoor – mooiste gebieden op aarde.

Halfwoestijn

Tijdens een 3,5 uur lange rit van Windhoek zuidwaarts in de richting van Mariental zien we de typische zandduinen van de Kalahari langzaam maar zeker hun plaats opeisen in het weidse landschap.

De Kalahari – ‘grote dorst’ in het Tswana – is in feite een halfwoestijn: het is er net niet droog genoeg, zodat het oranjerode zand bezaaid is met plukken geelgroen gras, hier en daar een eenzame acaciaboom en kleine bosjes met doornstruiken. Het zand van de Kalahari strekt zich uit over maar liefst negen landen, waaronder ook Botswana, Zambia, Zimbabwe, Angola en zelfs Gabon. Het is officieel de grootste zandvlakte op onze planeet.

Duurzaam

Tussen de eindeloze duinenrijen rijst plots een groene oase op. De Kalahari Anib Lodge wordt onze eerste overnachtingsplaats en uitvalsbasis voor een verkenning van de bijzondere fauna en flora in de omgeving.

De 55 kamers van de lodge liggen rond een zwembad en een fraaie tuin die mooi groen wordt gehouden met behulp van gerecycleerd water.

Het maakt deel uit van de filosofie van de Gondwana-keten waartoe de lodge behoort: ‘Give back to nature what belongs to nature’. De groep, die veertien lodges over heel Namibië telt, zet hoog in op de instandhouding van de kwetsbare natuur en op sociale projecten. Zo voorziet ze bijvoorbeeld voor het overgrote deel in haar eigen bevoorrading vanuit een ‘selfsufficiency centre’, het Kalahari Farm House in Stampriet. De boerderij annex slachthuis annex lodge ligt op een natuurlijke waterbron. Het overgrote deel van het vlees (meestal wild zoals oryx), de groenten en de kazen die de toeristen in de lodges op hun bord krijgen, zijn hier geslacht, gekweekt of geproduceerd.

Natuurpracht

Vanuit de Kalahari Anib Lodge kan je naast de traditionele game drives – wilde dieren spotten – ook walking en mountainbike trails doen. Hoe veilig dat allemaal is? De vele soorten antilopen alsook gnoes en struisvogels die er leven, blijven uit zichzelf op afstand en roofdieren zoals leeuwen en luipaarden zal je er niet tegenkomen.

Of er dan misschien gevaarlijke slangen in het gras leven, vraag ik tijdens een ochtendwandeling aan gids Dieter, een soort van Namibische ‘Crocodile Dundee’. ‘Zie je deze witte puntjes?’ vraagt hij terwijl hij zijn pet afneemt en toont. ‘Die zijn van een ‘zwarte spugende cobra. Misschien hebben we geluk.’ Voor alle duidelijkheid: met ‘geluk’ bedoelt hij dat een cobra onze weg kruist.

Dat gebeurt (nog) niet, maar wat we wel spotten, zijn springbokken, oryxen, wildebeesten of gnoes, zebra’s, grondeekhoorns, struisvogels, rode hartebeesten, elanden, steenbokken en koedoes. Die laatste zou ik overigens later die dag tijdens het diner terugvinden op mijn bord.

Sundowner

Met een stevige lunch achter de kiezen trekken we opnieuw de Kalahari in, nu met een jeep, om er op een van de vele duinen halt te houden voor een ‘sundowner’ – de vaste uitdrukking voor het genieten van de zonsondergang met een gin-tonic of een Windhoek lager, een biertje dat in de Namibische hoofdstad wordt gebrouwen volgens het echte Duitse ‘reinheitsgebot’.

‘Probably the best beer in Africa’, merk ik op met een knipoog naar de slogan van het Deense Carlsberg. ‘The only beer in Africa,’ lacht Dieter.

Voor een sundowner moet je in Namibië vanaf 15.30 uur op zoek naar een goed plekje: de zon zakt snel en omstreeks 18 uur valt de duisternis al. De sterrenhemel die zich dan boven onze hoofden ontvouwt, is werkelijk adembenemend. Een spektakel dat je in onze contreien nergens te zien krijgt omdat er te veel lichtvervuiling is. Hiervoor moet je naar Afrika.

Paradijs voor fotografen
De volgende ochtend verlaten we de Kalahari voor een autoreis van drie uur van oost naar west via de C19-autosnelweg. Urenlang is het beeld niets anders dan weidse vlaktes, met uitzondering van het plaatsje Maltahöhe waar we halt houden om even de benen te strekken. Net voorbij Maltahöhe houdt het asfalt op en begint de grindweg. De passage over de Zarishoogte – een soort van buffer tussen de Kalahari en de Namibwoestijn – leidt ons uiteindelijk de Namibwoestijn in, vooral bekend van zijn rode zandduinen.

Bij een nieuwe, hoogst genietbare sundowner nemen we weer afscheid van de zon om ze zowat een half etmaal later weer te zien opkomen boven het wereldberoemde duinenwonderland Sossusvlei. Omdat het vanaf onze overnachtingsplaats, Namib Desert Lodge (ook van Gondwana), nog circa 120 kilometer rijden is tot het park, gaat de wekker al om 4.15 uur. Ons doel is de korte nacht meer dan waard: Sossusvlei met zijn rode duinen die tot 300 meter hoog kunnen zijn, is een droom van elke fotograaf en het kleurenspel is het mooist door de contrasten bij een zon die laag aan de horizon staat.

Dé populairste ‘attractie’ voor toeristen is de ‘Big Daddy dune’, met daarnaast de zoutpan Deadvlei met zijn kurkdroge witte bodem en zijn versteende bomen. Wie over de conditie beschikt om de reuzenduin te beklimmen, heeft vanaf de top een adembenemend uitzicht over de omgeving.

Na een ontbijt ter plaatse rijden we naar de nabijgelegen Sesriem Canyon. Deze indrukwekkende zandstenen canyon, uitgeslepen door de Tsauchab Rivier, is klein bier vergeleken bij de reusachtige Fish River Canyon in het zuiden, maar zeker een bezoek waard. Het grootste deel van het jaar staat de rivier droog en kunt u door de zowat een kilometer lange canyon hiken.

Schitterende sterrenhemel
Onze laatste overnachting in de woestijn is een ‘once-in-a-lifetime’-ervaring. Vanuit de Namib Desert Lodge trekken we te voet de woestijn in naar het Dune Star Camp, een ecologische lodge geleven bovenop een heuvel in een spectaculair gedeelte van de woestijn. De slechts negen kamers van de lodge, die pas sinds december open is voor toeristen, zijn simpel doch comfortabel ingericht en uitgerust met zonnepanelen, zodat alle apparaten werken op zonne-energie. Het uitzicht vanaf het balkon van de kamer over de weidse vlakte waar her en der oryxen grazen, is indrukwekkend.

We hebben de gelegenheid om de nacht door te brengen onder de blote hemel en die kans laten we uiteraard niet liggen. Onder de bedden in de kamers staan immers wieltjes, zodat gasten ze kunnen buitenrollen op het balkon en in slaap vallen onder de allermooiste sterrenhemel.

Voor we onder de wol kruipen – in de woestijn kan het ’s nachts behoorlijk koud worden – genieten we nog van heerlijke lamsboutjes op de barbecue, een lekker wijntje bij het kampvuur en een concert van zingende gekko’s in de verte, het maakt deze natuurbeleving alleen maar intenser.

Kaapse cobra
Nooit eerder met zoveel ‘goesting’ zo vroeg opgestaan. De eerste zonnestralen verschijnen weer aan de horizon en de vogels beginnen te fluiten. Geef toe: er zijn minder aangename manieren om gewekt te worden.

Na een ‘breakfast with a view’ dalen we te voet de heuvel weer af terwijl gids Chanti ons het ‘kleine leven’ van de woestijn leert kennen. Zoals de ‘dancing white lady spider’, een spin van zo’n 20 mm die haar web in ondergrondse tunnels maakt en onder het zand op een prooi wacht. Of de ’tok tokkie’, een kever met beenhard pantser die lijkt op een wandelend deurknop. Maar dé ‘vangst’ van de dag is een Kaapse cobra die net voor onze voeten de weg oversteekt. Even schrikken, maar het diertje vreest ons wellicht nog meer dan omgekeerd. Een opwindend einde van een opwindende reis.

Of het nu de unieke landschappen zijn, de pracht van het dierenrijk of gewoon de oase van rust door de totale afwezigheid van onze alledaagse drukte, het is duidelijk dat de woestijnen van Namibië tot de verbeelding van elke natuurliefhebber spreken.

Kevin Van der Auwera

VTB Reizen biedt een 13-daagse rondreis in Namibië aan, waarbij u naast de Kalahari en de Namibwoestijn ook het bekende Etosha Park, de Fish River Canyon en de kustplaats Walvisbaai bezoekt.

De Kalahari Anib Lodge, de Kalahari Farm House en de Namib Desert Lodge staan in de huidige brochure, het Dune Star Camp wordt toegevoegd in de nieuwe winterbrochure die in juli verschijnt en vanaf 23 oktober geldig is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content