Sri Lanka

Sri Lanka, het vroegere Ceylon, is Azië op zijn charmantst.

De Singalese leeuw leeft nog altijd op voet van oorlog met de Tamil-tijger, maar in het heiligdom Kataragama belijden zowel boeddhisten als hindoes vreedzaam hun geloof. Het is een van de vele tegenstellingen die van het smaragdgroene Sri Lanka een fascinerende vakantiebestemming maken.

Bezienswaardigheden
Algemene informatie
Praktische informatie

Sri Lanka, het vroegere Ceylon, is Azië op zijn charmantst: gracieuze hindoevrouwen in met goud afgebiesde sari’s, schuw lachende Tamil-kinderen in keurige uniformen, magere mannen op de fiets, het hoofddoek oma-achtig onder hun kin geknoopt, kaalgeschoren tienermonniken in oranje pij onder een grote paraplu. Knetterende tuktuks laveren behendig tussen onverstoorbaar kauwende buffels, olifanten en boeddha-altaartjes langs de weg.

Polonnaruwa, de vroegere middeleeuwse hoofdstad, ligt aan een kunstmatig meer, het Parakrama Samudra (De Zee van Parakrama), zo genoemd naar koning Parakramabahu die dit reservoir zo’n acht eeuwen geleden liet bouwen omdat hij vond dat “geen waterdruppel uit de hemel in de zee mag terechtkomen zonder het volk te hebben gediend”.

Sri Lanka telt duizenden van deze kunstmatige meren, waarvan de grootste een oppervlakte hebben van verschillende vierkante kilometers. Van Polonnaruwa zelf resten alleen nog ruïnes, maar ze geven nog een uitstekend idee van de grootsheid van dit koninklijk complex, met zijn tempels, paleizen, kloosters en dagoba’s – zoals de boeddhistische stupa’s hier heten.

Maar de meeste roem genieten de beelden van de Gal Vihara (De Grot van de Geesten van de Kennis): vier gigantische, uit één granieten wand gehakte sculpturen die twee zittende, één staande en één liggende Boeddha voorstellen. Dit is zonder twijfel een heilige plaats.

Een fort in de hemel

De meest impressionante bezienswaardigheid op het eiland is ongetwijfeld Sigirya, een massieve rode rots die zich 180 meter boven het dichte oerwoud verheft en wel ‘een fort in de hemel’ wordt genoemd. Bouwheer was de lichtjes doorgedraaide koningszoon Kasyapa, die vreesde dat hij in de troonopvolging door een halfbroer gepasseerd zou worden en er niets beter op vond dan de bewuste broer te verjagen en de koning levend in zijn graf te metselen.

Maar naast een vadermoordenaar was Kasyapa ook een geniale architect en ingenieur die in de vijfde eeuw een even fabelachtig als oninneembaar paleis liet optrekken, met een irrigatiesysteem dat hedendaagse ingenieurs nog altijd voor raadsels stelt. Halverwege de westhelling is er de grot met de befaamde fresco’s van de Maagden van Sigyria, mysterieuze nimfen met ontblote boezem.

In Kandy moet je de Tempel van de Tand gezien hebben. De tand die hier bewaard wordt, behoorde toe aan Siddharta Gautama, de Boeddha. De relikwie werd in de vierde eeuw in het haar van een prinses naar Ceylon gesmokkeld en ze lokt nu al eeuwenlang bedevaarders uit het hele land naar Kandy.

Vlakbij Kandy ligt de botanische tuin van Peradeniya waar je behalve reuzenbamboes en meer dan 200 soorten orchideeën, ook de apenstaartenboom en de schoonmoederstongenboom kan bewonderen.

Onaardse schoonheid

Één van de heiligste plekken van Sri Lanka, Kataragama, ligt net buiten het Ruhuna National Park van Yala. Zowel boeddhisten, hindoes als moslims vereren er de Vel of drietand van Skanda of Kataragama Deviyo, oorspronkelijk de oorlogsgod. Het drukst is het hier op de Kataragama Perahera, het uitbundigste feest van het jaar rond de volle maan van juli of augustus.

Het Ruhunu National Park is van een bijna onaardse schoonheid: in een wereld van stilte ligt tussen oerwoud en oceaan een steeds wisselend landschap van zandduinen en lagunen, savanneachtige vlakten en meertjes vol spookachtige dode bomen. Sambarherten dartelen over de grasvlakten, elders grazen wilde buffels, scharrelen wilde zwijnen rond en gekraak tussen dichte begroeiing verraadt de aanwezigheid van olifanten.

In Galle, een slaperig vestingstadje getuigen een Oud-Hollands fort, een vuurtoren en de Groote Kerk van de Nederlandse kolonisatie. Ooit was Galle na Batavia de belangrijkste havenstad voor de Verenigde Oostindische Compagnie.

Negombo is dan weer de enige stad in Sri Lanka waar ’s zondags de kerkklokken luiden. In de Portugese tijd lieten de Karava’s, Tamil sprekende vissers, zich namelijk massaal tot christen omdopen en dat zijn ze tot de dag van vandaag gebleven. Vandaar de smartelijke heiligenbeelden in marsepeinkleuren die wonderlijk contrasteren met de exotiek van de vissershaven.

Bron: Weekend Knack

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content