Bezienswaardigheden

Kaapverdi? bestaat uit tien eilanden. Negen daarvan zijn bewoond, enkel op het kleinste eilandje Santa Luzia woont sinds 1990 niemand meer. Alle eilanden zijn geheel verschillend: het één vlak en kaal met prachtige zandstranden, het ander bergachtig en weelderig, het één toeristisch en levendig, het ander rustig en ideaal voor wandelaars.

Sal
Sal is het meest toeristisch eiland en dankt dit aan de witte stranden en diepblauwe zee. Sal behoort tot de tien beste plaatsen ter wereld om te surfen en is ook zeer geliefd bij kitesurfers en duikers. Sant Maria is een levendig en toeristisch kustplaatsje met verschillende restaurants en bars waar je ongetwijfeld kennis zal maken met de befaamde Kaapverdiaanse muziek.

Het binnenland van Sal is droog en dor, maar de zoutmeren en uigedoofde vulkaan in het noorden bij het dorpje Pedra de Lume zijn een bezoekje waard. Vier eeuwen lang leefde het eiland van de zoutwinning totdatin in 1985 de laatste zoutmijn definitief dicht ging.

Boa Vista
Ook Boa Vista bezit oogverblindende stranden en het staat verder bekend om de rijke dierenwereld. Boa Vista is veel minder toeristisch dan Sal en kent geen nachtleven. Wel kan je hier eindeloze wandelingen maken over onbedorven stranden. Je kan er ook verschillende watersporten beoefenen zoals windsurfen en duiken naar scheepswrakken. Tussen juni en september broeden schildpadden op de stranden en tussen december en februari heb je de kans om walvissen te zien.

Over het binnenland van Boa Vista kunnen we kort zijn: zand, zand en nog eens zand, af en toe onderbroken door een palmboom.

Sao Vicente
De bekendste inwoonster van Kaapverdi?, Cesaria Evora, komt uit Sao Vicente, net als de meeste andere muzikanten en schrijvers. De stad Mindelo met zijn mooie koloniale gebouwen is dan ook het culturele hart van de eilanden.

Je vindt hier niet de mooiste stranden, maar je kan er wel prima surfen. Ook kan je vanuit Sao Vicente een mooie één uur durende boottocht maken naar Santo Antao, een groen en bergachtig eiland waar je prachtig kan wandelen.

Santo Antao
De berglandschappen van Santo Antao behoren tot de mooiste en opzienbarendste van de wereld. Het eiland is geologisch betrekkelijk jong en de pieken en kammen zijn nog niet afgeplat door de wind en de tijd.

Tussen Porto Novo in het zuiden en Ribeira Grande in het noorden loopt een spectaculaire route door een afwisselend landschap van bergen en dalen, van droogte en weelderige vegetatie. De weg is niet geschikt voor mensen met hoogtevrees want hij loopt vlak langs de afgrond. Mis zeker het dorpje Fontainhas niet: de huizen staan hier aan de rand van een paar honderd meter diep ravijn.

Sao Nicolau
Dit eiland is nog vrijwel niet ontdekt door toeristen. Toch vormen de kale bergpieken een indrukwekkend landschap met schitterende vergezichten. Je kan er prachtige wandelingen maken en paardrijden en zeker voor vogelliefhebbers is dit eiland een aanrader.

Ribeira Brava is een mooi stadje met koloniale huizen en prachtige, zeer goed onderhouden, tuinen. Kijk trouwens niet vreemd op als je op het strand van Tarrafel mensen onder in plaats van op het zand ziet liggen: volgens de lokale bevolking heeft het zand hier namelijk een heilzame werking.

Maio
Maio doet denken aan Sal en Boa Vista: een vlak en kaal binnenland met zoutvlakten en prachtige stranden. Het verschil is dat hier in het binnenland bossen aangelegd zijn zodat het er in de toekomst anders uit zal zien. Toeristen komen hier nog vrijwel niet waardoor je er rustig kan wandelen en kan kijken naar de schildpadden die op het strand hun eieren uitbroeden. In het stadje Vila do Maio vind je een mooie mengeling van Portugese en Britse architectuur.

Een aanrader: een jeep huren en een rondrit op het eiland maken.

Brava
Brava is het kleinst bewoonde en meest zuidelijke eiland. Doordat hier de meeste neerslag valt groeien hier veel bomen en planten. Het eiland dankt daaraan de bijnaam ‘bloemeneiland’. De natuur is uitgesproken bergachtig met dramatische pieken en diepe kloven. De kust is grillig met steile klippen waarlangs je prachtige wandelingen kan maken.

Santa Luzia
Santa Luzia is het enige Kaapverdische eiland dat niet meer bewoond wordt en tegelijk het kleinste eiland. Vanaf de 17e eeuw woonden enkele mensen op Santa Luzia, maar de laatste bewoners vertrokken in 1990. Je kan Santa Luzia enkel bereiken met een vissersboot vanuit Sao Vicente die er twee uur over vaart. Het landschap is erg kaal en droog. De kust in het noorden is ruig, in het zuiden liggen duinen en stranden.

Santiago
Santiago is het grootste en langst bewoonde eiland en staat bekend om zijn bruisende nachtleven. De hoofdstad Praia is een levendige, typisch Afrikaanse stad met kleurrijke markten en op iedere straathoek livemuziek. Een andere bezienswaardigheid op Santiago zijn de oude slavenhandelsposten Cidade Velha en Forte Real de Sao Filipe.

Qua landschap is Santiago erg afwisselend: vulkanisch gebergte, groene valleien en mooie stranden, maar ook dorre, kale stukken. Voor ornithologen is het eiland erg interessant omdat er veel inheemse vogels leven.

Fogo
Op dit eiland ligt de enige nog actieve vulkaan in Kaapverdi?. De vulkaan is bijna 3000 meter hoog en bezit een gigantische krater van 7 bij 10 kilometer, een prachtig punt om vulkanische activiteit te aanschouwen. De vulkaan is verantwoordelijk voor het bijzondere maanachtige landschap met donkere rotsen en zwart zand. Door de lava is de grond op Fogo erg vruchtbaar.

Naar de top van de vulkaan wandelen is een zeer speciale ervaring, vooral de weg naar beneden. Je doet er ongeveer 3,5 uur over om boven te komen. Naar beneden gaat veel sneller, ongeveer anderhalf uur. Je kan dan naar hartenlust naar beneden rennen en je gewoon languit laten vallen in de zachte lava.

Op Fogo ligt ook het Portugees aandoende stadje Sao Filipe met leuke pleintjes, straten met kinderkopjes en huizen in pasteltinten versierd met Portugese tegeltjes.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content