Eolische eilanden

Hip in de zomer, bekoorlijk in andere seizoenen: de Eolische Eilanden ten noorden van Sicilië zijn het decor voor films in vulkaanlandschappen. Te voet, met de ferry en per scooter naar Vulcano en Lípari, naar Salina en de krater van Strómboli: ontdekkingen op de goede eilanden.

Hip in de zomer, bekoorlijk in andere seizoenen: de Eolische Eilanden ten noorden van Sicilië zijn het decor voor films in vulkaanlandschappen. Te voet, met de ferry en per scooter naar Vulcano en Lípari, naar Salina en de krater van Strómboli: ontdekkingen op de goede eilanden.

Het eiland Lípari is onopvallend: de weg langs de kust kronkelt omhoog, biedt uitzichten op steile kusten en eilanden aan de overkant, maar het bekoort nauwelijks.

In de hoofdstad Lípari ligt Villa Meligunis die haar charme bewaart met origineel meubilair, moderne kunst en alle comfort van de eenentwintigste eeuw. Van op het dakterras is het stadje mooi: een wirwar van pastelhuizen rond een oude akropolis, een fort met vestingmuren, klooster, resten van een Romeins amfitheater, kerken en de kathedraal van San Bártolo.

Belangrijkst is het Museo Eoliano, een van de mooiste archeologische musea van Sicilië: neolithisch aardewerk, amforen, sieraden, Griekse theatermaskers en terracotta beeldjes van dansers en acteurs.

De weemoed van de postbode

De Eolische Eilanden zijn ontdekt. In de jaren negentig maakte Il Postino het stille Salina bekend. Nu zie je dat groepen de plek willen zien, al is het van boven op de rots met ver beneden het huisje aan zee.

Salina is het landschappelijk mooiste eiland: een koppel volmaakte borsten, twee vulkanen die op hun flanken kappers, rozijnen en malvasiadruiven laten gedijen. De oude naam Didyme betekent zoveel als tweeling.

Gele brem, een meisje met opwaaiend rokje op een brommer, zoutpannen die het eiland zijn huidige naam geven, een vuurtoren, eilanden aan de horizon, een hagedis en zwarte slang op de weg, een blauwe rotslijster op een kale steen, Malfa waar minder dan niets gebeurt, een hoge uitkijk met in een kom de handvol huizen van Pollara.

Eilanden van Aeolus

Je ruikt het voor je aankomt: als de ferry naar Vulcano het haventje Porto di Levante binnenvaart, dringt een wasem van zwavel je neus binnen. Dit is de smidse van de Latijnse god Vulcanus. Het eiland dat het dichtst bij de kust van Sicilië ligt, is een hippe bestemming met warmwaterbronnen en fanghi, zwavelhoudende modderpoelen om te baden.

Boven kringelen rond de Periplo Cratere dampen en gassen, gele zwavelkristallen smukken als een lippenstift de monden van de fumarolen. Een infernale plek met uitkijk over de Eolische archipel in de Tyrreense Zee, met links de tweelingsklompen Alicudi en Filicudi, de afgelegen eilanden waar de minsten naartoe reizen.

De zeven eilanden zijn genoemd naar Aeolus, van wie niemand precies weet of hij een god of Titaan was. In zijn burcht had hij met Enarete twaalf kinderen, zes van elk geslacht die vredig en incestueus samenleefden. Toen Aeolus hieraan een eind moest maken, vertrokken de zonen om in Italië en Sicilië koninkrijken te stichten.

Maar hij is vooral de heerser over de winden, die in staat zijn land en zee naar de hemelen te slingeren.

Sterren aan de hemel

Panarea is het eiland dat in de zomerse maanden toevluchtsoord is voor duizenden dansende en swingende mensen uit de jetset, uit de gegoede kringen van Italiaanse grootsteden, een eiland met dure hotels en chique bars.

Stromboli is het eiland van passionele drama’s, van begeerte en liefde en van de meest actieve vulkaan in Europa. De vulkaan dobbert volmaakt in zee: een conische driehoek, oplopend naar die rokende kratermond, het archetypische beeld van de Eolische Eilanden.

Alles is eenduidig, zuiver, simpel, de huizen tussen de wijnranken, trappen, stegen en purperen bougainvillea’s. Op het plein hangen in Bar Ingrid foto’s en affiches van de film en de Zweedse actrice, die had geschitterd in Casablanca.

Een steenworp verder ligt een rood huis, gesloten, luiken dicht, een gevelsteen houdt passionele herinneringen in leven: “Hier leefde Ingrid Bergman die met Roberto Rossellini de film Strómboli draaide in de lente van 1949”.

De klim naar de top van de Stromboli is net geen drie uur stappen. De eenzame Strómboli is hip. Met negenhonderd meter is de berg voor iedereen bereikbaar. De flank wordt kaal, rotsig, steil. De rommelende geluiden worden luider, rook kringelt uit vijf brandhaarden van de kookpot van moeder aarde. Om de tien minuten blaft de berg en stoot een donkere wolk uit.

Pas als de zon verdwenen is, krijgen de vuurspuwers hun rode gloed van lava en gloeiende stenen. De vulkaan sist, spuwt, dreigt. Vandaag zet de Strómboli de sterren aan de hemel.

Bron: Weekend Knack

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content