Door de klimaatverandering is bergbeklimmen gevaarlijker geworden. Het risico op vallende rotsen neemt toe.
Door de klimaatverandering ontdooit de permafrost (een aardlaag die normaal permanent bevroren blijft) en worden gletsjers en sneeuwvelden kleiner. Daardoor worden meer rotsen blootgesteld aan de lucht. Dat vermindert hun stabiliteit en vergroot de kans dat ze aan het rollen gaan of vallen.
Door de dooi ontstaan immers scheuren en holtes. Daarin sijpelt water. Wanneer dat water in de winter opnieuw gaat bevriezen, zet het uit en vergroot het de scheuren en holtes nog. Zo breken rotsen langzaam af.
Zwitserse Alpen
Dat de risico’s toenemen leidde Arnaud Temme van de Universiteit van Wageningen (Nederland) af uit klimgidsen voor de Zwitserse Alpen geschreven door zeer ervaren klimmers. Hij onderzocht tientallen gidsen van de laatste anderhalve eeuw en ging na wat de auteurs vertelden over het risico van vallende rotsen op de beschreven klimroutes.
De risico’s zijn niet overal even groot. De oriëntatie van de helling speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol. Op de oost- en westflank van een berg is het gevaarlijker omdat de temperatuurschommelingen daar groter zijn. Ook in zones die omringd zijn door rotsen of zones met veel graniet en amfiboliet is het gevaar groter. (IPS)
