‘DIT IS HET MEEST COMPLETE WAT IK OOIT GEDAAN HEB’

Christophe Coppens : "Voor mij is deze opera echt een coming of age. Het vosje wordt van meisje tot vrouw. Het gaat ook om empowerment." © Filip Van Roe

Zeg Christophe Coppens en iedereen denkt aan zijn uitzinnige hoeden. Weinigen weten dat zijn parcours begon in het theater. Na een omweg van 25 jaar maakt hij nu zijn comeback, met een opera in De Munt.

Zou je niet vaker kostuums voor ons willen ontwerpen ?”

“Alleen als ik ook de decors mag tekenen.”

“Waarom doe je dan niet ineens ook de regie ?”

“Nee, nee. Dat is iets van vroeger. Daar ga ik echt niet meer mee beginnen.”

Dit gesprekje tussen kunstenaar Chris-tophe Coppens en De Munt-directeur Peter De Caluwe van een jaar geleden, is ronduit misleidend. De dag nadien greep Coppens de telefoon en zei tegen De Caluwe: “Ik heb me bedacht, Peter. Natuurlijk wil ik regisseren.”

Volgende week is het al zo ver. Dan gaat Coppens’ allereerste opera in première in De Munt: Foxie! of Het Sluwe Vosje van de Tsjechische componist Leo? Janá?ek. Het werd haast een gesamtkunstwerk. Kostuums, decors én regie : alles nam Chris-tophe Coppens (47) voor zijn rekening.

En zo werd Coppens de hoedenmaker die ging regisseren. Of toch niet ? Eigenlijk is hij een regisseur die hoeden begon te maken. Op zijn vijftiende kreeg Coppens de theatermicrobe te pakken. Elke dag trok hij na schooltijd richting de academie van Sint-Niklaas. “Ik volgde er dictie, klassiek ballet, voordracht, literatuurgeschiedenis en ga zo maar door. Ik was ervan overtuigd dat ik acteur wilde worden.” Maar al snel bleek acteren niet zijn grootste talent. “Ik had meer oog voor alle andere dingen op scène, zoals het decor en het licht. En ik had altijd commentaar op de regisseur.” Uiteindelijk trok Coppens toch naar het Brusselse conservatorium, waar hij les kreeg van acteur en regisseur Senne ‘Kapitein Zeppos’ Rouffaer. Die had niet veel oren naar Coppens’ regie-ambities. “Wat je later doet, moet je zelf weten. Maar in mijn les kom je gewoon acteren”, zei hij tegen de jonge Coppens. Waarop die na zijn uren toneelstukken begon te maken, samen met medestudenten. Niet zonder succes. Ze speelden onder meer in de Beursschouwburg en de Arenberg.

ENKELTJE PARIJS

Maar waar komen de hoeden dan in het spel? Iedereen kent hem immers van zijn avant-gardistische hoofddeksels voor onder anderen popster Róisín Murphy en koningin Mathilde. Hoe belandt een mens van het theaterpluche in de mode, vragen we aan Coppens. “Voor mijn eigen toneelstukken maakte ik ook zelf de kostuums en de decors. Voor één stuk had ik reeks hoeden nodig. Omdat er vraag naar was, verkocht ik die achteraf aan moeders van vrienden. Heel toevallig had ik in die tijd een kamer op een benedenverdieping vlak bij het Brusselse Zuidstation. Mijn hoeden stonden voor het raam als een soort vitrine. Op een dag passeerden modejournalisten Béa Ercolini en Véronique Heene langs mijn raam. Zij waren meteen enthousiast”, vertelt Coppens. Marie Claire, waar Ercolini toen voor werkte, bezorgde de jonge ontwerper een showroom tijdens de modeweken in Parijs. De internationale pers en inkopers pikten de lijn meteen op. Dat was in 1990. “Ik zat toen nog op het conservatorium. Maar ik was al veel met andere dingen bezig. Uiteindelijk ben ik in mijn laatste jaar gestopt.”

SALIETHEE

We ontmoeten Christophe Coppens in het repetitielokaal van De Munt. Her en der slingeren attributen: een oude toog, een turnzaalrek met ballen, een tiental stapelbedden en een handvol autostoelen. “Allemaal van vorige voorstellingen”, verzekert hij ons. “Alle props voor Foxie! zitten al in de vrachtwagen. Net als het decor”, glimlacht Coppens mysterieus. Een tipje van de sluier oplichten, wil hij niet. “Het moet een zo groot mogelijke verrassing worden”, glundert hij terwijl hij zijn thermoskan opendraait. “Elke dag drink ik saliethee of gemberthee met honing en citroen. Dat doet wonderen voor mijn energie en mijn stem. Ik kan je verzekeren : dat kan ik wel gebruiken. We repeteren van dinsdag tot zondag. Maandag is onze weekenddag, maar dan werk ik ook gewoon door. Mijn appartementje is naast De Munt. Momenteel leef ik echt in een bubbel. Maar ik klaag niet. De samenwerking met het team is geweldig. En alles loopt volgens plan. We zijn helemaal op schema.”

Dat zou je een klein wonder kunnen noemen. Want een half jaar geleden kreeg Coppens te horen dat hij geen vijftien, maar slechts zes maanden tijd had om deze opera in elkaar te steken. Hoe dat kwam? Een kleine reconstructie : in mei 2015 sloot de Muntschouwburg zijn deuren voor een grondige renovatie. Alle opera’s verkasten naar andere zalen. Of naar het ‘Muntpaleis’ : een grote en luxueuze – maar ook peperdure – tent op Tour & Taxis. Normaal zouden de werken in maart 2016 klaar zijn. Maar door problemen allerhande wordt dat eind mei 2017. Pas in september heropent de schouwburg, met het nieuwe theaterseizoen. Daarom moest De Munt zijn programmatie herschikken. Coppens’ opera Foxie! werd vervroegd. “Ineens had ik negen maanden minder om de opera te maken. En moest ik niet in de schouwburg, maar in de tent spelen. In plaats van ertegen te vechten, gebruikte ik die tentstructuur juist in mijn decor. Daarvoor werkte ik samen met het jonge Antwerpse bureau ISM Architecten. We besloten om de tent zoveel mogelijk te tonen. Het podium is daardoor vier keer groter dan normaal, wel dertig meter diep.”

STALKER

In die zes maanden heeft Christophe Coppens de originele opera uit 1924 flink dooreen geschud. Oorspronkelijk speelt de sprookjesachtige fabel zich af in een bos. Een jong vosje wordt gevangen genomen door een boswachter om te houden als huisdier. Het vosje ontsnapt, ontmoet een ander vosje, krijgt veel kindervosjes en wordt uiteindelijk neergeschoten. “Toen componist Leo? Janá?ek dit stuk schreef, was hij dolverliefd op een onbereikbare vrouw. Hij was al 68 en stuurde haar aan de lopende band brieven. Die heb ik allemaal gelezen. Vandaag zouden we dat stalken noemen”, glimlacht Coppens. “Voor de plot liet Janá?ek zich inspireren door een strip in de krant. Het verhaal is tamelijk banaal. De echte schoonheid zit in de muziek. Dat was voor mij dan ook het vertrekpunt. De muziek vertelt het verhaal. Soms zijn er vrolijke deuntjes, maar er is ook duisternis. Soms is het pure Hitchcock, horror haast. Als ik met mijn ogen dicht naar de muziek luister, dan slaat mijn fantasie op hol. Als vanzelf komen er rare beelden in mij op.”

Om de muziek voluit te laten spreken, veranderde Coppens de setting. Het bos en de dieren vlogen eruit, in ruil voor een lelijke polyvalente dorpshangar en een bende jongeren. Ook de originele titel, Het Sluwe Vosje, ging overboord. Coppens maakte er het hippere Foxie! van. “Voor mij is deze opera echt een coming of age. Het vosje wordt van meisje tot vrouw. Het gaat ook om empowerment. Soms komt het vosje in benarde situaties, maar dat is puur uit nieuwsgierigheid en honger naar het leven. Ze is nooit een slachtoffer”, legt Coppens uit. “Ook in het echte leven zitten vrouwen beter in elkaar. In januari liep ik in Los Anegeles, waar ik woon, mee met de Women’s March. De energie die daarvan uitging, was fantastisch. Dat geeft moed. Zeker in deze woelige tijden. Ik durf te zeggen dat het de beste dag van mijn leven was.”

GRIJZE EN BEIGE MENSEN

De balletten klasseerde Coppens ook verticaal. Door die weg te laten, creëert hij ruimte voor nieuwe elementen. “Extra tekst toevoegen, is natuurlijk uit den boze. Maar ik laat van alles gebeuren, zonder dat er gezongen wordt. Zo stroomt in de eerste scène de hangar vol met dorpsbewoners die net hebben deelgenomen aan een traditionele parade. In plaats van drie minuten te kijken naar ronddartelende vlinders, zie je enthousiaste mensen die hun kostuums verwisselen voor hun eigen kleren. Oftewel : die vanuit de fantasie weer in de werkelijkheid komen. Ik speel in het stuk met de troebele grens tussen droom en realiteit. Less is more is niet van toepassing op deze voorstelling.”

In het stuk is een heel belangrijke rol vastgelegd voor een groep van dertig jongeren. Zij staan de volledige voorstelling op scène, anderhalf uur. De jongeren botsen geregeld met de ouderen in het dorp. “Een generatieclash is overdreven, maar er is zeker een kloof. De grijze, beige mensen zijn bang van alles wat ze niet kennen. De jongeren hebben een gigantische voorsprong op hen. Diversiteit in gender, religie en seksualiteit is voor hen een evidentie. Voor de voorstelling heb ik heel veel met die jongeren gepraat. Ik geloof echt dat deze generatie Z het verschil gaat maken in de toekomst.”

BOE !

Je zou kunnen zeggen dat Coppens na meer dan 25 jaar het theater opnieuw ontdekt heeft. Maar zelf ziet hij dat anders. “In al mijn projecten – van hoedencollecties over tentoonstellingen tot beeldende kunst – voel je de theaterinvloed. Ik was altijd bezig met verhalen vertellen. Maar regisseren is wel het meest complete wat ik ooit gedaan heb. Toch had ik dit tien jaar geleden niet kunnen doen. Toen miste ik nog de rust en de ervaring. Het is gevaarlijk om te zeggen, maar ik voel me hier erg thuis. Ik zou het heel fijn vinden om vaker voor De Munt te werken. Maar ik wil niet op de feiten vooruitlopen. Ik leef heel erg in het nu, niet in de toekomst. Laat ik er eerst voor zorgen dat deze opera echt goed is. Spannend is het zeker, want mensen roepen ‘boe! ‘ in de opera als ze het slecht vinden.” Gelukkig gaan mensen ook rechtop staan als ze het wél goed vinden.

Foxie! gaat in première op vrijdagavond 17 maart. De opera speelt nog tot 2 april. Kaarten kosten tussen de 10 en 122 euro. Achteraf (van 12 april tot 2 mei) kun je de opera gratis integraal online bekijken via demunt.be

Tekst Iris De Feijter & portret Filip Van Roe

“Ik speel in Foxie! met de troebele grens tussen droom en realiteit. Less is more is niet van toepassing op deze voorstelling”

“Voor de voorstelling heb ik veel met jongeren gepraat. Ik geloof echt dat deze generatie Z het verschil gaat maken in de toekomst”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content