Een storm van getallen, kabbala en symboliek wordt in De geheimen van Jeruzalem van Marek Halter op je losgelaten. Het gaat over een document dat een van de 64 raadselen van de Rol der Ta’amres onthult, de raadselen die de schatten van de tempel van Jeruzalem beschermen. Daaruit resulteert een spel van associaties die verwijzen naar de getallenspellen bij Borges (de Aleph) en naar systemen waar het getal 64 een essentiële rol speelt, bijvoorbeeld het schaakbord met zijn 64 velden. Veel mandala’s, archetypen en yin en yang in deze avonturenroman waarin de vraag wordt opgeworpen waarom de Eeuwige ertoe besloot het dorre Jeruzalem als zijn uitverkoren plek te kiezen. Wie van het genre houdt, komt aan zijn trekken, ook al knarst de vertaling hier en daar. Wat te denken van een zin als: “Zijns ondanks gefascineerd door Rosens verbale acrobatiek, keek Tom nogmaals vol onbegrip zijn hoofd schuddend naar Orit.” Dat kan toch wel beter. (De Prom, 914 fr.) PdM

Een beetje ten onrechte is de Amerikaanse schrijver Francis Scott Fitzgerald een tijd in de vergetelheid geraakt. Tot Hollywood, waarmee hij als scenarist heel zijn leven een ambivalente verhouding had, hem weer ontdekte. De derde verfilming (de eerste was nog een stomme film) van ‘The Great Gatsby’ met Robert Redford en Mia Farrow in 1974 maakte de schrijver weer beroemd, 30 jaar na zijn dood. Fitzgerald was de chroniqueur van een generatie in de jaren ’20 die omschreven is als ’the jazz age’. Veel van zijn werk is grotendeels autobiografisch, en zijn grote eerzucht was lid te worden van de hogere kringen. Dat lukte hem aardig door in 1920 te trouwen met Zelda Sayre. Haar ongelooflijke spilzucht verplichtte Fitzgerald ertoe voor populaire maar goed betalende tijdschriften en Hollywood te gaan werken. In 1930 werd zijn vrouw opgenomen in een psychiatrische inrichting en ging hij nóg meer drinken. Teder is de nacht is het nauwelijks verholen verhaal van zijn eigen leven. (Contact, 995 fr.) FB

De smaak van de liefde is een verzameling intelligente, ironische, soms ondeugende columns, waarvan de meeste eerder verschenen zijn in NRC Handelsblad. Ileen Montijn kijkt geamuseerd, soms ook stekend neer op het mensdom en maakt fijntjes komaf met de nog resterende taboes: ons lieve lijf, onze dagelijkse porties leugens, oud worden, lastige kinderen, verdriet, schaamte… We krijgen een reeks verhelderende en confronterende opiniestukjes over politiek, kunst, reclame, poëzie, het huwelijk, seks, de media, alles moet eraan geloven. Een leuk en onderhoudend boekje vol pittige levenswijsheid. Voor grote mensen telkens een genoeglijk ‘verhaaltje voor het slapengaan’. (Thomas Rap, 599 fr.) AS

Is uw collega ook zo’n vrouw die alles aankan? En vraagt u zich af hoe ze die combinatie van echtgenote, moeder, carrièrevrouw klaarspeelt? Victoria Moran geeft een aantal bruikbare tips waar een drukbezette vrouw rekening mee kan houden in Hoe doet ze dat? De eerste voorwaarde om te slagen, is een ‘betoverd leven’ te leiden of principes in praktijk te brengen die harmonieuze omstandigheden mogelijk maken. Een goede fee bestaat niet. Niet voor u, maar ook niet voor de collega op wie u soms jaloers bent. Stel voor uzelf vast hoe u zou willen dat uw leven eruitzag, en stel dat beeld regelmatig bij, is het advies van Victoria Moran. Investeer in vitaliteit door positief over uw lichaam te spreken en lichamelijke uitdagingen aan te gaan. Een ‘betoverd leven’ betekent ook: echte relaties en echte ervaringen. Moran vindt dat alles veel aantrekkelijker wordt zodra u beseft dat u op aarde bent om te leren en lief te hebben. Wees ook trots op wat u kunt en leer nu en dan iets bij. Met elke vaardigheid wordt u onafhankelijker. Een beetje spiritualistisch klinkt het wel bij Moran. (Luitingh-Sijthoff, 495 fr.) FB

De in Los Angeles gevestigde Amerikaanse kunstenaar/illustrator Raymond Pettibon heeft een cultstatus wegens zijn niets en niemand ontziende, nihilistische cartoons, maar ook omdat zijn werk niet meteen in de modale stadsbibliotheek te vinden is. Zoals het een zelfgekozen outcast past, zorgt Pettibon zelf voor zijn output: tussen 1978 en 1998 gaf hij in eigen beheer (met behulp van het onvolprezen hardcore-platenlabel SST) erg gelimiteerde, in een bepaald veelvoud gefotokopieerde boekjes uit, die niet tussen de plooien van de geschiedenis verdwenen, maar ook niet verder dan een kring van fans raakten. Al deze essentiële artefacten zijn nu herdrukt op duurzamer papier, gebundeld in een erg dikke band en voorafgegaan door een lange, diepgravende tekst annex lofbetuiging, onder de titel Aus dem Archiv der Hefte. Aldus krijgt Pettibons gitzwarte, nu nog steeds ongemakkelijk makend werk, de aandacht dat het verdient, zij het wat laat. (Walther König, ca. 2300 fr.) PdP

Paul heeft het moeilijk. De nieuwe vriend van zijn moeder woont bij hen in, Uschi (zijn moeder) is zwanger en ze denken aan trouwen. Bovendien is hij een beetje verliefd op Marlene, maar dat vindt zijn vriendinnetje Riki niet leuk…

Broertje te koop (het vervolg op ‘En ik dan?’) van Nina Schindler is opnieuw een zeer herkenbaar boekje over en voor prille tieners. Alle typische situaties en problemen – van pukkels tot verlegenheid en verliefdheid – komen erin aan bod. Maar Schindler vertelt Pauls verhaal met humor waardoor het boekje noch betuttelend noch overdreven dramatisch overkomt. (Uitgeverij Clavis, 495 fr.) HV

dia

Samen zingen: uren konden we daar als kind mee doorgaan. En de nonsensliedjes stonden bovenaan ons lijstje. “Empompee, poedenee, poedenaska”, bijvoorbeeld. Of: Ozewiezewozewiezewalla. En laat dat laatste nu ook de titel van een boek zijn waarin Jan Van Coillie 100 klassieke kinderliedjes bij elkaar bracht. Van “ABC de kat gaat mee” tot “Zwarte Piet, wiede wiede wiet”. Klaas Verplancke zorgde voor illustraties en Annemie Van Riel noteerde de noten. Er zijn de minder bekende liedjes zoals het droevige “Klein Anna zat op ene steen”, maar ook de superklassiekers als “Papegaai is ziek” of “Twee emmertjes water halen”. Het is uiteraard onbegonnen werk om alle plaatselijke tekstvarianten op te nemen; en wat het boek evenmin vertelt is dat bij heel wat van die liedjes ook bewegingen, dansjes of zelfs spelletjes horen (“Antoinette, wie heeft de bal?” bijvoorbeeld). Maar laat dat de pret niet bederven. (De Eenhoorn, 895 fr.) HV

Een onbereikbaar ideaal: de uomo universalis. Niet als de mens die alles weet, maar als de mens waarin wetenschap en schoonheid, droom en geluk, rede en hartstocht harmonisch samengaan. De man die voor dat humanistisch beeld staat, werd geboren in het Toscaanse dorp Vinci. Als vader van de Mona Lisa en de Vitruvische Man, van tekeningen van de menselijke anatomie, als ontwerper van vliegtuigen, instrumenten en tanks geldt hij als een van de grootste geesten: Leonardo da Vinci. Met het gelijknamige boek, tegensprekelijk ondertiteld met de eerste natuurwetenschapper, heeft Michael White een boeiende biografie geschreven. De klemtoon ligt op zijn kunstenaarschap en wetenschappelijke ideeën, want gegevens over zijn persoonlijke gevoelens zijn schaars. Toch groeit een fascinerend portret van deze veelweter par excellence: bastaardkind en autodidact die aan de hoven van Florence, Milaan en Frans I werkt als schilder, beeldhouwer, architect en uitvinder, tempelier en utopist. Ook zijn homoseksualiteit wordt eindelijk op een gewone manier behandeld. Voor de auteur zijn persoonlijkheid en werk van Leonardo een blijvende “reden om de mensheid hoog te achten”. (Tirion, 995 fr.) MG

In 1918 doodde een griepepidemie 40 miljoen mensen. Waar kwam het virus vandaan? Waarom was het zo dodelijk? Hoe kon het zich zo snel verspreiden? En hoe reageerden overheden overal ter wereld? De verbluffende antwoorden staan in Griep. Het verhaal van de grote Influenza epidemie van 1918 en de zoektocht naar het dodelijke virus: een onververvalst detectiveverhaal over een echte seriemoordenaar. Gina Kolata brengt suspense en wetenschap samen in een helder en pittig boek. Voor wie houdt van een spannend verhaal en tegelijkertijd ook iets wil opsteken. Aan het begin van vorige eeuw stond de medische wetenschap nog nergens. De auteur toont hoe artsen ervaringen uitwisselen, oorzaken en verbanden samenbrengen en daardoor de geheimen van ziekte en dood langzaam ontrafelen.

Hypochonders onthouden zich. Mensen met griep eveneens.

(De Bezige Bij, 799 fr.) MM

dia

Velen hebben een afkeer van Yoko Ono, simpelweg omdat ze het (on)geluk had de vriendin te zijn van Beatle John Lennon, maar pas echt onrechtvaardig is dat door dergelijke onnozele vooroordelen vergeten wordt dat Ono een uitstekende kunstenares was en is, misschien een betere dan Lennon. Ono is in elk geval nog veelzijdiger: als Fluxus-lid en -adepte maakte ze in de jaren ’60 sobere en toch diepgravende conceptuele werken en performances, gedichten en teksten. Later begon ze met repetitieve video’s en produceerde ze demonenuitdrijvende muziek, het soort dat nog steeds z’n gelijke niet kent, en dat is een compliment. Dat alles en nog meer (fotografie, advertenties, collaboraties) is verzameld in Yes Yoko Ono: een subliem overzichtsboek annex catalogus bij een New Yorkse expo. Haar werken zijn vergezeld van een feilloze omkadering weergegeven, en achteraan zit een cd met speciaal voor de band gecomponeerde muziek. (Abrams, ca. 2850 fr.) PdP

Griet Schrauwen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content