Geraakt Nederland weer in de ban van de tulpomania? Zo’n vaart zal het wellicht niet lopen, maar het is een feit dat er op 19 november bijzondere tulpenbollen worden geplant in de tuin van het Rijksmuseum in Amsterdam. Het gaat om zeventiende-eeuwse tulpen.
Geraakt Nederland weer in de ban van de tulpomania? Zo’n vaart zal het wellicht niet lopen, maar het is een feit dat er op 19 november bijzondere tulpenbollen worden geplant in de tuin van het Rijksmuseum in Amsterdam. Het gaat om zeventiende-eeuwse tulpen.
De tulpomania, ook tulpenwoede genoemd, begon omstreeks 1600 en eindigde met een climax begin februari 1637. De tulp werd via botanici uit de Zuidelijke Nederlanden, bij ons dus, vanuit het Ottomaanse Rijk in de Noordelijke Nederlandse geïntroduceerd. Vanaf 1600 doken de tulpen overal op en dat merk je best in de kunst. Zowel schilderijen, schotels als tegels werden met kleurrijke tulpen bedacht.
Rond 1634 werd de tulpenbol pas echt het voorwerp van een intensieve speculatie. Begin 1637 werden er tulpenbollen verkocht aan buitengewone prijzen. Sommige bollen kostten zoveel als een Amsterdams grachtenpand. Iedereen wilde van die kleurrijke tulpen waardoor de prijs enorm opliep en speculanten de bedragen die ervoor werden opgehoest nog wat aanwakkerden. Deze bubbel explodeerde dus in februari 1637. Veel lieden verloren hun fortuin aan de tulpenwoede. De tulpomania werd zelfs een economisch begrip.
Maar de belangstelling voor mooie tulpen bleef, vooral voor de gestreepte exemplaren. Wetenschappers hebben nu tulpen gekweekt die sprekend lijken op de voorbeelden uit de zeventiende eeuw. En het zijn deze ‘zeventiende-eeuwse’ bollen die nu worden geplant in de tuin van het Rijksmuseum, alwaar je ook heel wat tulpen op schilderijen kunt bewonderen. Tot een speculatie op de prijs van de bollen zal het wellicht niet meer komen. Maar volgend voorjaar kunnen we dus in Amsterdam wel gaan genieten van dit unieke tulpenveld.
Piet Swimberghe
