LINDA ASSELBERGS

Linda Asselbergs/Koen Fillet

Bob, zo heette hij, maar wij noemden hem Mop. Of Vettige Mop, wat niet zozeer met zijn uiterlijk, maar met zijn voorliefde voor aangebrande witzen te maken had. Maar bovenal was Mop een tramspotter, een veeleer exotische hobby voor een eerstejaarse germanist. Terwijl wij ons door klankverschuivingen en het oeuvre van Snorri Sturluson worstelden, trok hij met zijn bloc-note de straat op en wist ons achteraf vol verrukking te melden dat hij op lijn 10 tramstel 507 mét aanhangwagen waargenomen had. Qua Snorri en co werd het niks, wellicht was Mop voor-bestemd voor een blitzcarrière in het openbaar vervoer.

Dat ik na al die jaren ineens weer aan hem moest denken, lag aan de Siberische lijster, of sla me dood, het kan ook een Siberische tjiftjaf geweest zijn, Koen. In elk geval een sympathiek vogeltje dat, de kluts kwijt door de revival van de ijstijd, begin januari voor het eerst sinds vele jaren onze contreien aandeed. Daardoor haalde het zelfs het televisienieuws, omringd door een meute opgetogen vogelspotters, veldkijker in aanslag.

Mannen en hun hobby’s, het heeft iets aandoenlijks en tegelijk iets alarmerends. Hoe ze er helemaal in opgaan, er hun centen aan vergooien, er soms zelfs hun relatie en gezinsleven voor op het spel zetten. Mannen die op de scheerzolder het Zwitserse spoorwegnet nabouwen, na hun uren de Slag van Waterloo overdoen of zoals le facteur Cheval 33 jaar lang in hun dooie eentje aan een Palais Idéal knutselen. Een vrouw zie ik zoiets niet doen, Koen. Wij hebben andere dingen aan ons hoofd : kinderen met een oorontsteking, voedsel dat aangesleept moet worden of kleren naar de stomerij. En wij hebben over het algemeen ook niet dat obsessieve, dat rechtlijnige om monomaan met iets bezig te zijn. Dat bruggetje tussen de twee hersenhelften, weet je wel.

Vogelspotters, van alle hobbyisten kunnen ze nog het meest op mijn sympathie rekenen. Eenzaten die in camouflagekledij en rubberlaarzen over nevelige watervlakken turen en helemaal opfleuren bij het zien van een bruine kiekendief. Wie zo opgaat in de natuur, kan geen slecht mens zijn, Koen. Vandaar : alleenstaande dames, vergeet supermarkt en het praatcafé als jachtterrein, aan de Blokkersdijk zitten er, echt waar, een paar prijsbeesten in het riet.

KOEN FILLET

Ik ken een mevrouw die eenpersoonskoffiemelkverpakkingetjes verzamelt, Linda. Weet je wat ik bedoel ? Er is geen ander woord voor : eenpersoonskoffiemelkverpakkingetjes. Zo’n rond kuipje, meestal bruin plastic, dat ze op café naast je kopje leggen. Er zit een lipje aan dat je moet afbreken en waarmee je de afdekfolie kan lostrekken, zodat je een wolkje melk in je koffie kunt gieten.

Ooit heeft de mevrouw in kwestie mij onderhouden over de problemen waarmee ze wordt geconfronteerd bij het beoefenen van haar hobby. Koffiemelk heeft namelijk een houdbaarheidsdatum, Linda. Koffiemelk wordt zuur en dat staat verzamelen in de weg, zei ze. Dat begreep ik niet meteen. Ik zei haar dat het toch niet de bedoeling is de melk te gebruiken, en dat het me dus geen probleem lijkt dat ze zuur wordt. Dat was een domme opmerking. Ze keek van me weg, alsof ze zich zat af te vragen of het de moeite loonde het mij uit te leggen. Zure melk gaat gisten, zei ze. Daarbij komen gassen vrij – in eenpersoonskoffiemelkverpakkingsverzamelaarskringen weet men precies welke gassen, mij ontsnapt het nu even. Maar in elk geval : de kuipjes gaan na een tijd zwellen. De afdekfolie kan scheuren, in het slechtste geval dreigt de verzameling te ontploffen. Het was haar ooit overkomen. Een Zwitsers kuipje met een afbeelding van de zeemeermin van Kopenhagen. Ze slikte.

De kinderen van de eenpersoonskoffiemelkverpakkingsverzamelaarster hadden haar ooit een piepklein pompje cadeau gedaan waarmee ze de koffiemelk uit de eenpersoonskoffiemelkverpakkingetjes kan pompen. “Zonder dat ik het lipje hoef af te breken, meneer Fillet ! Een onooglijk gaatje volstaat, niet in de kostbare, bedrukte bovenkant, maar in het plastic kuipje zelf. Een minuscuul angeltje boort zich vervolgens een weg naar de bederfbare inhoud, en met een kabouterzuigertje pomp je de melk weg.” Ze was wat sneller gaan praten, meegesleept door haar en-thousiasme. “Wat een schatten, die kinderen van mij”, zuchtte ze. Een mooier cadeau had ze nooit gekregen.

En mannen hebben rare hobby’s, zei je ?

(www.koenfillet.be)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content