Vooral de Obama-campagne wordt flink gespijsd door retailers en kledingmerken.
Bij campagnevoeren komt heel wat geld kijken. Geld dat presidentskandidaten zelf vergaren via steun van grote bedrijven en dus ook de mode-industrie. Voorlopig lijkt huidig president Obama de meeste steun uit de fashionhoek te krijgen, al volgt Romney op de voet.
Volgens de meest recente cijfers (van februari) gaf de mode-industrie zo’n 435.160 dollar aan de presidentiële campagnes, waarvan er 53.9% naar Obama en 45.9% naar de Republikeinen ging. Bijdragen kwamen van medewerkers en bestuursleden van bedrijven als Macy’s, Gap, Abercrombie&Fitch, Levi Strauss, Liz Clairborne, Urban Outfitters, Nike, Ralph Lauren, Neiman Marcus en Estée Lauder.
Obama kon rekenen op 234.600 dollar. Verschillende ontwerpers hebben daarnaast ook al persoonlijke bijdragen geleverd aan de huidige president, waaronder Tommy Hilfiger, Tory Burch en Michael Kors. Ieder van hen gaf 5000 dollar, het maximum bedrag dat is voorgeschreven voor persoonlijke bijdragen. Anna Wintour haalde in 2011 al 500.000 dollar op voor de Obama-campagne en ook het succesvolle “Runway To Win” initiatief, waarbij opbrengsten van deelnemende ontwerpers rechtstreeks in het Obama Victory Fund belanden, brengt behoorlijk wat geld in het laatje. Bij de Republikeinen is het vooral Mitt Romney die de meeste dollars opstrijkt. De voormalige gouverneur van Massachusetts heeft 137.126 dollar (of zo’n 31,5% van de totale bijdragen) vergaard dankzij steun van bestuursleden van onder meer PVH, Guess en Jockey International.
“Het kloppende hart van de mode-industrie bevindt zich voornamelijk in New York en Los Angeles, over het algemeen sterk democratische gebieden”, verklaart Philip Swagel, professor internationaal economisch beleid aan de Universiteit van Maryland. “Het is waarschijnlijk ook om die reden dat de Obama-campagne momenteel meer geld opbrengt.” Toch is het verschil tussen beide presidentskandidaten redelijk klein, maar ook daar heeft Swagel een verklaring voor: “Romney draagt de bevordering van het bedrijfsleven hoog in het vaandel, wat dan ook weer aanslaat in Manhattan.”
Ook presidentsvrouw Michelle Obama zou een groot aandeel hebben in het binnenhalen van sponsors. De first lady komt openlijk uit voor haar liefde voor Amerikaanse ontwerpers, en dat wordt nu beloond. “Trouwens”, zegt Sheila Krumholz, directeur van het Centre for Responsive Politics, “we mogen niet vergeten dat er ook verschillende voorstanders van homorechten opereren binnen de mode-industrie, een thema waarin Romney en Obama nogal sterk van elkaar verschillen.” (WWD/KS)
